‘Het was voor een andere aanpak opteren óf stoppen. Anders zag ik geen toekomst meer in Clouseau. Als we onszelf nog eens hadden herhaald, zouden we ons eigen doodvonnis hebben getekend.’ Koen Wauters is, net op tijd, wakker geschud. Door Peter Van Dyck. Foto’s Steven Richardson
1 tegen 100. Elke vrijdag, zaterdag en zondag omstreeks 21.00 – VTM
En Dans (EMI). Uit sinds 30 oktober. Focus Knack geeft tien exemplaren weg. Briefkaart naar Focus – Clouseau, Raketstraat 50b2, 1130 Brussel.
Concert: 6 en 7/12, Sportpaleis Antwerpen.
Groot is de opluchting als blijkt dat de nieuwe cd En Dans een grotendeels up-tempo, complexloze popplaat is geworden. De gitaren zijn soms rocky, soms behoorlijk funky. Als Clouseau zich aan disco waagt en er een weirde keyboardsolo tegenaan gooit, merk je zelfs wat verwantschap met hippe vogels als Daft Punk en Bastian. De hedendaagse productie van muzikaal brein en broer Kris Wauters en toetsenman Hans Francken (ex-Blue Blot en ex-Noordkaap) zit knap in elkaar. De vreemde drumloops zijn niet van de lucht, op de track Nieuwe Start werd zelfs hiphop-DJ DNA losgelaten. Ook inhoudelijk heeft En Dans iets te bieden, met een Koen Wauters die schippert tussen het gesettelde gezinsleven met vrouw Carolijn Lilipaly en de lokroep van de kicks. Clouseau heeft, kortom, een vrij positieve ontwikkeling doorgemaakt en dat lijkt ook Koen zelf te vinden.
Koen Wauters: Kris heeft me al gezegd: Je moet voorzichtig zijn met uitspraken over ons vroegere werk. Alsof dat niet goed geweest zou zijn. Ik probeer daarop te letten. Alleen, we waren een doodlopend straatje ingesukkeld. Onze platen begonnen heel erg op elkaar te lijken. We hadden, vanaf het begin van het jaar, elke maandagavond een meeting bij Kris thuis. Om te bekijken welk songmateriaal we al hadden. Op mijn verzoek _ maar iedereen schaarde zich vlug achter dat idee _ hebben we het soort nummers dat we al twee of drie keer hadden opgenomen geweerd. We wilden moderner klinken. Dat wilden we op de vorige cd In Stereo óók al, maar toen is dat er niet helemaal uitgekomen. We hebben veel meer tijd besteed aan het zoeken naar nieuwe klanken. Ik wou minder trage nummers, want die hadden we de voorbije jaren al te veel gehad. Wat is het belangrijkste voor mij? Niet dat ik met Clouseau poen zou scheppen. Daar moet je héél veel platen voor verkopen en met al die piraterij tegenwoordig is dat niet meer zo simpel. Als tv-presentator verdien ik méér. Ik zing bij Clouseau omdat ik het graag doe. Het liefst van al sta ik op het podium. Daarom wilde ik een plaat die zich goed leent tot livewerk. Met de gebalde vuisten omhoog.
‘Ambiance’ creëren.
Wauters: Ja. Op basis daarvan hebben we de nieuwe nummers gekozen. Het gevolg: En Dans is een ándere cd. Geen doorslagje van de vorige. Ik popel om weer te gaan optreden.
Wie is er op zo’n ‘meeting’ aanwezig?
Wauters: Kris en Hans als producers, Guus Fluit, de A&R (Artist & Repertoire, pvd) manager van platenfirma EMI en ik. Wij hebben samen de nummers geselecteerd. We kregen opnieuw een honderdtal liedjes van her en der aangereikt. Daar hebben we er uiteindelijk heel weinig van overgehouden. Kris heeft deze keer heel veel materiaal geschreven. Ik heb zelf een aantal teksten gemaakt en heb urenlang samengezeten met Jan De Vuyst (de vroegere tekstleverancier van Isabelle A, pvd). Uit die gesprekken is bijvoorbeeld Bergen En Ravijnen gegroeid, een nummer waar ik wild van ben. Jan heeft mijn gevoelens prachtig vertaald. Dat gaat over mijn leven. Ik ben, wat adrenalinestoten betreft, door de jaren verwend geraakt. Ik mis die als ze te lang uitblijven.
Waarom is het zelf schrijven de voorbije jaren op de achtergrond geraakt? Een gebrek aan zelfvertrouwen?
Wauters: Als wij met het oog op een nieuwe plaat nummers beoordelen, houden we er totaal geen rekening mee wie ze heeft geschreven. Het enige wat telt: is het een sterk nummer, is het geestig, kunnen we onszelf erin terugvinden? Ik had deze keer ook echt de intentie om iets te vertellen. Ik vond dat we ook tekstueel meer moesten durven. We zijn nog lang niet waar we moeten zijn, maar ik durf toch stellen dat elke songtekst op deze plaat ergens over gaat. Ik wil de volgende keer nog een stap verder gaan, nóg weirder sprongen maken.
Je was vroeger degene die in de studio op tijd en stond riep: ‘Ik wil gitaren.’ Hoe was het mogelijk dat jullie de jongste jaren zo de ‘flauwe toer’ opgingen?
Wauters: Als alles goed draait en je verkoopt twee keer het Sportpaleis uit, dan kan het niet op. Waarom zou je veranderen? Voor En Dans volgden we ons gevoel: het was voor een andere aanpak opteren óf stoppen. Anders zag ik geen toekomst voor Clouseau. Als we onszelf nog eens hadden herhaald, tekenden we ons eigen doodvonnis. Ik heb mijn hobbygroepje ‘T Es Tjij Nie gehad, als een soort reactie op de groots opzette optredens van Clouseau. Met ‘T Es Tjij Nie gaven we er ‘een serieuze lap’ op. Daar zaten songs tussen die voor mij als zanger not done waren. Ik schreeuwde mijn stem kapot. Bij ‘T Es Tjij Nie was dat toegelaten. Er kwam veel drank bij kijken, want we traden altijd in cafés op. We stapten pas op het podium als we goesting hadden. De attitude stond haaks op die van Clouseau. Ik heb daar overigens veel bijgeleerd. Maar Clouseau kan niet ineens ‘T Es Tjij Nie worden. Je bent wie je bent. Als je poogt te veranderen en het lukt niet, dan moet je je conclusies trekken. Dan heb je elkaar alles verteld en kan je elkaar niet meer verrassen. Kris heeft mij met wat hij voor En Dans geschreven heeft danig verrast. Als we nu naar Bergen En Ravijnen luisteren, dan kijk ik naar hem en zeg ik: dat heb jij geschreven, maat. Daar zit weer vuur in. Dat is iets anders dan: want mijn lief, altijd heb ik je lief. Hoe mooi dat liedje ook was. Maar hoeveel varianten op want mijn lief hebben we niet gehad?
Wat coverden jullie zoal met ‘T Es Tjij Nie?
Wauters: Songs van AC/DC, Metallica, Melissa Etheridge. Freaks van Live, wat wel eens de wenkbrauwen deed fronsen. Het was geen typisch covergroepje dat je voor feestjes kunt vragen. Van Genesis’ I Can’t Dance brachten we een heel eigen versie, die eindigde op een gepiep van jewelste. We hadden twee gitaristen, géén keyboards. Dat was mijn fun-uitstap. Mijn license to rock-‘n-roll. We hadden binnen de groep een afspraak. Als het mij té rustig werd, keek ik om en riep ik keihard naar de muzikanten: ‘T Es Tjij Nie! Dat was het signaal om in turbo-overdrive te gaan. Dan begonnen we abrupt veel heftiger te spelen. Dat was leuk om náást Clouseau te doen. Jammer genoeg moet ik wel constateren dat mijn stem zich beter tot popmuziek dan tot die heavy shit leent. Het is alweer een drietal jaar geleden dat ik nog met ‘T Es Tjij Nie op het podium heb gestaan. Maar als ik zin heb, kan ik die gasten zo opbellen. Het is net de bedoeling om dat onaangekondigd te doen.
Hoe komt het dat van alle trage nummers ‘Daar Gaat Ze’ er nog altijd bovenuit steekt? Waarom zing je niet vaker met die schorre, gebroken stem?
Wauters: Omdat ik er absoluut niet van overtuigd ben dat dit nu dé manier is. De waarheid is: Daar Gaat Ze is heel slecht gezongen. Ik wou het absoluut met een kapotte stem zingen (Koen was drie dagen en nachten op de zwier geweest voor de opnames, pvd), omdat ik vond dat het nummer erom vroeg. Ik wil hoe dan ook goed zingen. Al is de performance nog altijd belangrijker dan de technische perfectie. Ik wil vooral de sfeer vatten die een nummer nodig heeft. Dat Ze De Mooiste Is kan je niet met zo’n schorre stem vertolken. Daar Gaat Ze was bovendien niet hoog. Als ik veel ben uitgegaan, moet ik geen nummer proberen te zingen dat hoger gaat dan een mi. De kracht van Daar Gaat Ze schuilt overigens niet alleen in de manier van zingen. Het is een bloedmooi lied, punt uit.
Iets wat niet zuiver is, kan net heel mooi zijn.
Wauters: Soms wel, ja. Tijdens de opnamesessies probeer ik sowieso niet te veel bij de techniek stil te staan. Ik ga voordien naar de zangles, zodat mijn techniek op punt staat. Het moment dat ik achter de microfoon sta, moet ik dat aspect helemaal vergeten. Anders kan ik me niet in een nummer inleven. Als ik geen zangles had gevolgd, zou mijn stem niet zo goed geconserveerd zijn na al die jaren. Als je mijn stem vergelijkt met die van twaalf jaar geleden, dan merk je dat er een grain op zit. Dat maakt het ook mooier. Als ik spreek, klink ik hees, terwijl mijn stem perfect in orde is. Als ik mij even opwarm, zing ik zo een hoge si.
Als je een nummer uit de beginperiode van Clouseau hoort, wat denk je dan?
Wauters: Wat ik dan vooral hoor, is de naïviteit en het enthousiasme. Dat vind ik heel charmant. Wat niet wil zeggen dat al die nummers deugen. Of Zo, de tweede, is de slechtste plaat die we ooit hebben gemaakt. We hebben die op drie weken geschreven en op twee weken opgenomen. Dat is anderhalve maand werk, terwijl we in En Dans vijf maanden hebben gestopt, een vol jaar zelfs als je het schrijfproces meerekent. Ik kan niet neerkijken op wat we vroeger deden, maar ik ben blij dat het achter de rug is. Wij hebben met het eerste album al meteen raak geschoten. Vanaf dat debuut heeft iedereen alles kunnen horen. Wij groeiden op voor het oog van de massa. Heel wat groepen worden pas in een later stadium bekend. Al vind ik Hoezo een prachtig debuut. Brandweer vind ik nog altijd een heel tof nummer. Geen kwaad woord daarover. Soms hoor je een oud liedje en vraag je je vertwijfeld af hoe we zoiets ooit hebben durven op te nemen. We hebben onze eigen hype overleefd. We kweken ook hoe langer hoe meer metier. Mocht ik niets met Clouseau te maken hebben, dan zou ik vier cd’s van de groep gekocht hebben: Hoezo, Oker, In This Small Town en de nieuwe.
Het valt op dat je het in de nieuwe nummers enerzijds over je hang naar geborgenheid en anderzijds over je dorst naar avontuur hebt. Een tweestrijd waar je mee worstelt?
Wauters: Een tweestrijd zou ik het niet noemen. Veeleer een zoektocht naar de balans tussen die twee, zodat ik mezelf niet hoef te verloochenen. Ik kan niet ontkennen dat ik er af en toe tegenaan wil gaan en gevaar wil zien. Ik hou van die momenten waarop je voelt dat je echt lééft, maar ook van de rustige momenten met de familie, want ik wil veel liefde kunnen geven. Ik geloof dat die twee uitersten samen in één persoon en in één leven verenigd kunnen zijn, als je goede afspraken maakt met de mensen om je heen. Bergen En Ravijnen is daar een geslaagde beschrijving van: dan kom ik weer thuis/proef ik van haar zoete warme lijf/tot dat de onrust wakker wordt/en me weer naar buiten drijft. Zo zit ik in elkaar.
En heb je de balans al gevonden?
Wauters: Het blijft zoeken. Je moet soms keuzes maken. Er is een jaar geweest dat ik besloot om niet aan de rally Parijs-Dakar deel te nemen, maar vakantie te nemen. Als we volgend jaar weer op de zomerfestivals staan, nadat we die beker twee jaar aan ons hebben laten voorbijgaan, zal ik daar voldoende mijn gading in vinden. Ik ga ook weer een seizoen racen. Die onrust in mij zal ik altijd wel ergens kwijt kunnen. Misschien hoeft Dakar op het einde van dat jaar niet meer en heb ik mijn portie adrenaline dan wel gehad. Trouwens, dat blijft niet duren. Tegen mijn 45ste zal ik waarschijnlijk verzadigd zijn.
Ik meen me te herinneren dat je ooit hebt gezegd dat je met ‘Dakar’ zou kappen als je getrouwd was.
Wauters: Nee, ik heb ooit gezegd dat ik zwaar zou overwegen om ermee te stoppen als ik een kind heb. Het is niet omdat je getrouwd bent dat je zoiets moet laten. Het gevaar zou wellicht meer doorwegen als ik vader zou zijn. Mijn vrouw Carolijn heeft een dochter. Ik zie haar graag en voel me ook verantwoordelijk voor haar, maar Jozefien hééft een mama en een papa. Dat is dus nog geen reden om Dakar te laten vallen. Eén keer heb ik gezegd dat ik nooit zou terugkeren. Dat was nadat de helft van ons team beschoten was en een auto en een vrachtwagen gestolen waren. Als je teamgenoten midden in de nacht wenend en helemaal van de kaart de bivak binnenkomen en Chris Gommeren van VTM met een camera naast je staat, is je eerste reflex: Miljard, als het zo zit, hoeft het voor mij niet meer. Daar word je later natuurlijk met je neus op gedrukt: Ja maar, je had toch gezegd dat je nooit meer zou gaan. Oké, op dat moment was het me allemaal wat te veel geworden. Achteraf bekeken hadden we gewoon brute pech gehad. Je kunt hier evengoed door een bende overvallen worden.
Je leven is duidelijk veranderd. Het verlangen om zwaar de bloemetjes buiten te zetten, lijkt fel getemperd.
Wauters: Dat is bijna onbestaande. Als ik nog eens het nachtleven induik, voel ik me daar niet meer zo thuis. Dat heeft met gewenning te maken. Ik heb overal een stapje in de wereld gezet: New York, Parijs, Stockholm. Ik heb al zoveel gezien. Optreden en racen kunnen gewenningsverschijnselen overstijgen. Televisie is leuk, maar het is door met gedreven jonge wolven een programma te maken dat je opnieuw aangestoken wordt en je het enthousiasme dat in je schuilt weer voelt opborrelen. Het waakvlammetje blijft aan, maar het vuur moet worden aangewakkerd. Zo is het ook met Clouseau: de groep is weer helemaal opengebloeid. Op een bepaald ogenblik waren muziek en tv maken zo gewoon geworden. Gelukkig ben ik wakker geschoten, anders zou ik een persiflage op mezelf worden. Die gewenning is iets gevaarlijks. Maar ik heb een innerlijk alarm dat me waarschuwt als ik de sleur moet doorbreken.
Daar heb je een nummer over gemaakt: ‘Nieuwe Start’.
Wauters: Dat is meer als grap bedoeld, maar inderdaad, stel je voor dat je van de ene dag op de andere zegt: Ik heb het licht gezien. Ik stop ermee en ga iets anders doen. Ik weet nog niet wat, maar ik zal wel iets vinden. Je pakt je koffers en je trekt erop uit. Uiteraard komt ooit het moment dat ik de handdoek in de ring gooi. Maar ik zou het niet zo bruusk doen. Ik zou nog een afscheidsconcert geven om iedereen te bedanken voor de jarenlange steun. Het kan aanlokkelijk zijn, zo’n nieuwe start. Als je in routine dreigt te verzanden, moet zo’n nieuw leven vol verrassingen verfrissend zijn.
Wat zou in jouw geval zo’n nieuwe start kunnen betekenen? Heb je nog onvervulde dromen?
Wauters: Je moet daar niet halsstarrig naar op zoek gaan. Als het iets is dat in me zit, komt het er ooit wel uit. Ik geloof in lotsbestemming. Voorlopig mag ik niet klagen. Er zijn genoeg mensen die me een zondagskind noemen.
Een ex-muzikant van Clouseau vertrouwde me enkele jaren geleden toe dat hij de indruk had dat je Clouseau enkel bleef doen om je broer te plezieren.
Wauters: Dat is dan een ex-muzikant die me nooit echt goed heeft gekend. Ik hoop dat je er tussen haakjes een nota bij zet met zijn naam, Karel Theys bijvoorbeeld. (Nee, het was niét ex-bassist Theys, pvd) Ik doe het niét om Kris te plezieren. Als we morgen stoppen, heeft hij meer dan genoeg talent om zijn eigen weg te gaan. Ik hoef zijn handje niet vast te houden. Als die ex-muzikant lang met ons heeft gespeeld, zou die toch moeten weten hoe graag ik op een podium sta.
Vindt Kris het oké als Clouseau, zoals de voorbije twee jaar, op non-actief wordt gezet?
Wauters: Het belangrijkste is de overweging: kunnen we het financieel aan? Ik verdien natuurlijk nog geld met tv. Kris is fulltime muzikant en leeft van Clouseau. Ik kan het dus niet maken om te zeggen: Ik heb het eventjes gehad. We stoppen vier jaar. Dat zou voor hem vervelend zijn, want dan zit hij zonder inkomsten. Hij mag van mij morgen een soloplaat maken. Ik zal hem niet tegenhouden. Precies omdat het een tijdje geleden is dat we nog op een podium stonden, is de honger nu aangescherpt. Ik Geef Me Over stond na één week nummer één in de Belgische airplay-hitlijst. Het moet zijn dat de radiomensen er ook naar uitkeken. Zoveel Vlaamse pop is er uiteindelijk niet. Die periode van stilte heeft ons zeker geholpen. Wij hebben het altijd moeten hebben van alomtegenwoordig zijn en hard werken. In het begin moet je het succes bestendigen. Pas als je een gevestigde waarde bent, kan je het jezelf permitteren om al eens te wachten met een nieuwe release.
Jan Leyers heeft onlangs verteld dat hij een rauwe, emotionele en niet al te melodieuze plaat met je zou willen maken. Wat houdt je tegen?
Wauters: Zo’n project lijkt me wel wat. Maar ik zou nu niet toehappen, omdat ik Clouseau al heb. Dat is iets anders dan in een café covers spelen met ‘T Es Tjij Nie. Als je zo’n plaat maakt, moet je daar ook promotie rond voeren. Het is alsof ik een exclusiviteitscontract heb met Clouseau. Als Clouseau ooit de boeken sluit, kan zo’n project zeker wél. Als je dan door nieuwe mensen bent omringd, ben je vanzelf weer geprikkeld. Ik mag Jan heel graag als mens en schat hem hoog in als muzikant, auteur-componist en producer. Maar als iemand recht heeft op een solo-escapade is het Kris, want hij heeft nu niets buiten Clouseau. Ik heb de televisie nog.
Ik las in een recent interview dat je niet begrijpt waarom Studio Brussel Monza draait en niet Clouseau.
Wauters: Ik moet mezelf een beetje corrigeren. Ik heb namelijk vernomen dat Studio Brussel intussen een keer een nummer van Clouseau heeft geprogrammeerd. Trouwens, ik begrijp het wél. Stijn Meuris wordt een zekere credibiliteit toegeschreven, vanwege zijn teksten, de rauwheid waarmee hij ze brengt en zijn no-nonsens-houding. Dat past bij het profiel van zo’n zender. Maar als Studio Brussel het alternatievere werk brengt… Monza hoort daar niet bij, hé. Dan zouden ze evengoed een nummer van Clouseau kunnen draaien. Waarschijnlijk is Stijn geloofwaardiger. Daar gaat hij ook erg prat op. Hij raakt mensen en wij doen maar wat, zo lijkt het. Laat Monza maar op Studio Brussel zitten, wij zullen wel in het Sportpaleis spelen. Wij zijn een Donna-groep. Wij maken pop. Als De Morgen boven een recensie van een Clouseau-plaat kopt: Weer een mislukte rock-cd, dan denk ik: loop naar de maan. Dat is zo flauw. Wij hebben nooit de pretentie gehad een rockgroep te zijn.
Stijn Meuris is geen tieneridool geweest en presenteert geen quizzen. Hij is in de ogen van de alternatievelingen niet verbrand.
Wauters: Pas op, Monza is goed. Meuris heeft, op een paar belachelijke uitspraken na, mooie dingen gedaan. In de wetenschap dat hij Ik Hou Van U heeft geschreven, ben ik blij dat die mens muziek maakt. Natuurlijk ben ik commerciëler als figuur en kom ik op tv. Toen Frank Vander linden met De Mens begon, stopte hij met schrijven voor Humo en probeerde hij het als muzikant te maken. Met vallen en opstaan knoopte hij de eindjes aan elkaar. Dan zeg ik: chapeau dat je zoiets durft. Ik heb het er lang moeilijk mee gehad dat Stijn aan beide kanten stond. Ik voelde mij ongemakkelijk als hij als journalist naar ons kwam en ik wist dat hij zanger was van een groep die zichzelf meer credibility toedichtte dan ons. Wij doen ons ding nochtans óók met veel liefde en overtuiging. Zelfs de grootste tegenstander van Clouseau moet dat toch zien. Hoe zouden wij al zeventien jaar met die groep bezig kunnen zijn als het niet uit ons hart kwam.
Binnenkort de jaarlijkse rendez-vous in het Sportpaleis?
Wauters: Met een zeer uitgebreide popbezetting: violen, blazers, een achtergrondkoor, onze livegroep. Zodat we over een ruime waaier aan klanken beschikken. Een tweede keer met Il Novecento leek ons niet opportuun. Ik ben er best fier op dat we twee avonden het Sportpaleis kunnen uitverkopen. Dat staat gelijk aan vier à vijf keer Vorst-Nationaal.
Clouseau-oprichter Bob Savenberg zal weer op de eerste rij staan.
Wauters: Vorig jaar had hij het knap lastig. Hij was er even niet goed van. Het was voor ons al zo indrukwekkend. Ik kan me inbeelden dat dat momenten zijn waarop hij wenste dat hij er opnieuw bij was. Ik zou graag hebben dat méér ex-muzikanten kwamen kijken. Maar dat kan ik moeilijk verwachten. Ze zouden misschien moeten vaststellen dat ik het niet doe om Kris, maar om mezelf te plezieren. ( lacht)
Het moet Bob deugd doen om te zien dat zijn kindje in goeie handen is bij zijn adoptieouders.
Wauters: We hebben het niet verknald, nee. Het moet uiteraard leuker zijn om je kind gezond te zien opgroeien, dan te moeten denken: wat hebben jullie daarmee uitgestoken? Vergeet niet dat wij mee aan de wieg stonden. De eerste repetities waren Kris en ik er al bij. Het is evenzeer ónze groep. Maar inderdaad, ik heb liever dat Bob een trots gevoel heeft. Dat het misschien pijn doet omdat hij er niet meer bij is, maar dat hij ons toch het succes gunt, dan dat het hem geen bal meer zou kunnen schelen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier