Film - The Substance
Genre - Scifi/horror
Regisseur - Coralie Fargeat
Cast - Demi Moore, Margaret Qualley, Dennis Quaid
In het heerlijk groteske The Substance gaat Coralie Fargeat de schoonheidscultus te lijf met humor, horror en feminiene furie.
‘Het lichaam’, zei Jean-Paul Sartre ooit, ‘is een structuur in constante aftakeling, een herinnering aan sterfelijkheid die zichzelf verteert.’ Afgaand op zijn bovengemiddelde consumptie van wijn, koffie en blauwe Gauloises had de Franse filosoof waarschijnlijk weinig op met fitness, leggings en zweetbanden. Maar in The Substance, Coralie Fargeats scherpe bodyhorrorsprookje, wordt Sartres stelling onderworpen aan een zodanig intensieve work-out dat alle grenzen van de verbeelding sneuvelen. Het resultaat – dé shocker van Cannes – is een satirische nachtmerrie die de zelfdestructieve schoonheidscultus van Hollywood en de Instagram-generatie genadeloos en grijnzend fileert. En vooral: een even smakelijke als smakeloze portie filmfun. Ook voor niet-existentialisten.
Elisabeth Sparkle (Demi Moore), ooit een populaire aerobicsster, krijgt op haar vijftigste te maken met de gladde studiochef Harvey (Dennis Quaid), die haar tv-carrière wil cancelen nu haar borsten, billen en kijkcijfers beginnen te zakken. Zijn boodschap? Leeftijd is een gebrek, en daar kunnen geen botox of buttlifts wat aan verhelpen. De redding voor Elisabeth komt in de vorm van een slijmerige substantie die haar de kans geeft haar cellen te klonen en een jongere versie van zichzelf, Sue (Margaret Qualley), tot leven te wekken. Alleen zijn Elisabeth en Sue geen aparte individuen, zo leert de bijsluiter. Ze zijn twee kanten van hetzelfde wezen, waardoor ze om de zeven dagen van lichaam moeten wisselen. Anders gebeuren er rare, héél rare dingen.
Fargeats camera zit de personages schaamteloos dicht op de huid en begluurt de duellerende lijven vanuit elke hoek. Met een mix van walging en adoratie tegelijk. Dat vertaalt zich in een droomwereld van neon, glinsterende maillots en schrille jaren-tachtigkitsch die uit de locker van Jane Fonda had kunnen komen. Het productieontwerp knipoogt naar Stanley Kubrick en David Lynch, met strak uitgelichte, felgekleurde gangen. En elders loeren Brian De Palma en John Carpenter om het hoekje.
In de hypertheatrale finale – waarin Sue en de jaloerse, aftakelende Elisabeth in de clinch gaan – ontmaskert Fargeat de vrouwelijke woede als een vernietigende, maar bevrijdende kracht. Desnoods met een beekje blubber en bloed. Zelf ziet de Franse filmmaakster haar fabel als een fors gespierd, feministisch statement. Maar wie voorbij die boodschap en de monsterlijke protheses kijkt, ziet vooral een intens fysieke filmtrip; een uitzinnige anatomieles die meer te maken heeft met de gezond zieke geest van bodyhorrorkoning David Cronenberg dan met de theoretische overpeinzingen van Susan Sontag.
The Substance is een absurd sprookje dat het patriarchaat op de naaldhak neemt, en waarin (ex-)Hollywooddiva Demi Moore de film en de pols naar ijle hoogtes tilt met haar meest vlezige en onvervaarde rol sinds de nineties. Fargeat levert een over-the-topervaring af die prikkelt, provoceert en tot nadenken dwingt. Honderd minuten lang dompelt ze je onder in een wereld die onvermoeibaar jong en perfect wil zijn en waarin niet gekeken wordt op een lichamelijke mutatie meer of minder. Zoals Olivia Newton-John al zong tussen de loopbanden en de crosstrainers: Let’s get physical! Of was dat toch Jean-Paul Sartre?
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier