‘SPELEN, DAT IS EIGENLIJK HET ENIGE WAAR IK GOED IN BEN’

© CHARLIE DE KEERSMAECKER

Hoe hebt u Ben Segers het liefst? Als nietsvermoedende passant in Wat Als? Als rechterhand van Bart De Pauw in Quiz Me Quick? Of als mislukte reclameregisseur in Connie & Clyde, de nieuwe reeks van Malin-Sarah Gozin. Eén ding is zeker: ook de volgende maanden en jaren is de man niet van de televisie weg te slaan. ‘Het voelt een beetje vreemd, dat ik nu al mijn agenda voor 2015 zit te plannen.’

Connie & Clyde, een van vtm’s fictiespeerpunten dit tv-najaar en bedacht door Malin-Sarah Gozin, is de naam van een relatiebureau in… Vilvoorde. Werkelijk overal is men op zoek naar liefde. De genaamde Connie, gespeeld door Eva Van Der Gucht die u nog kent van Dominique Derudderes Iedereen beroemd, wordt in de jacht op cupido bijgestaan door een bont gezelschap waarbij u Tom Audenaert, Nathalie Meskens en Ben Segers herkent.

‘Ik speel Vincent, noem hem gerust een mislukte filmregisseur’, typeert Segers zijn personage. ‘Na het verlaten van de filmschool is Vincents carrière nooit echt van de grond gekomen. Voor het relatiebureau Connie & Clyde neemt hij de introductiefilmpjes van de te koppelen vrijgezellen op. Schnabbelwerk volgens hem, want hij heeft grootse plannen om het in Amerika te maken. Grote praat waarmee hij zijn frustraties probeert te verbergen. Hij is ook zo iemand die zich met zijn kledij krampachtig jonger probeert voor te doen dan hij is. Vincent is eind de dertig maar draagt de streetware van een late tiener.’

Ben je voor inspiratie ver op zoek moeten gaan?

BEN SEGERS: Vincent staat gelukkig behoorlijk ver van mij af, gefrustreerd zou ik mezelf niet noemen. Maar het type mens dat de zaken altijd wat grootser voorstelt dan ze zijn, kom je in het dagelijkse leven natuurlijk van tijd tot tijd tegen. Inspiratie moest ik dus niet ver gaan zoeken. Persoonlijk ben ik geen bluffer, maar ik betrap er mezelf wel op dat wanneer ik een anekdote vertel, ik ze graag wat kleurrijker voorstel. Of straffer, wanneer ik van iemand een geestige anekdote heb gehoord. Dan durf ik die door te vertellen alsof ze mezelf is overkomen. Het gaat om banale dingen hoor, maar achteraf vraag ik mij wel af: waarom heb je dat nu weer gedaan?

Verleid door de kracht van het verhaal wellicht. Wat heeft jou verleid om toe te zeggen voor Connie & Clyde?

SEGERS: De betrokkenheid van regisseur Guy Goossens. Ik ken hem als een warme en fijne mens om mee samen te werken. Hij zag me wel zitten voor de cast en vroeg me om auditie te doen, voor de rol die uiteindelijk wordt vertolkt door Tom Audenaert (die als Pol psychologische profielen opstelt van de klanten, nvdr.) en voor die van Vincent.

Connie & Clyde is een geesteskind van Malin-Sarah Gozin, die ook Clan bedacht. Merkte je haar invloed?

SEGERS: Vrij letterlijk, omdat ze elke dag op de set aanwezig was. Dat zorgde voor een verfrissende manier van werken. Doorgaans komen scenaristen maar even de set bezoeken, terwijl Malin echt deel van de ploeg uitmaakte. Op die manier werd het script nog ter plekke gefinetuned. Wij konden altijd met onze vragen bij haar terecht en tegelijkertijd stond Malin ook open voor eventuele suggesties.

Valt die manier van samenwerken te vergelijken met die van Bart De Pauw? In het door hem geschreven Quiz Me Quick speelde je Jean-Claude, de rechterhand van Barts eigen personage Iwein.

SEGERS: Dat was nog anders. Op de set waren Bart en ik vaak de speelvogels: dezelfde kinderachtigheden uithalen, flauwe moppen vertellen… (lacht) Kortom, het klikte tussen ons. We hebben net – samen met Jonas Van Geel – een nieuw programma opgenomen. Ik mag nog niet te veel verklappen, maar het is een soort fictief reisprogramma waarvoor we eropuit zijn getrokken met Vespa’s. Bart was dit idee al aan het uitdokteren tijdens de opnames van Quiz Me Quick. Op een bepaald moment vroeg hij mij of ik het zag zitten om mee te doen. En of ik dat zag zitten! Omdat we ook effectief samen op reis zijn geweest om het programma te filmen, moest het wel klikken met de ploeg. Het mag er na twee dagen onderweg niet tegenzitten, hè. Niets van dat alles: de hele reis voelde als samen op kamp gaan.

Je bent fel gegeerd als acteur, want na de nieuwe reeks van Bart De Pauw en Connie & Clyde word je alweer op een andere set verwacht, niet?

SEGERS: Yep, die van De zonen van Van As. Deze zomer nemen we een tweede seizoen op. Ik speel opnieuw Dick, de foute Bobby Ewing-achtige figuur die als vertegenwoordiger voor de sloopfirma Van As en Zonen werkt.

Scenarist Johan Heselmans baseert zich voor deze serie op zijn eigen ervaringen in de bouwsector. Merk je dat aan de scripts?

SEGERS: Ja, die zijn best pittig, vind ik. Johan zegt altijd dat hij de strafste dingen, die hij in de bouw heeft gezien, niet in het script kan verwerken, omdat toch niemand ze zou geloven. De bouw is wel meer dan gesjoemel en omkoperij, en dat merk je ook aan de verhalen van De zonen van Van As. Die mannen werken vaak van ’s morgens vroeg tot middernacht als het nodig is. En omdat het inderdaad vaak om familiebedrijven gaat, lopen werk en privé weleens door mekaar. Ik kan het weten, want mijn vader runde zijn eigen bouwbedrijf met vijftien personeelsleden.

Heb je er ooit zelf gewerkt?

SEGERS: Ja, een jaar lang. Ik heb toen het rijbewijs gehaald om met de camion te rijden, want dat was het werk dat ik deed. Hoe dat ging? Ik was de jongste zoon van de baas, mijn broer Jan werkte er ook al, maar dan op het bureau. Het was niet zo dat ik mij moest bewijzen of zo; je deed gewoon je werk. De bouw heeft natuurlijk z’n eigen sfeer. Het is vaak hard doorwerken en af en toe wat stoom afblazen door te zwanzen over voetbal en vrouwen. Maar na een jaar ben ik er dus mee gestopt, het was niet het soort werk waarvan ik gelukkig werd.

Was het evident om het bouwbedrijf van je vader te verlaten en acteur te worden?

SEGERS: Goh, dat zat er gewoon altijd al aan te komen. Als kind heb ik altijd gespeeld: ik bedacht mijn eigen toneeltjes en maakte mijn eigen filmpjes met de videocamera van mijn pa. Ik zou die filmpjes eigenlijk nog weleens willen terugzien, benieuwd of er goed materiaal tussen zat. Het is trouwens mijn vader die mij in contact heeft gebracht met het theater. Als ik op school goede punten had, dan nam hij mij mee naar een voorstelling, bijvoorbeeld En waar de sterre bleef stille staan van Felix Timmermans. Op die manier ben ik ook naar voorstellingen van het Mechels Miniatuur Theater gaan kijken. Daar zag ik mijn helden uit De collega’s in het echt! Voor mij was het een openbaring dat er naast het tv-scherm ook nog zoiets was als het podium. Ik was meteen verkocht, later zou ik ook acteur worden.

Een aantal jaar geleden bracht je met Michael De Cock hulde aan De collega’s door het oorspronkelijke theaterstuk van Jan Matterne voor ’t Arsenaal te bewerken – onder andere met progressieve spelling. Kriebelt het niet om opnieuw te schrijven?

SEGERS:De collega’s op de planken brengen was een onvergetelijke ervaring, maar ik heb er ook uit geleerd dat de rol van maker mij niet ligt. Ik heb ervan opgekeken. Wat er allemaal bij komt kijken! Toen de hele rit erop zat, was ik uitgeput. Als je de maker van iets bent, dan kijkt men bij elke vraag naar jou, wat ook logisch is. Je wordt bovendien verondersteld steeds het voortouw te nemen. Zo zit ik niet in mekaar, ik ben nu eenmaal niet zo’n leiderstype. Nee, laat mij maar gewoon spelen.

Heb jij ooit ook niet een boek geschreven?

SEGERS: Ja, maar het is niet de bedoeling dat dat ooit uitkomt hoor. Ik heb dat geschreven toen ik een moeilijke periode doormaakte, en dat is ook te merken aan het boek. Het is een heel donker verhaal waarmee ik uitdrukte hoe ik mij voelde. Voor mij was het schrijven ervan vooral een manier om met mijn problemen om te gaan, om alles eens op een rijtje te zetten. Dat heeft me uiteindelijk ook goed gedaan.

Een rol waarvoor je regelmatig wordt gevraagd, is die van de bullebak. Maar daar laat jij ook graag kwetsbaarheid bij doorschemeren, zoals met Jean-Claude in Quiz Me Quick. Een persoonlijke toets?

SEGERS: Ze vragen mij inderdaad regelmatig om een bullebak te spelen. Geen idee waarom, want zelf ben ik dat nooit geweest. Eigenlijk ben ik van nature een bange mens. Ik zoek die kwetsbaarheid niet bewust op, dat komt naar boven bij het spelen. Gedragen mensen zich niet als een bullebak net om hun eigen angst te verbergen? Maar eigenlijk analyseer ik mijn acteerwerk niet zo erg.

Je neemt het vak ook niet bloedserieus. Je bent toch niet het type acteur dat het onderscheid maakt tussen hoogstaand theater en populair televisiewerk?

SEGERS: Nee, maar verwijs je nu naar de sitcoms, Café Majestic en Droge voeding kassa 4, die ik aan het begin van mijn carrière heb gemaakt? Ik vond dat heel fijn werken en ik ben producent René Vlaeyen nog steeds zeer dankbaar voor de kansen die hij mij toen heeft gegeven. Tegenwoordig is hij trouwens de producent van De zonen van Van As. Toch denk ik niet dat ik vandaag nog zou meestappen in een klassieke sitcom die helemaal in de studio wordt opgenomen. Het is een genre dat niet meer helemaal van deze tijd is.

Misschien moeten Tim Van Aelst en zijn kompanen bij Shelter het genre eens tegen het licht houden? Die hebben met Benidorm Bastards en Wat als? genres als candid camera en sketches nieuw leven ingeblazen.

SEGERS: Ja, wie weet. Zij hebben wel die ingesteldheid om iets kritisch door te lichten. Bij Shelter maken ze ook pas iets als ze voelen dat het helemaal goed zit. Mocht Tim ooit een sitcom willen maken, dan mag hij me altijd bellen.

Ontbrak jij niet op het feest toen Wat als? met de Gouden Roos aan de haal ging?

SEGERS: Ik was toen in het buitenland aan het opnemen met Bart De Pauw. Een paar maanden eerder hadden de mensen van Shelter Charlotte Vandermeersch en mij al meegenomen naar de Emmy Awards, toen ze daar genomineerd waren met Wat als?. Dat was een hele belevenis uiteraard, zo’n Amerikaans sterrenfestival in New York met alles erop en eraan. Ik vond het wel jammer dat we niet gewonnen hebben. Natuurlijk weet je op voorhand dat die prijs naar een andere genomineerde kan gaan, maar ik hoopte er toch stilletjes op dat we zouden winnen.

Wat als? heeft van jou een bekende kop gemaakt. Heb je de rollen nu voor het uitkiezen?

SEGERS: Het gaat inderdaad goed. Het voelt zelfs een beetje vreemd aan dat ik nu al mijn agenda voor 2015 zit te plannen. Dat komt nu wel omdat we met Olympique Dramatique (het gewaardeerde theatergezelschap dat Segers samen oprichtte met Tom Dewispelaere, Stijn Van Opstal en Geert Van Rampelberg, nvdr. ) de koppen bij elkaar aan het steken zijn voor een nieuwe voorstelling die in het najaar van 2014 in première gaat. Maar toch, het gaat zo goed dat ik mij schuldig voel tegenover acteurs die in deze tijden van besparingen moeilijk aan de bak komen.

Hou jij zelf iets achter de hand voor als het minder zou gaan?

SEGERS: Nee, ik kan alleen maar hopen dat het werk blijft komen. Ik heb al eens zitten nadenken over wat ik nog zou kunnen doen, maar het enige waar ik goed in ben, dat is spelen. Ik heb dan ook niets dan bewondering voor mensen als Nathalie Meskens die verschillende talenten combineren. Naast acteren treedt die ook op met een band en dan runt ze nog een restaurant in Antwerpen (samen met haar man Jeroen Van Dyck, nvdr.). Ik stond onlangs met Nathalie op de set van Connie & Clyde en heb haar dan ook met alle respect gezegd: ‘Hoe doe je dat toch?’

Jij behoort niet tot de lichting acteurs die ook droomt van een eigen muziekcarrière?

SEGERS: Nu je erover begint… Ik hou heel erg van muziek maken, maar ik heb er nog nooit iets professioneels mee gedaan. Van kleins af aan ben ik een geweldige Elvis Presley-fan. Ik was dan ook blij als een kind toen ik voor Soirées Olympiques, het muziekfestival dat we een paar jaar geleden organiseerden in de Bourlaschouwburg, Elvis’ gitarist James Burton heb mogen uitnodigen. Die man heeft me achteraf nog uitgenodigd om bij hem thuis te komen jammen. Misschien biedt mijn gitaar me nog een plan B?

CONNIE & CLYDE

Vanaf begin september op VTM.

DOOR HANS VAN GOETHEM – FOTO’S: CHARLIE DE KEERSMAECKER

‘VOOR MIJ WAS HET EEN OPENBARING DAT ER NAAST HET TV-SCHERM OOK NOG ZOIETS WAS ALS HET PODIUM. IK WAS METEEN VERKOCHT, LATER ZOU IK OOK ACTEUR WORDEN.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content