FRANK’S WILD YEARS
Frank Underwood heeft met het presidentschap het hoogst haalbare bereikt, en dat lijkt onderhand ook zo te zijn voor House of Cards.
Bij de start van het derde seizoen van House of Cards rijdt een presidentiële kolonne een klein Amerikaans stadje binnen. De wagens stoppen aan een kerkhof, president Frank Underwood stapt uit en gaat naar het graf van zijn vader. Daar houdt hij na even peinzen een monoloog tegen de camera over zijn opvoeding en over hoe je hard moet zijn om te slagen in het leven, waarna hij… zijn broek opendoet en op de grafsteen begint te pissen. Het is een scène die zowat alles wat mij tegenstond aan de eerste twee seizoenen van House of Cards samenvat: de bijwijlen cartooneske slechtheid van het hoofdpersonage, het gebrek aan subtiliteit, de nadrukkelijke manier waarop Frank zich tot het publiek richt… ze zorgden ervoor dat de serie veel te zwart-wit en eendimensionaal bleef om echt toptelevisie te worden.
Eigenlijk had House of Cards er na twee seizoenen ook een punt achter moeten zetten: tenslotte had Frank op het einde van de vorige reeks dankzij zijn uitzonderlijke talent voor achterbaksheid en manipulatie het hoogst haalbare ambt bereikt. Ook Netflix moet zich echter aan sommige tv-wetten houden en denkt dus wel twee keer na vooraleer het een succesreeks stopzet. Zodoende zien we nu hoe Frank Underwood niet meer vanuit een underdogpositie maar als leader of the free world zijn tegenstanders bekampt: mensen zoals zijn eigen partijgenoten die liever hebben dat hij in 2016 geen gooi doet naar een tweede ambtstermijn of de overduidelijk op Vladimir Poetin gemodelleerde Russische president Victor Petrov.
Nu, de gevechten die Underwood als president moet leveren, maken de reeks soms wel interessanter dan in de vorige seizoenen. Petrov (een heerlijke Lars Mikkelsen) toont zich bijvoorbeeld een paar afleveringen lang een waardige tegenstander voor zijn Amerikaanse collega, en het spierballengerol tussen de VS en Rusland geeft de reeks een heel actueel cachet. En als Underwood zich, omdat hij zich niet verkiesbaar mag stellen, opwerpt als ‘de president die het volk de waarheid zal vertellen’ en die onder meer via een ambitieus banenplan de sociale zekerheid zal hervormen, lijkt er zelfs enig West Wing-achtig idealisme in House of Cards te sluipen.
Maar House of Cards is nog steeds geen The West Wing. Daarvoor zijn de verhalen te dunnetjes en te voorspelbaar. En Frank Underwood is niet idealistisch: ook als president blijft hij een man met tien verborgen agenda’s die eigenlijk telkens verbazend gemakkelijk zijn zin krijgt. Leuk en onderhoudend? Zeker. Een topserie? Zeker niet. Als House of Cards één ding bewijst, dan toch dat in de tv-wereld, net als in de politiek, marketing vaak belangrijker is dan inhoud.
HOUSE OF CARDS SEIZOEN 3 ***
Nu te zien op Netflix
STEFAAN WERBROUCK
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier