Screen wars
Het is oorlog in tabletland. Verschillende merken strijden voor het grootste marktaandeel en proberen elkaar continu de loef af te steken met betere en lichtere hardware, prijsverlagingen en allerlei patentrechtszaken. Een tussentijdse stand van zaken van aan het front.
Terwijl Apple en Samsung al maandenlang in de clinch liggen over hun al dan niet gelijkende tablets en quasi identieke onderdelen in de iPad en de Galaxy Tab, wordt ook de concurrentie tussen de andere merken alsmaar driester. Voor dit jaar alleen stevent het aantal verkochte tablets wereldwijd af op 110 miljoen stuks, en dat is nog maar het begin.
Het lijkt al veel langer, maar tablets zijn nog maar een goeie twee jaar bezig aan hun globale veroveringstocht. De eerste iPad gaf in 2010 een ongekende boost aan het daarvoor onbeminde medium. Plots wilde elke hipster en technojunkie een compacte internetcomputer met aanraakscherm. Vandaag zijn tablets algemeen goed geworden. Surfen, mails checken, gamen, een filmpje meepikken: alles kan in een handomdraai. Apple is nog steeds de grootste speler op de tabletmarkt, met het hoogste aantal gebruikers en apps, maar Google is met het Androidbesturingssysteem er dit jaar in geslaagd om Steve Jobs’ geesteskind stevig bij te benen. Verwacht wordt dat het aantal beschikbare apps in de Google Play Store in 2013 voor de eerste maal boven die van Apples App Store zal uitkomen. Ook het aantal Android-tabletgebruikers zou tegen midden volgend jaar het aantal iPad-adepten moeten overtreffen.
Het grote voordeel van Apple is dat de iPad-reeks door één merk vertegenwoordigd wordt, waarbij hardware en software op een gesloten manier op elkaar zijn afgestemd. De perfecte werking van alle apps is daarbij zo goed als gegarandeerd. Androidtoestellen worden geproduceerd door een tiental merken. Zo goed als elk merk legt zijn eigen grafische schil over het besturingssysteem en geeft er in geringe mate een eigen invulling aan. Dat betekent in de praktijk dat Android-app x soms niet perfect draait op Android-toestel y, of soms niet eens beschikbaar wordt gemaakt voor Android-toestel z. Apple voert ook een redelijk strenge kwaliteitscontrole uit op de inhoud van zijn appwinkel, Google legt de drempel lager, met naast hoogwaardig en creatief materiaal ook kwalitatief rampzalige apps tot gevolg.
Sinds deze maand is er nog een nieuwe speler bij gekomen. Microsoft heeft met Windows 8 eindelijk een op maat van touchscreens en tablets gesneden besturingssysteem, dat in de nabije toekomst wel eens brokken zou kunnen maken. De apps zijn ook te gebruiken op een Windows 8-pc of -laptop, waardoor voor de eerste maal één krachtig overkoepelend besturingssysteem voor alle denkbare computertypes beschikbaar is. Die fijne troef laat gebruikers toe hun werk of vertier verder te zetten of (via de cloud) te synchroniseren op hun tablet, smartphone, notebook en wat dies meer zij. Microsoft produceert nu zelfs zijn eerste eigen tablet, de Surface Microsofttopman Steve Ballmer belooft in de toekomst nog meer hardware. Vooral in het Android-kamp wordt schade verwacht.
Daarnaast mikken veel merken op kleinere tablets die je perfect met één hand kunt vasthouden en in een binnenzak of handtas opbergen. Apple lanceerde op 2 november de iPad Mini, waarmee het infiltreert in dat stilaan populairder wordende formaat. Ook al toonde Steve Jobs zaliger zich geen fan van dergelijke toestellen: ‘7-inchtablets zijn tweeners: te groot om te concurreren met een smartphone, te klein om te concurreren met een iPad.’ Het belooft een woelig tabletnajaar te worden.
Door Dimitri Dewever – Illustratie Pieter de poortere
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier