Édouard Levé weifelt tussen doodsdrift en levenslust in zijn geniale ‘Zelfportret’

5 / 5

Édouard Levé, Uitgeverij Koppernip

Zelfportret

Oorspronkelijke titel: Autoportrait, 107 blz, 20,00 euro

5 / 5
Roderik Six
Roderik Six Journalist voor Knack

Wijlen Édouard Levé schetst in Zelfportret een leven alsof het een boodschappenlijstje was.

Op vijftien oktober 2007 pleegde de Franse fotograaf, conceptuele kunstenaar en schrijver Édouard Levé zelfmoord. Hij was amper 42. Zijn wanhoopsdaad, hoe treurig ook, kwam niet als een verrassing. Levé, die zich als autodidact had opgewerkt in de kunstwereld, kampte al zijn hele leven met depressies. Tien dagen voordien had hij het manuscript Zelfmoord ingediend bij zijn uitgever, een dunne roman waarin hij schijnbaar emotieloos verslag uitbrengt van de zelfmoord van een vriend – de tekst leest als een voorafspiegeling van zijn eigen dood.

Ook in het zopas verschenen Zelfportret alludeert Levé meermaals op zijn suïcidale gedachten. Achteloos vermeldt hij eerdere knullige zelfmoordpogingen – in een springzuchtig moment wordt hij op een balkon overmand door hoogtevrees. Hij vertelt de anekdote zo laconiek dat de paradox je doet grinniken.

Levé leek tijdens zijn korte leven te weifelen tussen doodsdrift en levenslust. Hij was een begenadigd fotograaf die de wereld rondreisde op zoek naar de ideale snapshot en een conceptuele kunstenaar die de grenzen van het mogelijke aftastte – in zijn literaire debuut Oeuvres beschrijft hij minutieus 533 installaties en performanceprojecten die hij nooit verwezenlijkte. Aan bruisende ideeën geen gebrek, maar blijkbaar kan zo’n knetterend brein ook kortsluiten.

Verwacht van Zelfportret geen klassiek verhaal van wieg tot graf. Het boek bestaat uit korte autobiografische zinnen die schijnbaar willekeurig aan elkaar zijn geplakt in één lange alinea die chronologie noch plot kent. Die chaotische aanpak werkt wonderwel. Wie aan Zelfportret begint, raakt al snel gehypnotiseerd door de banale typeringen die soms zeer herkenbaar zijn – ‘mijn nagels groeien zonder nut’ – en soms zo bevreemdend dat je fronsend opkijkt van het blad – ‘aan tafel is water met prik of ijs minder saai, al bevalt het saaie van water me wel’.

In zijn genadeloze zelfanalyse komt Levé naar voren als een stoïcijnse man, een eeuwige buitenstaander die met grote mildheid de mens observeert, die gekke diersoort die wat verdwaasd rondhuppelt in een absurd universum. Zelfportret is geniaal in zijn eenvoud. Het viert het dagdagelijkse leven door de trivialiteit van ons bestaan op te blinken tot kleine taaldiamantjes. ‘Als voorwerpen droevig zijn, praat ik tegen ze’, zo schrijft Levé ergens op het einde van zijn opsomming. Zelden zo’n ontroerende zin gelezen.

Wie kampt met zelfmoordgedachten kan terecht bij de Zelfmoordlijn op het nummer 1813 of op zelfmoord1813.be

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content