Zijn Tom Hardy en Austin Butler coole bikers?

Dat is vanzelfsprekend nauwelijks een vraag. Met een sterrencast waarin u ook Jodie Comer uit Killing Eve herkent, vormen zij in The Bikeriders een motorbende waar u zo bij wilt aansluiten. Aanvankelijk toch.

Zult u onder meer aantreffen in Vandals MC, de fictieve motorclub waar het in The Bikeriders allemaal om draait: Austin Butler (Elvis, Dune 2), Tom Hardy (Mad Max: ­Fury Road, Venom), Jodie Comer (Killing Eve), Michael Shannon (Man of Steel, Boardwalk Empire) en Mike Faist (Challengers).

Zult u horen: véél vintage Harleys. ‘We werkten uitsluitend met historisch ­correcte bikes, zestig, zeventig, zelfs ­tachtig jaar oud’, zegt regisseur Jeff Nichols. ‘Soms ­waren die ronduit levensgevaarlijk. Er ­waren er zonder schijfremmen. Eén ­motor kon je alleen starten door hem in brand te steken. “Niet op ­letten”, zei de eigenaar. “Dat vuur dooft vanzelf wel.” En daar moest ik al die ­geliefde, mooie acteurs op zetten. Gelukkig is het voor niemand verkeerd afgelopen.

Nichols, die naam ­maakte met lyrische films als Mud (met Matthew McConaughey) en ­Loving (met Joel ­Edgerton), ging de mosterd voor zijn ­nieuwe film halen bij het gelijk­namige legendarische boek uit 1968 van Magnum-fotojournalist Danny Lyon. Die besloot in zijn jonge jaren om de bikercultuur van binnen­uit te ­volgen en sloot zich aan het Chicago-chapter van de ­Outlaws. Zijn beroemde ­collega Hunter S. Thompson, die een jaar met de Hells Angels had doorgebracht, gaf hem de raad: ‘Get the hell out of that club’, en draag een helm. Lyon werd lid en droeg nooit een helm. Zijn beelden zijn onder­tussen ­iconisch geworden (en Lyon zelf leeft nog steeds). ‘Zijn goud­eerlijke prachtfoto’s, ­gecombineerd met ongefilterde interviews, geven het meest complete beeld van een subcultuur dat ik ooit heb gezien’, zegt Nichols vol bewondering.

Met de kleurrijke figuren uit Lyons boek als basis verzon de regisseur een ­verhaal over een oude koning, een belachelijke ­coole troonpretendent en een love ­interest. ­Johnny (Tom Hardy) heeft de Vandals gesticht nadat hij Marlon Brando had gezien in The Wild Ones. De jonge Benny (Austin Butler) is voor niets en niemand bevreesd. Kathy (Jodie Comer) heeft haar hart aan de charismatische Benny verloren, maar gruwt van het almaar toenemende geweld.

‘En toch, ondanks dat geweld, spreken die bikers tot de verbeelding’, legt ­Nichols uit. ‘Het eerste uur van de film is ook een liefdesbrief aan de romantiek van die subcultuur. Bewust. Ik heb het daar met ­Danny Lyon vaak over gehad. Hij noemt de ­motards die hij destijds gefotografeerd heeft ­“prachtig maar soms idioot”. Het heeft geen zin om het te ontkennen: we ­vinden aantrekkelijk wat we niet aantrekke­lijk zouden ­mogen vinden. Ik daag iedereen uit om tussen veertig ­historische Harleys te lopen en niet onder de indruk te zijn. Dat gaat gewoon niet.’

Hoe beruchter de Vandals, hoe meer onheil ze aantrekken. Er komen Vietnamveteranen met serieuze drugsverslavingen bij, afpersing en andere criminaliteit nemen hand over hand toe. En wie zich niet aan deze of gene heilige regel van de ­Vandals houdt, krijgt een mes tussen de ribben of ziet zijn bar in vlammen opgaan. Alles om bij de club te horen.

‘We zijn allemaal op zoek naar identiteit,’ besluit Nichols, ‘vandaag misschien zelfs nog meer dan in de sixties. ­Identiteit geeft je een doel, een reden om ’s morgens uit bed te stappen. De waarheid is dat ontzettend veel mensen hun identiteit ­ontlenen aan een groep. Hoe ­interessanter en unieker die is, hoe interessanter en ­unieker je zelf bent. Je krijgt status en aanzien zodra je een groep ­vervoegt, daar hoef je verder hele­maal niets voor te doen. Maar vervolgens zul je je wel moeten bewijzen en de groep verdedigen. Dat is van alle tijden. Kijk naar de extreemrechtse Proud Boys-militie. Waarom voelen die jongen mannen zich zo ontevreden? Waarom vormen ze die vrese­lijke, gewapende bende? Waarom bestormen ze het Capitool? Natuurlijk was dat ridicuul maar het was wel echt, hè. Ze bestáán. Als samenleving kunnen we dat maar beter niet ontkennen.’