Weinig films treffen de gevoelswereld en eenzaamheid van een kind raker dan ‘The Quiet Girl’
Film - The Quiet Girl
Regisseur - Colm Bairéad
Cast - Catherine Clinch, Carrie Crowley, Andrew Bennett
Kinderkreten hoort men niet in Colm Bairéads pijnlijk tedere opgroeidrama The Quiet Girl.
‘Shyness is nice, and shyness can stop you from doing all the things in life that you’d like to.’ The Smiths-opperkuif Morrissey zong het begin jaren tachtig al, en dat is ook het tijdsgewricht waarin we Cáit ontmoeten, het o zo verlegen, Ierse meisje uit Colm Bairéads o zo delicate debuut The Quiet Girl, naar de novelle Foster van de Ierse schrijfster Claire Keegan.
Wanneer de zomervakantie aanbreekt wordt Cáit door haar ploerterige pa en haar suffe ma naar verre familie op het platteland gestuurd, maar missen zullen ze haar niet. En niet alleen omdat er nog genoeg broertjes en zusjes rondlopen en er alweer een nieuwe spruit op komst is. ‘Ze vreet het hele huis op’, waarschuwt haar vader het oudere, kinderloze boerenkoppel Seán en Eibhlín dat Cáit enkele weken wil opvangen.
Maar dat vreten blijkt reuze mee te vallen. Wanneer Cáit dag na dag ontdekt wat het is om als kind wél zorg en genegenheid te krijgen, begint ze beetje bij beetje te ontdooien, en haar aanvankelijk onwennige, schijnbaar ongelukkig getrouwde interim-voogden met haar.
Iets spectaculairs gebeurt er niet in The Quiet Girl, waarin voornamelijk Gaelic gesproken wordt en dat enkele maanden geleden, naast overzeese jubelkreten, ook een Oscarnominatie voor beste buitenlandse film ontving. Het is een coming-of-agedrama dat al even timide is als zijn tienjarige protagoniste (nieuwkomer Catherine Clinch) en het vooral van subtiele impressies moet hebben.
Je hoort de wind door het zomergras waaien, de koeien loeien in de weide en je ziet Cáit verschrikt naar haar matras loeren wanneer ze weer eens in bed geplast heeft. Maar veel films die raker de gevoelswereld en eenzaamheid van een kind treffen zijn er niet. Of het moet Ken Loach’ Kes zijn.
Achter de blikken die meer zeggen dan woorden schuilt een geheim dat verklaart waarom tante Eibhlín zo teder met Cáit omgaat en oom Seán zo stug. Maar Bairéad, die voordien enkel documentaires en tv-films draaide, brengt het niet als een onthulling, ook al omdat het vrij evident is.
Belangrijker is hoe de schuchtere Cáit haar nieuwe wereld ervaart en ontdekt en hoe het besef dat haar lange, hete zomer gedoemd is om straks weer voorbij te zijn in elke scène sluimert. Bairéad laat het je voelen dankzij een gevoelige montage, de verzorgde, in warme tinten badende cinematografie van Kate McCullough en een soundtrack waarin piano en violen voor melancholische noten zorgen, maar dan zonder al te nadrukkelijk tranen te trekken. Of de chronisch stille Cáit te overstemmen.
Een kleine film over een klein meisje, maar mooi gefilmd, aandoenlijk vertolkt en met zo’n groot hart dat je meteen Child Focus wil bellen om Cáits stuitend onverschillige ouders aan te geven.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier