‘The Brutalist’ durft monumentaal te zijn, zonder tactiliteit en intimiteit te verliezen

4,5 / 5
4,5 / 5

Film - The Brutalist

Regisseur - Brady Corbet

Cast - Adrien Brody, Felicity Jones, Guy Pearce

Dave Mestdach
Dave Mestdach Chef film van Knack Focus

In The Brutalist (de)construeert Brady Corbet de Amerikaanse droom met een monumentaal epos over trauma, ambitie en de kunst van het compromis.

Wie had voorspeld dat die kindacteur uit Thirteen en Mysterious Skin ooit zou uitpakken met een kolossale kunstenaarskroniek die zonder gêne knipoogt naar heimatfilms als Elia Kazans America America, Paul Thomas Andersons There Will Be Blood en zelfs Orson Welles’ Citizen Kane, zou gek zijn verklaard. En terecht. Toch is dat precies wat Brady Corbet – uitgegroeid tot een kloeke knaap van 36 – klaarspeelt met The Brutalist. Zijn fictieve portret van architect en Holocaustoverlever László Tóth, die in het Pennsylvania van de jaren vijftig zijn Amerikaanse en architecturale droom probeert te realiseren, is een imposant, neomodernistisch meesterwerk dat al even terecht voor tien Oscars werd genomineerd.

Een gebrek aan ambitie heeft Corbet als indie-auteur nooit aan de dag gelegd. Zijn regiedebuut The Childhood of a Leader (2015) was al een onheilspellend machtsspel, zij het nog weinig gestroomlijnd. Zijn tweede langspeler Vox Lux (2018) was een narcistische fabel die de waan van het celebrityleven ontleedde. Maar beide bleken slechts opwarmertjes voor dit dik drieënhalf uur durende breedbeeldepos – inclusief muzikale intermissie halverwege.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Centraal staat László Tóth (Adrien Brody in zijn gewichtigste rol sinds The Pianist), een Hongaarse immigrant met een onwrikbare visie en een bevlekt verleden. Terwijl hij de skyline van zijn adoptieheimat Amerika wil veranderen, met de hulp van de rijke entrepreneur en mecenas Harrison Van Buren (Guy Pearce), worstelt hij met het trauma van zijn verleden en het kille, kapitalistische compromis dat de Amerikaanse droom uiteindelijk blijkt te zijn. Ondertussen is ook zijn huwelijk met Erzsébet (Felicity Jones) een voortdurende zaak van negotiëren en navigeren. Emotioneel én fysiek.

The Brutalist – geschreven door Corbet en zijn eega Mona Fastvold – is een verhaal over identiteit, verlies en de clash tussen persoonlijke idealen en maatschappelijke verwachtingen. Voor deze naoorlogse odyssee grijpen Corbet en huiscameraman Lol Crawley terug naar het VistaVision-formaat (zeventig jaar geleden ontworpen door Paramount), wat resulteert in adembenemende composities. Sommige scènes ogen als architecturale tableaux vivants, met strakke lijnen, scherpe contrasten en een spookachtige symmetrie die de troebele psyche van Tóth reflecteert. Judy Beckers productieontwerpen lijken dan weer een ode aan het brutalisme zelf: imposant, direct en ontdaan van alle franjes.

‘Tussen droom en daad staan wetten in de weg, en praktische bezwaren, en ook weemoedigheid die niemand kan verklaren.’ Dat pende Willem Elsschot al, en lijkt ook het credo – én het drama – van Tóth te zijn. Hoewel The Brutalist in de slotact even onder zijn gewicht begint te wankelen, is het hoe dan ook miraculeus dat dit epos slechts tien miljoen dollar kostte. Dat budget is – los van de hetze rond het gebruik van AI in de montage – dan ook gebezigd met een precisie die je bijna klinisch kunt noemen, net als Tóths visionaire ontwerpen. Maar dan zonder dat het geheel ooit steriel aanvoelt – met dank ook aan de dromerige en dreigende score.
Een film die, net als Tóths architectuur, monumentaal durft te zijn, zonder zijn tactiliteit en intimiteit te verliezen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content