
Film - A Complete Unknown
Regisseur - James Mangold
Cast - Timothée Chalamet, Edward Norton, Elle Fanning
De Bob Dylan-biopic A Complete Unknown – met Timothée Chalamet als Bawb – schetst de artiest als jonge man én mysterie. Met metier, maar braaf binnen de lijntjes.
In het begin wilde hij Woody Guthrie worden, daarna wilde hij The Rolling Stones zijn en al doende werd hij Bob Dylan. Dat is de – toegegeven – reductionistische omschrijving van de inmiddels zeven decennia omspannende carrière van de legendarische songsmid, en bij uitbreiding van deze vlotte maar brave muziekbiopic.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Regisseur James Mangold – zie ook de Johnny Cash-film Walk the Line (2005) – kiest wijselijk niet voor een alomvattend portret. Wel voor een vintage uitgedoste evocatie van het moment waarop Dylan de stekker in het stopcontact stak. Letterlijk. A Complete Unknown – de ironische titel komt uit de evergreen Like a Rolling Stone – speelt zich immers af tussen 1961 en 1965, wanneer Dylan voor het eerst elektrisch gaat op het Newport Folkfestival en daarmee alle folkies en de popgeschiedenis een elektroshock toedient.
Je ziet hoe hij als vagebond aanspoelt in Greenwich Village, New York, de hotspot voor alles wat underground is, en hoe hij daarna ook bovengronds furore maakt. Ondertussen passeren zijn rommelige relaties met folkidool Woody Guthrie, nachtegaal Joan Baez en liefje Suze (omgedoopt tot Sylvie) de retro-revue, en ontdek je hoe hij zich ontworstelt aan puristen als Pete Seeger die hem als de rebelse, maar niet zo zoetgevooisde stem van een generatie beschouwen.
Alleen is het drama van deze film dat er desondanks relatief weinig drama is. Tenzij je het inwisselen van een akoestische gitaar voor een Fender Stratocaster als de meest subversieve daad beschouwt sinds die keer dat Hitler Polen binnenviel. In bepaalde kringen grenst de deïficatie van Dylan nu eenmaal aan het sektarische, maar Mangold probeert niet om de Nobelprijswinnende songwriter, laat staan de man te ontraadselen.
Deze conventionele Hollywoodfanfare husselt hooguit wat gebeurtenissen door elkaar. Songs worden gespeeld voordat ze geschreven werden, fictieve anekdotes als feit gepresenteerd – wat voor die-hard-dylanologen al heiligschennis is. Maar Mangold wil vooral een mythe vertellen. Bij voorkeur op een klassieke en entertainende manier, met de zegen van Dylan zelf overigens.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
De Oscar-genomineerde Timothée Chalamet heeft zich de zonnebril en nasale stem van de freewheelin’ Bobbie Zimmerman aangemeten en is prima zolang hij acteert, zingt (zelf!) en níét denkt: ‘Ik moet Dylan nadoen, dus moet ik nu glazig kijken en door mijn neus mompelen.’ Hij heeft de juiste ongrijpbaarheid, maar zijn vertolking blijft impressionistisch. Ondertussen voert de regie je mee met oldschool panache, en net als met Walk the Line – dat weliswaar elektrificerender was – bewijst Mangold zijn metier in een genre dat alleen nog wordt gemaakt om Oscars binnen te hengelen: het klassieke kostuumdrama voor volwassenen.
‘Hij is onze Elvis, maar zonder de bullshit’, orakelt een van de folkies wanneer Dylan voor het eerst op Newport staat. En dat is ook het motto dat deze keurige biopic huldigt. Maar of dit daarom de definitieve Dylan-biopic is, méér dan Todd Haynews’ postmoderne rockrêverie I’m Not There? The answer, my friend, is blowin’ in the wind. The answer is blowin’ in the wind.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier