De orde van de dag
Eerste zin De zon is een koude ster.
Wie heeft écht baat bij een oorlog? Wie wint terwijl miljoenen levens aan flarden worden geschoten? De mannen in de schaduw, zij die de machinerie van de dood aanleveren en zich stilzwijgend rijk rekenen. Driekwart eeuw geleden in Duitsland: zij die krijgsgevangenen en Joden als spotgoedkope werkkrachten gebruikten om nieuw staal richting het slagveld te sturen. Niemand die nog echt hun namen kent, maar de bedrijven waarvoor ze werkten, zijn des te bekender: BMW, BASF, Bayer, IG Farben, Siemens. Op 20 februari 1933 spreken ze allemaal samen af in de Rijksdag en doneren ze gulle bedragen aan Adolf Hitler. Vijf jaar later zal het vleesgeworden kwaad Oostenrijk annexeren, de eerste vonk van wat een wereldbrand wordt.
Rond die twee gebeurtenissen centreert de Franse schrijver Vuillard zijn uitgepuurde roman over de vooravond van WO II. Met ontluisterende precisie beschrijft hij hoe bezadigde industriëlen een opkomende dictator steunen en daarna nooit ter verantwoording worden geroepen. En hij gunt ons een blik achter de schermen en politieke rookgordijnen van de Anschluss. Vuillard won in 2017 de Prix Goncourt met dit boek maar overtuigt niet helemaal. Zijn terechte woede staat de subtiliteit in de weg en een droge opsomming van feiten levert niet noodzakelijk een goede roman op.
De orde van de dag **
Éric Vuillard, Meulenhoff (oorspronkelijke titel: L’ordre du jour), 158 blz., ? 18,99.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier