Heb je de zes reeksen al achter de kiezen?
Jonas Geirnaert: Nee, ik zit nog maar twee seizoenen ver. Ik ben gewoon altijd veel te laat met dat soort dingen. Ik hoor al jaren overal waaien dat 24 een fantastische reeks is, maar het was pas onlangs dat ik me er echt aan gezet heb. Maar toen ik eraan begon, heeft ze me echt van mijn sloefen geblazen, en dat overkomt mij toch zelden.
Wat sprak je dan zo aan?
Geirnaert: Vooral het strenge vormelijke concept. Het feit dat alles in real time gebeurt, maakt het verhaal meteen veel interessanter én spannender. En door gebruik te maken van splitscreens komt het heel fris en dynamisch over.
Dat gegoochel met splitscreens, dat heb jij toch ook gedaan in je bekroonde kortfilm ‘Flatlife’?
Geirnaert: Ja, dat is me ook door het hoofd geschoten toen ik begon te kijken. (droog:) Maar ik denk dat 24 de vergelijking met Flatlife wel kan doorstaan.
Als er natuurlijk één reeks zich leent tot marathonzittingen, dan is het wel ’24’. Heb je al veel nachten doorgebracht met Jack Bauer?
Geirnaert: Het is toch een paar keer gebeurd dat ik dacht: Oké, nu moet ik écht naar mijn bed, en dat ik daarna nog een aflevering of twee, drie ben blijven zitten (lacht). De twee seizoenen die ik al heb gezien, zijn er in een tweetal weken doorgegaan.
’24’ heeft al veel kritiek gekregen in de VS omdat de serie drijft op een rechts wereldbeeld: de meedogenloze ‘war on terror’, de vele folterscènes… Als iemand die een paar jaar geleden opkwam voor de Partij van de Arbeid, stoort jou dat?
Geirnaert: Tja, folteringen kunnen in het echt ook weer, dus in die zin is 24 tamelijk realistisch, hé? Ik heb gehoord van die kritiek, maar ik heb de indruk dat het in de eerste twee seizoenen nogal meevalt. Alhoewel: de tweede reeks ging inderdaad al een stap verder. In het begin is Jack nog een onvoorwaardelijke held, maar hij krijgt steeds meer sinistere trekjes.
Die folterscènes vloeien volgens mij ook gewoon voort uit het concept: omdat het probleem waarmee de geheim agenten geconfronteerd worden veel groter is dan in de werkelijkheid en ze veel minder tijd hebben, moeten ze hun informatie veel sneller verzamelen, met alle mogelijke middelen. Maar als de martelingen in de volgende reeksen gewoon gebruikt worden om een schokeffect te bereiken, zal ik waarschijnlijk wel afhaken.
Zijn dit soort tv-series een gespreksonderwerp bij De Neveneffecten?
Geirnaert: Absoluut, daar wordt bij ons veel over gebabbeld. Koen is bijvoorbeeld zot van Carnivàle en Jelle is een grote fan van Green Wing. En Bart De Pauw was degene die me voor het eerst zei dat 24 zo goed is.
Heb je de anderen ook zelf al op het spoor van nieuwe reeksen gezet?
Geirnaert: Alleen als het echt de moeite is. Ik ben ook een grote fan van The 4400, een redelijk obscure sciencefictionreeks die qua concept een beetje lijkt op Heroes. Het gaat over 4400 mensen die, nadat ze jaren- en zelfs decennialang waren verdwenen, plotseling weer opduiken; het blijkt bovendien dat ze elk beschikken over een speciale gave en dat ze met een groter doel weer op de aarde zijn gezet.
Net zoals 24 geen actiereeks pur sang is, is The 4400 geen sciencefictionserie: de nadruk ligt op de interactie tussen de personages, en dat vind ik belangrijk. Dat is ook het grote verschil met films: die zijn me vaak iets te gemaakt. Je voelt meestal al van bij het begin, wie de slechterik is en voor wie je sympathie moet hebben. In 24 kan zoiets heel snel veranderen.
Het zesde seizoen van ’24’, dat momenteel nog loopt op Kanaaltwee, is net uitgekomen bij 20th Century Fox. De eerste vijf reeksen zijn ook verzameld in een speciale box. Van ‘The 4400’ zijn de eerste drie seizoenen verschenen bij Paramount.
(S.W.)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier