‘Rapito’ van regisseur Marco Bellocchio: toen de paus nog schaamteloos Joodse kinderen ontvoerde

© National

Edgardo Mortara was zes toen hij door paus Pius IX bij zijn ouders werd weggeplukt. In het weelderige kostuumdrama Rapito vertelt filmveteraan Marco Bellocchio zijn verhaal.

Misschien hebben je grootouders Edgardo Mortara nog ontmoet. Hij stierf in 1940 in een klooster van de reguliere kanunniken nabij Luik. Tot op hoge leeftijd probeerde hij als priester Pius zieltjes te winnen voor de katholiek kerk. Hoogst merkwaardig als je zijn levensverhaal kent. Steven Spielberg heeft het ei zo na verfilmd. Toen hij afhaakte, zag Marco Bellocchio zijn kans schoon. ‘Als Spielberg had doorgezet, zou ik er nooit aan begonnen zijn. Zo’n kostuumfilm kost stukken van mensen. Maar Spielberg haakte af’, glimlacht de maestro die in 2011 een Gouden Leeuw kreeg voor zijn oeuvre en in 2021 een ere-Palm.

Het romaneske, luisterrijke Rapito ging in wereldpremière tijdens het festival van Cannes. Met veel zwier en symboliek dramatiseert Bellocchio het hartverscheurende, waargebeurde verhaal van Edgardo Mortara. In 1858 wordt hij in Bologna door de inquisitie weggerukt uit een kroostrijke, welgestelde Joodse familie. Hij is amper zes. Toen hij als baby doodziek leek, had de katholieke kindermeid een nooddoop uitgevoerd. Dat maakte van hem een katholiek. De jonge Edgardo belandt in een seminarie dat kinderen uit andere religies via rigoureus katholiek onderricht ombuigt in kandidaat-priesters. De Mortara’s bewegen hemel en aarde om hun kind terug te krijgen. Protestmarsen in Europese en Amerikaanse steden helpen niet. De antisemitische, in 2000 door paus Johannes Paulus II zalig verklaarde paus Pius IX laat zich niet vermurwen. Edgardo is van hem. Op 20 september 1870 maakt het Italiaanse leger met de zogenaamde bres van Porta Pia een einde aan de pauselijke staten. De paus bepaalt de wet niet langer. Maar Edgardo keert niet terug naar zijn familie. Hij wordt een fanatieke katholiek die als priesternaam voor Pius kiest, de naam van zijn ontvoerder.

Zevenjarigen met hel en verdoemenis bedreigen, dat doe je niet.

‘Ik vind het een erg intrigerende geschiedenis’, zegt Bellocchio. ‘In naam van een absoluut principe wordt een misdaad gepleegd. De nooddoop verandert Edgardo onherroepelijk en voor eeuwig in een katholiek. Om zijn plaats in de hemel te vrijwaren is het gewettigd om hem uit zijn Joodse familie weg te rukken en een gezin te breken.’ Ook het flagrante machtsmisbruik fascineert hem. ‘Een wind van vrijheid, verandering en democratie waait door Europa. Maar net voor de wereldlijke macht van de paus ineenstort, krijg je een ultragewelddadige opflakkering van machtsmisbruik. Iets dat wel vaker gebeurt bij tanende totalitaire regimes.’ En dan is er nog het ‘enigma’ van Edgardo’s bekering. ‘Hij is de rest van zijn leven zijn tweede vader, paus Pius IX, trouw gebleven. Is dat het stockholmsyndroom? Is dat brainwashing? Als kind heeft hij natuurlijk geen enkele keuze. Maar dan nog verbaast zijn fanatisme. Denk maar aan de schokkende scène op het einde. Hij zoekt zijn moeder op haar sterfbed op. Je verwacht een omhelzing, de zo lang uitgebleven verzoening. Maar nee, hij probeert haar alsnog te dopen. Hij wil haar ziel winnen voor wat zijn religie is geworden. Rationeel is dat toch niet te verklaren?’

Marco Bellocchio, een beeldenstormer die eind jaren zestig sympathiseerde met radicaal-linkse bewegingen, is een overtuigd atheïst, maar groeide op in een katholiek nest. ‘Dat heeft me getekend. Het zou me als kind niet zijn toegestaan om protestant, boeddhist of iets anders te worden. Ik moest bidden, ik moest naar de kerk, ik kon niet om de sacramenten heen. Het katholieke geloof werd me door de strot geduwd. Misschien is daar mijn weerzin jegens de katholieke kerk ontstaan. Het ging ook erg ver. Zevenjarigen met hel en verdoemenis bedreigen, dat doe je niet. Wie een hoofdzonde begaat, zal eeuwig in de hel branden: wat een vreselijk beeld. Geen wonder dat ik van mijn geloof ben gevallen en zelfs kwaad werd op de katholieke kerk en dwangmatige religieuze opvoeding.’

Paus Pius IX krijgt in zijn film lik op stuk. In een nachtmerrie maakt hij zijn besnijdenis mee. ‘Humor is mijn manier om het realisme te counteren. Ik heb me al altijd veel vrijheden veroorloofd. Ik gebruik ook veel symboliek, want zo kun je complexe zaken bevattelijk maken. Ik wil dat de beelden spreken, niet de woorden. Dat is de kracht van cinema. Die nachtmerrie van Pius IX is trouwens niet vergezocht. Kardinaal Giacomo Antonelli heeft hem net verteld dat de ontvoering van Edgardo wereldwijd voor opschudding zorgt en dat een Joods theatergezelschap in Boston zijn besnijdenis in scène heeft gezet. De paus is daar danig van onder de indruk. Ik heb de scène wel 200 keer herbekeken en ik moet er elke keer om lachen.’

Rapito

Vanaf 06.12 in de bioscoop.

Marco Bellocchio

Geboren in 1939 in Piacenza.

Debuteert in 1965 met de film I pugni in tasca.

Neemt in zijn radicale oeuvre, dat je kunt lezen als een psychoanalyse van Italië, subversiviteit, maatschappijkritiek, waanzin en de moederfiguur onder de loep.

Krijgt een oeuvreprijs van het festival van Venetië in 2011 en van het festival van Cannes in 2021.

Reconstrueert zowel in de miniserie Esterno notte (2022) als in de film Buongiorno, notte (2003) de ontvoering van oud-premier Aldo Moro door de Rode Brigades.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content