Terzake: Wetenschappers onder vuur

Stel je even voor hoe makkelijk vierkante appels te stapelen zouden zijn

Maandag 16/8, 20.00 – Canvas

Orchideeën die fluorescerend oplichten als ze water nodig hebben of aardbeien die dankzij zalmgenen beter bestand zijn tegen de kou? Het klinkt misschien erg sciencefiction, maar dat is het niet. Duizenden wetenschappers buigen zich over de mogelijkheden van genetisch gemanipuleerde organismen en dito gewassen. Het wordt hen echter niet altijd in dank afgenomen. De documentaire Wetenschappers onder vuur toont hoe sommige onderzoekers er al twintig jaar geleden hun carrière bij inschoten. René Custers, ggo-expert bij het Vlaams Instituut voor Biotechnologie, nuanceert.

Voor de goede orde: wat is een ggo precies?

René Custers: Simpel gesteld: genetisch gewijzigde organismen zijn organismen waarin aan het erfelijk materiaal gesleuteld is, op een manier die met gewone voortplanting niet mogelijk is. Je wijzigt een bestaande eigenschap óf voegt een nieuwe toe. Zo is er bijvoorbeeld maïs gemaakt die beter tegen de droogte kan. Net zoals bij conventionele teelt is het doel de veredeling van gewassen, alleen gebruik je een andere technologie.

Krijgen wij in België dan zulke maïs op ons bord?

Custers: Er zijn op de Europese markt verschillende genetisch gewijzigde maïsvariëteiten als product toegelaten. Tot nu toe kiezen levensmiddelenfabrikanten er echter voor die niet te gebruiken of te importeren. Enkel ons vee eet ggo’s, met name genetisch gewijzigde soja. Veel mensen realiseren zich dit misschien niet, maar ggo’s worden in laboratoria wel al jaren als tool gebruikt, puur voor medisch en landbouwkundig onderzoek. Buiten de labo’s vind je ggo’s in België in twee kleine veldproeven, een met populier en een met maïs.

Is het dan gevaarlijk voor mens en leefmilieu?

Custers: De technologie is niet inherent gevaarlijk, neen. De discussie over ggo’s is al meer dan vijftien jaar aan de gang, maar gaat toch steeds minder over eventuele schadelijke gevolgen voor mens en natuur. Ik ben ervan overtuigd dat we in Europa over genoeg controle en expertise beschikken om enkel veilige producten op de markt toe te laten. Vervolgens gaat het om de manier waarop die toegelaten ggo’s in de praktijk worden gebracht. Dat moet op een slimme en duurzame manier gebeuren – wat eerlijk gezegd nog niet altijd het geval is.

Vanwaar dan toch die weerstand?

Custers: De fabrikanten zijn nogal benauwd voor de reactie van de consument en nemen daarom liever een afwachtende houding aan. Toen Carrefour enkele jaren geleden een frituurolie met ggo’s op de markt bracht, is Greenpeace daar meteen opgesprongen. De winkelketen heeft de olie in kwestie razendsnel weer uit de rekken genomen – om hun imago te beschermen, zie je. Ggo’s worden daarnaast geassocieerd met grote multinationals en geïndustrialiseerde landbouw, en ook dat roept weerstand op.

Nochtans wordt in voornoemde documentaire een studie over de schadelijke gevolgen van een genetisch gewijzigde aardappel aangehaald.

Custers: Eerlijk is eerlijk: op de studie van Arpad Pusztai was wetenschappelijk inhoudelijke kritiek te leveren. Hij heeft te vroeg conclusies publiek gemaakt die niet helemaal konden worden onderbouwd. De reactie vanuit de industrie en de wetenschap op zijn optreden was fel, en dat toont vooral aan hoe groot de belangen zijn. Voor mij staat wetenschappelijke correctheid echter nog altijd voorop.

Hoe zie jij de toekomst?

Custers: Er is al heel veel mogelijk – denk aan sojabonen met omega 3-vetzuren of groenten waarin meer vitaminen worden aangemaakt. Er wordt ook volop gewerkt aan gewassen die per hectare meer opbrengen. Toch denk ik dat in Europa de huidige situatie nog even zal voortduren, en dat de teelt van ggo’s vooral buiten Europa een hoge vlucht zal nemen. En dat tot er gewassen op de markt komen die de Europese landbouwers of consumenten écht niet willen missen.

Barbara De Coninck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content