DE GROTE FILM VAN DE DERTIEN DWERGEN
Het Heerlijk Avondje voor volwassenen die altijd kind gebleven zijn, valt dit jaar niet op 6 maar op 12 december. Dan komt The Hobbit in de zalen, de lang aangekondigde maar alsmaar uitgestelde verfilming van de prequel op The Lord of the Rings. Elf vragen over dertien dwergen, en één hobbit.
WAAROM MAAKT REGISSEUR PETER JACKSON EEN PREQUEL OP THE LORD OF THE RINGS, EN NIET GEWOON EEN VERVOLG?
Kon eigenlijk niet anders. Zowel The Hobbit als TheLords of the Rings zijn verfilmingen van boeken van Oxfordprofessor John Ronald Reuel Tolkien (1892-1973). Tijdens het verbeteren van examens schreef hij in een opwelling op een wit blad: ‘In a hole in the ground there lived a hobbit.’ Dat bleef de beroemde openingszin van De hobbit, dat bij zijn publicatie in 1937 snel een bestseller werd: een jeugdboek voor volwassenen. De uitgever drong aan op een vervolg, op méér Hobbit. Maar pas in 1954-’55 verscheen The Lords of the Rings (vertaald als In de ban van de Ring), als één boek in drie delen. De vreemde wereld, ‘Midden-Aarde’, waarvan in De hobbit nog maar de contouren zichtbaar waren, werd er spectaculair verbreed en verdiept.
Jackson doet dus waarop alle Tolkienfans al hopen sinds ze in 2001 The Fellowship of the Ring hebben gezien, de eerste van de drie Lord of the Rings-films: ook De hobbit, het boekje waarmee alles begon, verfilmen.
DE HOBBIT IS EEN DUN BOEKJE. WORDT THE HOBBIT OOK EEN BESCHEIDEN FILM?
Neen. Eerst wilde men van The Hobbit twee films maken. Op de valreep werd het een trilogie, net als The Lord of the Rings: The Hobbit: An Unexpected Journey wordt gevolgd door The Desolation of Smaug (2013) en There and Back Again (2014).
Dat is op zijn zachtst gezegd een discutabele beslissing. Dat The Lord of the Rings in drie delen werd verfilmd, kreeg destijds lof omdat productiehuis New Line Cinema een groot financieel risico had durven te nemen om het originele verhaal niet te ruïneren. En zelfs met zijn drie (lange) films moest Peter Jackson nog tal van scènes schrappen (soms essentiële) die hij had ingeblikt. Vandaar dat de extended versions op dvd volgestouwd zaten met lekker veel extra scènes, en dus uitstekend verkochten.
Maar wat logisch is voor een boek van 1200 bladzijden, is dat niet voor eentje van 250. Ook nu verantwoordt Jackson zijn beslissing met ‘artistieke’ argumenten: ‘Het oeuvre van Tolkien bevat nog zoveel boeiend maar weinig bekend materiaal dat het verhaal extra diepte en reliëf kan geven. Wij wilden die kans niet laten liggen.’
Scenaristen Fran Walsh (mevrouw Jackson) en Philippa Boyens plunderden vooral de Unfinished Tales (1980), een postume collectie voordien nooit gepubliceerde verhalen van Tolkien. Het zijn aanvullingen over de orde van de tovenaars, over hoe tovenaar Gandalf de dwergen ontmoette, wat er met de dwergen gebeurde nadat de draak Smaug hen had uitgerookt, lang voor het eigenlijke verhaal van De hobbit begon, enzovoort. Veel van die informatie is vierentwintigkaraats-Tolkien maar bleef onbekend, zelfs bij het publiek van zijn bekende boeken. Nu zal het de Hobbit-films stofferen.
GAAT ZO HET OORSPRONKELIJKE KARAKTER VAN THE HOBBIT NIET VERLOREN?
Dat risico zit er flink in. De hobbit is een jeugdboek, de sfeer is vrolijker en lichtvoetiger dan In de ban van de Ring, waar al vlug duidelijk wordt dat er een open oorlog dreigt. Jackson koos voor een middenweg. Inderdaad zullen er in de film veel meer hoge elfen, tovenaars en zwaardzwaaiers allerhande figureren dan in het boek.
Tegelijk wil hij The Hobbit lichter maken, minder dreigend. Vooral het gezelschap van een groep dwergen nodigt uit tot enige slapstick. Die kregen opvallend grote hoofden en voeten: dat moet een zeker komisch effect geven, maar het kan ook te kolderesk overkomen. Vooral Bombur, gespeeld door Nieuw-Zeelander Stephen Hunter, zou wel eens akelig dicht kunnen aanleunen bij de wijze waarop grapjas Gérard Depardieu Obelix meende te moeten spelen.
MAAR THE HOBBIT DRAAIT DUS OPNIEUW OM EEN HOBBIT?
Hoe raar het ook klinkt: néén. Eigenlijk is The Hobbit het grote verhaal van de dwergen. Zeker, het is ingewikkeld. Hobbits zijn een soort kabouters, dwergen ook, maar zeg dat nooit. Hobbits zijn landelijke lieden, dwergen een hard volk van mijnbouwers, metaalbewerkers, handelaars en soldaten. Hobbits houden van bier en tabak. Dwergen van geld.
The Lord of the Rings voerde alle mogelijke volkeren op – hobbits, elfen, mensen, orks, tovenaars, enten, enzovoort – maar geen dwergen, op de eenling Gimli na. Nu heeft het uur van de dwergen geslagen. The Hobbit is hún film. Het verhaal gaat tenslotte om hún geld, hún schat die ooit gestolen werd en die ze terug willen, het herstel van hun eer ook. Daarom brengt tovenaar Gandalf hen naar de hobbit Bilbo Balings (Baggins in het Engels), volgens hem een onmisbare hulp om hun schat terug te vinden. En die bevindt zich oneindig ver, onder de Eenzame Berg. En boven die blingbling waakt de humeurige draak Smaug. Dat was het uitgangspunt van het verhaal van Tolkien: een rooftocht annex wraakactie van een commando dwergen, even beslist als rancuneus. Nu voegt Jackson in zijn filmtrilogie daaraan toe wat niet in het boek staat (omdat Tolkien het zelf in de jaren dertig nog niet had bedacht): hoe essentieel die particuliere expeditie zal blijken in de afwikkeling van het noodlot van heel Midden-Aarde.
DERTIEN DWERGEN, DUS DERTIEN HOOFDROLLEN?
Minstens veertien. Van The Lord of the Rings weten we gelukkig dat Jackson overweg kan met zo’n hopeloos uitgebreide cast. Er is natuurlijk dé hobbit, de jeugdige Bilbo, een rol voor Martin Freeman. Hij speelt Dr. Watson in de tv-serie Sherlock, was Tim Canterbury in The Office (2001-2003) en liep als Arthur Dent in kamerjas door The Hitchhiker’s Guide to the Galaxy (2005). Ook in The Hobbit zal hij in peignoir mogen paraderen, wat in de jaren dertig modieus was bij betere Britten. Winston Churchill liet zich zelfs fotograferen terwijl hij hoog buitenlands bezoek ontving: in kamerjas, met whisky.
Het bezoek van Bilbo bestaat dus uit dwergen. Jackson heeft dat collectief verregaand geïndividualiseerd. Naast hun koning Thorin Eikenschild bestaat het gezelschap uit onderscheiden clans. Zo zijn er de adellijke broers Dwalin (vechtjas) en Balin (raadgever); Fíli en Kíli, Thorins neefjes van koninklijken bloede; de ambachtslieden Óin en Glóin en de middenklassers Dori, Nori en Ori; en Bifur, Bofur en Bombur zijn getransformeerd tot working class hero’s. Ook weer naar Jacksons gewoonte koppelt hij acteurs uit Nieuw-Zeeland en Australië (‘kiwi’s’) aan wat bekendere gezichten. Verwacht geen wereldsterren als Johnny Depp. Wel zal in deel twee Stephen Fry gestalte geven aan de Meester van Meerstad. Dwergenkoning Thorin Eikenschild wordt gespeeld door Richard Armitage (Lucas North uit Spooks). En James Nesbitt, misschien wel het sympathiekste gezicht van de tv-reeks Cold Feet, is zijn kompaan Bofur.
EN WAT MET DE ANDERE VERTROUWDE GEZICHTEN UIT THE LORD OF THE RINGS?
Die zijn er opnieuw. Ian McKellen is opnieuw Gandalf, Andy Serkis weer Gollem, Hugo Weaving verschijnt andermaal als Elrond, Christopher Lee als Saruman en Cate Blanchett als Galadriel. Vanaf de tweede film wordt Orlando Bloom ook opnieuw als Legolas verwacht. Dat is voor de acteurs geen sinecure. Zoals Cate Blanchett zegt: ‘Mijn personage is in The Hobbit 75 jaar jonger dan in The Lord of the Rings, maar ikzelf ben intussen meer dan tien jaar ouder.’ Ook dat werd opgelost: ‘There was a bit more make-up necessary.’
De uitbreiding van het oorspronkelijke verhaal leidt onder meer tot de verschijning van Sylvester McCoy (Doctor Who in de jaren tachtig) als derde tovenaar, Radagast de Bruine. In Tolkiens boeken is die weinig meer dan een voetnoot, Jackson pimpt die bijfiguur op tot een belangrijk personage.
Om het publiek mee te krijgen van The Lord of the Rings naar The Hobbit speelt Ian Holm ook even opnieuw de ‘oude’ Bilbo, samen met Elijah Wood als zijn neef Frodo. Maar Frodo was nog niet geboren in de periode waarin De hobbit zich afspeelt, dus verder doet hij niet mee. Dat is ook de reden waarom Aragorn (Viggo Mortensen) niet van de partij is: die was ten tijde van The Hobbit amper tien.
GEEN ARAGORN? HELP, WAT DAN MET DE BLOEDMOOIE ARWEN?
Liv Tyler kan er in principe bij zijn als Arwen – zoals alle elfen heeft ze het eeuwige leven – maar daar ziet het niet naar uit. Volgens Tolkien woonde ze in die jaren in het afgelegen elfenland Lorien. Het lijkt erop dat Jackson haar daar laat zitten. Lijkt, want omdat pas recent werd beslist van twee naar drie films te gaan, wordt er gespeculeerd dat Arwen, al dan niet met Aragorn, toch een rolletje kan krijgen, eventueel in het derde deel. Dat is er pas in 2014, en contractueel moeten de acteurs tot dan beschikbaar blijven voor nieuwe opnames in Nieuw-Zeeland.
OPNIEUW NIEUW-ZEELAND? HET OOGT INDERDAAD WEL ÉRG LORD OF THE RINGS.
Dat is zeker zo. Er zijn wel veranderingen – naast de orks zijn er nu goblins of aardmannen, en de wargs (wolven) leken destijds nog hyena’s, maar worden nu échte noordse wolven – maar veel bleef hetzelfde. Jackson zoekt in hetzelfde land naar nog mooiere landschappen, gekozen door dezelfde locatiemanager. Hij heeft dezelfde cameraman, dezelfde visual artists (Alan Lee en John Howe), en Howard Shore zorgt opnieuw voor de muziek.
Zelfs de structuur van de films loopt parallel. Er wordt vertrokken vanuit het lieflijke hobbitland, via avonturen bereikt men het elfenoord Rivendel, dan zijn er ondergrondse gevechten onder de Nevelbergen, een ontmoeting met Gollem, de aanwezigheid van de Ring, en via bossen, elfen, allerlei mensen, wolven en weerom spinnen gaat het naar een finale door land met een eenzame berg. Bij The Lord of the Rings zaten de slechten op gevleugelde amfibieën, nu is er met Smaug een echte draak.
ALS JACKSON ZICHZELF ZODANIG HERHAALT, WAAROM MOESTEN WE DAN TIEN JAAR WACHTEN OP EEN VERVOLG?
Omdat de making of veel voeten in de aarde had. Eerst was Jackson wat hobbitmoe. Vervolgens deed hij New Line Cinema een proces aan over niet-ontvangen royalty’s voor The Lord of the Rings, waarop dat liet weten nooit meer te werken met die ’te inhalige man’. Dan bleken de productierechten niet in dezelfde handen als de distributierechten. Uiteindelijk bereikte New Line een akkoord met MGM, zou Jackson uitvoerend producer zijn en de Mexicaan Guillermo del Toro regisseur. In 2012 trekt Del Toro zich terug, officieel wegens de ‘aanhoudende onduidelijkheid’. Hij blijft wel vermeld als scenarist. Vast staat dat zijn Hobbit veel excentrieker en over the top zou zijn. Del Toro had ook niet veel zin in 3D. Jackson aanvaardt die techniek wel.
3D? DUS EIST DE COMPUTER IN THE HOBBIT WEEROM EEN HOOFDROL OP?
Vanzelfsprekend. Bij The Lord of the Rings experimenteerde men nog met technieken als motion capture, nu zijn die gemeengoed geworden. Jackson werkte altijd graag met digitalisering, in The Hobbit maakt hij er (nog) meer gebruik van. De technische innovatie stopt ook niet bij 3D. The Hobbit wordt gefilmd in high-frame rate (hfr), waarbij per seconde niet de klassieke 24 beelden voorbijflitsen, maar 48. Dat zou tot loepzuivere opnamekwaliteit leiden. Een proefpanel bleek evenwel niet overtuigd. Het kloeg over hyperrealisme en een té klinische sfeer. In de bioscoop zal de kijker kunnen kiezen tussen alle varianten: 3D-hfr waar mogelijk (zoals bij Kinepolis), 3D en gewone 2D.
IS THE HOBBIT WEER EEN KANDIDAAT VOOR EEN KARRENVRACHT OSCARS EN VOLLE ZALEN?
Dat laatste is alleszins de eerste bedoeling. Jacksons palmares ná The Lord of the Rings is te bleek. King Kong (2005) noch The Lovely Bones (2009) en zelfs niet The Adventures of Tintin (2011) waren commercieel een schot in de roos. Hij heeft dringend een nieuw groot succes nodig om zijn status als regisseur van blockbusters hoog te houden. En de financiële inzet voor MGM en New Line is dat The Hobbit al een flop is als de film geen instant-kassucces wordt.
Of The Hobbit inhoudelijk zal schitteren, valt af te wachten. Een dun verhaal wordt met oude zijverhalen aangevuld tot nieuwe Tolkien en uitgesmeerd over drie kloeke films: er is veel vakmanschap nodig om dat tot een goed einde te brengen. Jackson heeft (of had) dat, en niemand die Tolkien beter begrijpt en met liefde en respect voor het origineel op scherm kan brengen dan zijn team. Maar het publiek van 2012 is niet meer dat van 2001. The Lord of the Rings heeft fantasy en fantastische verhalen (opnieuw) mee gelanceerd in de filmwereld. Maar hoe hongerig is het publiek nog na alle Harry Potters, Narnia’s, Pirates of the Caribbeans? The Hobbit heeft veel om opnieuw te imponeren, maar ook om zwaar te falen.
THE HOBBIT: AN UNEXPECTED JOURNEY
Vanaf 12/12 in de bioscoop
DOOR WALTER PAULI
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier