Maandag 22/2, 20.10 – VT4

Blink het zilverwerk op en jaag de kat van het aanrecht, want er zijn nieuwe afleveringen van Komen Eten in aantocht! In de eerste week van het derde seizoen, dat uitzonderlijk vijf afleveringen telt, duiken er nog geen rare snuiters achter het fornuis op, maar wel de beste amateurkoks van het vorige seizoen, kunstenaar Hans en kapster Peggy, én drie jonge Vlaamse chefs met elk al een Michelinster op hun naam. We gingen de topkoks vragen waarom ze meededen.

Axel Colonna-Cesari (Auberge du Pêcheur)

‘Ik heb regelmatig een aflevering van het vorige Komen eten-seizoen meegepikt. Ik vind dat fijne televisie, en dus heb ik niet echt getwijfeld om zelf mee te doen. Welke momenten ik me het best herinner? De vreemdste kooktechnieken uiteraard, zoals het bierblik in de kip (‘Kèp on ’t spèt zonder spèt’, zoals dit door de uitvinder in kwestie in een onvervalst kusttaaltje werd omschreven; nvdr.). Of ik als professionele kok gruw van zulke manieren? Zelf houd ik er in de keuken wel andere principes op het vlak van hygiëne op na. Maar als die man aan onze Komen eten-afleveringen had meegedaan, had ik zeker van zijn kip geproefd. Ik ben heel nieuwsgierig en wil alles wel eens geprobeerd hebben. Het moeilijkste aan mijn deelname was dat ik in de keuken bij mij thuis moest koken. Het klinkt misschien vreemd, maar als chef kom je daar door het drukke werk nauwelijks.’

Bart Vandenhove (Prêt-à-Goûter)

‘Ik heb geen seconde geaarzeld. Of je als chef niet een beetje je reputatie op het spel zet? Maar neen, ik vind dit veeleer goede reclame voor mijn zaak. Dat wil nu niet zeggen dat ik al mijn kunstjes heb bovengehaald. Geen van de deelnemende chefs voelde de behoefte om de collega’s eens te imponeren. We hebben dit programma op onze vrije dag opgenomen en de chefs vonden het allemaal tof om het vooral eenvoudig en gezellig te houden. We waren trouwens onder de indruk van de amateur-koks: een van hen is een chef op rust (Hans Misera; nvdr. ) en ik vond het geweldig om zijn verhalen over vroeger te horen. Dat moeten blijkbaar nogal harde tijden zijn geweest om een restaurant uit de grond te stampen.’

Frederick Dhooge (’t Huis van Lede)

‘Het heeft eerlijk gezegd een tijdje gekost om mij te overtuigen om aan dit programma mee te doen. Ik wilde de zekerheid dat het geen uitlach-tv zou worden, want daar heb ik zelf als kijker een hekel aan. Of ik de andere chefs met mijn menu wilde overtroeven? Neen, het zal je misschien verbazen, maar er heerst onder chefs veeleer een amicale dan een concurrentiële sfeer. Meer zelfs, hoe hoger de concentratie van restaurants in een gemeente, hoe beter volgens mij. Zelf heb ik een zaak in Kruishoutem en dan zou je denken dat het succes van Peter Goossens me de ogen uitsteekt. Maar ik vind zijn aanwezigheid net goed omdat hij veel culinaire klanten naar Kruishoutem lokt. Het is al eens gebeurd dat er in het Hof van Cleve onvoldoende plaats was en dat wij dan die mensen hebben ontvangen. Ik vind dat chefs elkaar in zo’n geval moeten helpen.’

Hans Van Goethem

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content