Volgende week staat Mark Lanegan (43) nog eens in de AB, dit keer als één helft van het scalpelscherpe soulrockduo dat hij tegenwoordig vormt met voormalig Afghan Whigsfrontman Greg Dulli. Hoog tijd om eens terug te blikken op zijn door drank en drugs geteisterde carrière die begon na een schijnbaar banaal tractorongeval.
In 1984 is Mark Lanegan twintig. In een vergeefse poging om in zijn levensonderhoud te voorzien, klust de dan nog beloftevolle baseballspeler bij in de lokale bonenteelt. Terwijl hij nietsvermoedend de watertank van zijn maaidorser staat bij te vullen, zet zijn baas het gevaarte in achteruit en belandt Lanegan op de grond. ‘Die tractor kwam recht op mijn ballen af,’ herinnert Lanegan zich over die onfortuinlijke lentedag. Zijn cojones blijven gelukkig gespaard, maar ’s mans benen worden tot moes gereden. Behalve dat een baseballcarrière niet langer tot de mogelijkheden behoort, heeft het tractorongeluk tot gevolg dat hij een hele zomer lang op zijn vriend Van Conner is aangewezen, de twee jonge snaken danig op elkaar gesteld raken en samen met Vans broer Gary Lee een groep oprichten. Aanvankelijk beroert Lanegan de drums bij Screaming Trees, maar de broertjes Conner oordelen algauw dat hij beter tot zijn recht komt achter de microfoonstandaard.
Superfan Cobain
Screaming Trees groeien in no time uit tot een begrip in Seattle en omliggende trailer parks. Ze trekken zelfs de aandacht van een zekere Kurt Cobain, die Lanegan onophoudelijk met fanmail bestookt. Het komt tot een ontmoeting en in 1990 zelfs tot een samenwerking. Samen met Nirvanabassist Chris Novoselic nemen ze The Winding Sheet op, met o.a. een cover van Leadbelly’s In The Pines, dat later in de versie van Nirvana wereldberoemd zal worden als Where Did You Sleep Last Night.
Op dat moment is Mark Lanegan nog vele malen beroemder en vooral beruchter dan Cobain. Legendarisch zijn ’s mans statische podiumprésence en korrelige grafstem, die een meer dan gemiddelde inname van alcohol en nicotine doet vermoeden. Maar ook zijn zwijgzaamheid en vooral zijn imago van problematische druggebruiker en frequente bajesklant schenken hem in die dagen zijn renommee van badass rock star. Lanegan heeft zijn getroebleerde jeugd en heroïneverslaving nooit onder stoelen of banken gestoken. Op zijn achttiende – hij zat toen al een half leven aan de smack – werd hij veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf voor het bezit en het verhandelen van drugs. Uiteindelijk kwam Lanegan er af met een jaartje afkickcentrum, maar het zou beslist niet zijn laatste bezoek aan een ontwenningskliniek zijn.
En hij was lang niet de enige in Seattle: de grungehoofdstad van de wereld groeide stilaan uit tot het grootste heroïnekerkhof van de wereld. Toen Lanegan in ’96 zowat zijn halve vriendenkring had begraven, besloot hij zijn heil te zoeken in LA. Nadat hij daar een jaar later al werd opgepakt met genoeg heroïne in zijn zakken om de staat Californïe een jaar lang high te houden, liep Lanegan recht in de armen van Josh Homme, die eerder al ad interim de snaren had beroerd bij Screaming Trees. Lanegan sloot zich aan bij zijn Queens Of The Stone Age en maakte daarmee deel uit van de meest indrukwekkende line-up uit de geschiedenis van de stonergroep. Behalve zanger-gitarist Josh Homme hadden de Queens in die dagen niemand minder dan bassist Nick Oliveri en drummer Dave Grohl – of Nirvana fame – in de rangen.
Onderduiken in België
Tijdens de tournee die volgde op magnum opus Songs For The Deaf leerden Homme en Lanegan een Belgische groep kennen die ze algauw zouden leegplunderen. Uit Millionaire werden twee jonge broekjes gerekruteerd: Homme lijfde Tim Vanhamel in bij zijn hobbygroep Eagles Of Death Metal; Lanegan deed hetzelfde met Aldo Struyf voor zijn toekomstige Mark Lanegan Band. Struyf herinnert zich vooral hoe slecht de treurwilg uit Seattle er aan toe was. ‘Hij woonde letterlijk in zijn auto. Zijn spullen stoc- keerde hij bij allerlei vrienden in de garage en om te overleven verkocht hij systematisch vinyls uit zijn enorme platencollectie.’
Lanegans manager vond de maat meer dan vol en sleepte hem op het einde van de Queenstournee naar een Italiaanse ontwenningskliniek. Lanegan hield het er nog geen week uit. ‘Op een dag kreeg ik telefoon van Mark’, aldus Aldo Struyf. ‘Hij was weggevlucht uit een afkickcentrum en vroeg of hij een paar dagen bij mij kon logeren. Een week heeft hij hier op de bank geslapen, maar hij wou ons niet tot last zijn en zocht een kamer waar hij een tijdje kon intrekken.’
‘En zo is hij bij mij terechtgekomen’, vertelt Klaas Janzoons van dEUS. ‘Ik had hierboven een kamer leegstaan die gerenoveerd moest worden. Er was geen warm water of elektriciteit en er ontbraken een paar vensters, maar dat vormde voor Mark blijkbaar geen probleem. Een maand of drie heeft hij hier gewoond. Een stille maar vriendelijke man. Als ik thuiskwam met mijn vriendin en dochtertje, kwam hij altijd uit het raam hangen om goeiedag te zeggen. Voor de rest zagen we hem niet veel. ’s Avonds kwam hij in het café beneden wel eens een Duvel drinken. Dan nam hij er nog een paar mee naar boven en zagen we hem weer een paar dagen niet.’
Gedicht in bloed
Ondertussen overlegde Aldo Struyf telefonisch met Josh Homme over de toestand van Lanegan. ‘Uiteindelijk heeft Josh een vliegticket voor Mark betaald en hem weer naar de States gehaald.’ Toen Lanegan weg was en Klaas Janzoons aan de renovatie van Lanegans tijdelijke onderduikadres begon, deed hij een macabere ontdekking. ‘Op een van de muren had hij met zijn eigen bloed een gedicht geschreven. En later heeft een van de werkmannen in een vals plafond nog allerlei spuiten en naalden aangetroffen.’
Afgekickt was Lanegan nog lang niet. Back in the states slaagde hij er nog net in enkele bijdragen te leveren voor de QOTSA-plaat Lullabies To Paralyze, maar daarna ging het van kwaad naar erger met zijn druggebruik. Zelf platen maken zat er niet meer in en dus beperkte Lanegan zich almaar vaker tot een dienende rol. Eerst als gastvocalist bij The Twilight Singers van Afghan Whigsfrontman Greg Dulli, daarna als sidekick van de Schotse chanteuse Isobel Campbell en vorig jaar nog als interimzanger bij Soulsavers.
Of hij in al die projecten bewust de anonimiteit heeft opgezocht, vroegen we onlangs aan Lanegan. ‘Natuurlijk. Het was misschien geen bewuste of beredeneerde keuze om me low profile te houden, maar als je met allerlei persoonlijke problemen kampt, heb je geen zin om als de frontman van een groep in de schijnwerpers te staan. Maar nog belangrijker dan de relatieve anonimiteit die je geniet bij zulke projecten is het feit dat muzikale samenwerkingen simpelweg mijn liefde voor muziek blijven aanwakkeren. In de tijd van Screaming Trees wist ik al: jarenlang in dezelfde groep spelen en avond na avond hetzelfde repertoire afhaspelen, is dodelijk voor het speelplezier.’ Ziet hij er dan niet tegenop om als één helft van The Gutter Twins toch weer een beetje voor frontman te spelen? ‘Nee. Ik heb mijn buddy Greg naast me staan, dat scheelt. En ik heb het gevoel dat ik het weer enigszins aankan om in the spotlight te staan.’
De reden voor dat herwonnen zelfvertrouwen? Mark Lanegan is eindelijk gerehabiliteerd. Anderhalf jaar geleden belandde hij na een zware overdosis in een coma en werd hij heel even klinisch dood verklaard. ‘ Yeah,I flatlined,’ grijnst Lanegan. ‘And it made me decide to clean up my act.’
Door Vincent Byloo
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier