Met Materialists levert Celine Song een romcom af die even gecalculeerd is als haar personages, wat tegelijk de kracht en de achilleshiel van de film is.
Liefde is een slagveld, daten is big business en geld maakt niet noodzakelijk gelukkig – zelfs niet als het object van je begeerte eruitziet als Pedro Pascal. Om dat te weten hoef je geen Spinoza of Simone de Beauvoir te heten, en zelfs geen Celine Song. Al doet de Amerikaanse, die vorig jaar nog vertederde met haar debuut Past Lives, in haar nieuwe romcom Materialists alsnog alsof ze het wiel der relaties heruitvindt. Bovendien mag je de term ‘romcom’ met een kloeke korrel zout nemen, want veel ‘com’ is er niet aan, en romantisch is haar dissectie van het genre ook nauwelijks. Wel koel, en gewikkeld in een metalaagje.
Dakota Johnson – in een rol waarvoor men in de nineties Julia Roberts optrommelde – speelt Lucy, een professionele matchmaker voor de New Yorkse happy few. Ze koppelt anderen, maar is zelf single. Tot ze een keuze moet maken tussen twee mannen die allebei uit een glossy magazine lijken te zijn gestapt. Of uit Sex and the City. Er is haar ex – Chris Evans met puppyogen en nul kapitaal – die op zijn 37e nog steeds hoopt op zijn grote doorbraak als acteur. En er is de charmante, knappe bankier Pedro Pascal, met milde glimlach en een penthouse van 12 miljoen dollar.
Song laat de illusie van liefde langzaam oplossen in de verzuurde champagne van het kapitalisme. Lucy verkoopt romantiek zoals Hollywood films: met een verkoopstrategie en een handtekening onderaan. Alleen missen de dialogen venijn en ontbreekt het de film aan warmte. En chemie. Ook al is dat net de (over)nadrukkelijke pointe. Johnson straalt in haar chique outfits, maar blijft hangen in laconieke poses. Pascal is de latinoversie van Mister Big, maar mist sexy tragiek. En Evans? Die blijft steken in de trope van de arme-acteur-met-het-grote-hart.
Er zijn fraaie, stemmig verlichte shots van dure bruiloften, kristallen glazen en Manhattan by night die zelfs Woody Allen week zouden maken. Maar het tempo van Materialists is – bewust – loom, de toon melancholisch, de geluidsband stil, en de zeldzame knipogen verzinken in een film die tegelijk een ode én een afrekening met het genre wil zijn. Song wil haar bruidstaart en haar maatschappijkritiek tegelijk, maar eindigt zo met iets dat meer smaakt naar Netflix op zondagavond dan naar Éric Rohmer voor de 21e eeuw. Hoog tijd om nog eens Ma nuit chez Maud te herbekijken. Of desnoods een romcom met Julia Roberts.