Mama is getrouwd met haar leerling van dertien: regisseur Todd Haynes over ‘May December’
May December, de nieuwe film van Todd Haynes met Julianne Moore en Nathalie Portman, werd bij de Golden Globes ondergebracht in de categorie ‘beste komedie of musical’. Maar de lach is meer een grijns.
Gracie (Julianne Moore) en Joe (Charles Melton) lijken het gedroomde Amerikaanse middenklassegezin: een groot huis aan het water in Savannah, Georgia, drie kinderen, twee Ierse setters.
En dan arriveert de bekende Hollywoodactrice Elizabeth (Nathalie Portman), om kennis te maken met de levende inspiratie voor haar volgende rol: Gracie. Jaren geleden werd Gracie namelijk betrapt op seks met Joe, die 23 jaar jonger dan haar is en toen amper dertien was – en nog haar leerling. Het leidde tot een tabloidschandaal en zelfs tot een gevangenisstraf, maar hun relatie hield stand. Brengt de komst van Elizabeth, de outsider die de familiedynamieken doet wankelen, daar alsnog verandering in?
Hoe bezweer je de spoken van het verleden? Hoe recupereer je van een verboden relatie? En waar eindigt liefde en begint misbruik en manipulatie? Nee, het zijn geen simpele vragen die regisseur Todd Haynes zich stelt in het deugddoend dubbelzinnige May December. Maar van discreet subversieve films over getroebleerde harten – bij voorkeur die van getrouwde vrouwen – heeft de Amerikaanse maestro dan ook zijn huisspecialiteit gemaakt.
In Far from Heaven (2002) toonde hij hoe een blanke huisvrouw verstrikt raakt in haar verlangens wanneer ze in het suburbia van de jaren vijftig valt voor haar zwarte tuinman. In Carol (2015), dat zich eveneens in de conservatieve fifties afspeelt, zoomde hij in op de ontluikende liefde tussen een welgestelde pronkechtgenote en een jonge winkelbediende.
May December is een disfunctioneel familiedrama over schuld, rancune, macht en de weinig waarheidsgetrouwe wijze waarop we onze levens vertellen. Aan anderen, maar vooral aan onszelf. Alleen voegt Haynes, die altijd al peilde naar de sinistere ondertonen die schuilgaan achter perfect gemaaide gazons, gemanicuurde levens en popculturele constructen, daar een vleugje Hitchcockiaanse suspense aan toe, én vooral: een scheut sardonische satire.
Geen wonder dat May December – denk Ingmar Bergman meets Douglas Sirk, maar met een zelfbewust, campy kantje – bij de voorbije Golden Globes werd ondergebracht in de categorie ‘beste komedie of musical’. Maar vergis u niet: de lach is meer een grijns, de humor is van de ongemakkelijke soort.
Gracie en Elizabeth lijken in je film voortduerend een kat-en-muisspel met elkaar te spelen.
Todd Haynes: Precies. Wie solt met wie? Dat vond ik zo knap aan het script van Samy Burch en dat is wat films voor mij zijn, dat is wat films zouden móéten zijn. Films moeten je meelokken naar plekken waar je nooit eerder bent geweest, ze moeten je doen twijfelen of nadenken over wat je denkt te weten en voor waar aanneemt. Ik ben opgegroeid met films die me lieten denken: ‘Ho, maar wacht even, laten we hierover praten. Wie weet komen we tot andere inzichten?’ Aan de ene kant is het teleurstellend dat we daarvan zijn afgestapt en dat we tegenwoordig minder van films lijken te verwachten. Aan de andere kant geven de reacties op May December me het gevoel dat mensen wel degelijk nog in staat zijn om van dat soort ervaringen te genieten.
Gracie heeft geboet voor haar daden, maar is daarna getrouwd met Joe en ze hebben samen drie kinderen opgevoed. Is hun relatie dan gebaseerd op liefde of op misbruik?
Kun je voorbeelden geven van die dubbelzinnige films waarmee je opgegroeid bent?
Haynes: Alles van Alfred Hitchcock en Douglas Sirk. Er is geen enkele Hitchcockfilm waar niet iets ontregelends of freudiaans in zit. Er is er ook niet een waarvan je kunt voorspellen hoe hij zal aflopen. En ik heb het nu dus niet over de Europese auteursfilms van Bergman, Godard, Fassbinder en noem maar op. Ik heb het over de mainstreamcinema van weleer. Hitchcock en Sirk wisten subversieve thema’s te introduceren in Hollywood, in vertrouwde genres en voor een groot publiek. Dat is wat hen zo tijdloos en belangrijk maakt.
Opvallend: al je werk – van Safe (1995) en Velvet Goldmine (1998) tot Far from Heaven, Mildred Pierce (2011) en Carol – speelt zich af in het verleden, ook al is het een recent verleden, zoals in May, December, dat je situeert in 2015. Vanwaar die nostalgische reflex?
Haynes: Het geeft je meer vrijheid. Het verleden kun je meer kleuren zoals je dat zelf wilt. Als je een film wegduwt van het heden, dwing je jezelf om het heden te herkaderen. Het vraagt je om verbanden te leggen tussen toen en nu, tussen het onderwerp en jezelf. Vooral als het een maar klein duwtje richting verleden is. Het oorspronkelijke script voor May December speelde zich af in het heden, maar ik wilde het weghalen uit de Trumpjaren en het in het minder intens verdeelde Obamatijdperk plaatsen. Bovendien speelt het verhaal zich af in Georgia, in het zuiden van de VS, waar meestal conservatief en Republikeins wordt gestemd. Er zouden vragen komen over de relatie van de personages tot het politieke klimaat. Dat kon een belemmering vormen voor het toch al beladen onderwerp. De film gaat niet over politiek. De film gaat over politiek binnenshuis, binnen een gezin, binnen een huwelijk.
De film is losjes gebaseerd op ware gebeurtenissen, toch?
Haynes: (knikt) Gracie en Joe zijn een vrije vertaling van Mary Kay Letourneau en Vili Fualaau. Letourneau was een 34-jarige lerares toen ze in de jaren negentig een relatie aanging met haar op dat moment twaalfjarige leerling Fualaau. Ze belandde daarvoor in de gevangenis maar trouwde later toch met hem. In 2020 is ze overleden aan darmkanker. Ik was slechts vaag met het echte verhaal vertrouwd. Wat me meer interesseerde, was het fictieve gedeelte, over de actrice die Gracie en haar gezin komt observeren.
May December is veel dingen tegelijk, de film gaat onder meer over een toxische relatie en de naweeën ervan. Is het in die zin ook een satire op het post-MeTootijdperk?
Haynes: Doorgaans zijn het oudere mannen die profiteren van jongere vrouwen. Dat is wat we verwachten. In dit geval is het andersom. Ik vond het fascinerend om die dynamieken en de genders om te gooien. Omdat het dan meer over macht en manipulatie gaat dan over dader versus slachtoffer. Het wordt ambiguer. Universeler. Antiek-Griekser, zo je wilt. (lacht) Ik bedoel: tuurlijk heeft Gracie Joe gemanipuleerd toen die nog minderjarig was. Ze heeft hem daarna ook nooit echt de kans gegeven om zich los van haar te ontplooien. Maar je kunt niet anders dan vaststellen dat onze samenleving anders reageert op vrouwen die seksuele grenzen overschrijden dan op mannen die dat doen. Gracie heeft geboet voor haar daden, maar ze is daarna getrouwd met Joe en ze hebben samen drie kinderen opgevoed. Is hun relatie dan gebaseerd op liefde of op misbruik? Wie bepaalt dat? Personages die moeten boeten voor een liefde die botst op maatschappelijke conventies hebben me altijd gefascineerd. Het is wat Poison, Far from Heaven, Carol en May December bindt. Wat al mijn films bindt eigenlijk.
Was dat dan ook de trigger om deze film te maken?
Haynes: Dat, plus enkele specifieke dingen. Bij het personage van Gracie, een huisvrouw van vooraan de zestig, dacht ik natuurlijk meteen aan Julie (Julianne Moore, nvdr.). En er was die geweldige monoloog op het einde. Toen ik het script las, dacht ik: dit wil ik absoluut filmen. Die scène deed me denken aan hoe Ingmar Bergman Ingrid Thulin in De avondmaalsgasten (1963) filmt wanneer zij een brief voorleest terwijl ze recht in de camera kijkt in een mediumshot met een neutrale achtergrond. Toen ik dat als tiener voor het eerst zag, werd ik van mijn sokken geblazen. Zo eenvoudig. Zo krachtig. Zo conceptueel ook, om de acteur het kader volledig te laten domineren en taal en beeld tot een perfecte eenheid te smeden. Sindsdien heb ik altijd al zo’n scène willen filmen, en dit script bood me die kans. Daarop begon ik na te denken: wat is de beeldtaal die ons daar brengt? Daarop besloot ik om de personages in alle spiegelscènes direct in de lens te laten kijken, en dat tot een motief door de hele film te maken. Op die manier zie en voel je de twee vrouwen samensmelten en elkaar spiegelen, wanneer de een de ander als haar onderwerp bestudeert. Daarbij dacht ik natuurlijk ook aan Bergmans Persona (1966). En aan Joseph Loseys The Go-Between (1971), een film die ook over seksuele repressie gaat en waarvan we de uniek klinkende muziek van Michel Legrand hebben overgenomen en bewerkt.
Bij het personage van Gracie, een huisvrouw van vooraan de zestig, dacht ik meteen aan Julianne Moore.
Het is al je vierde film met Julianne Moore, na Safe, Far from Heaven and I’m Not There. Hoe is het werken met haar?
Haynes: It sucks. Ze heeft zoveel kapsones. (lacht) Nee, het voelt alsof we samen groot geworden zijn. In de business. En daarbuiten. Julianne is altijd een goede vriendin geweest. En een muze. We hebben een soort tegenhanger in elkaar gevonden. Ik heb me altijd verbaasd over haar karakter en haar capaciteiten, en haar lef om personages te spelen die moeilijk te lezen zijn, die vol obstakels zitten en die niet weten wie ze zelf zijn. Het zijn het soort complexe rollen waar ook ik altijd in geïnteresseerd ben geweest.
Blake Edwards zei ooit: al mijn films zijn mijn kinderen. Alleen gaan sommige naar de universiteit, en andere naar de tuchtschool. Hoe kijk jij naar je kinderen?
Haynes: Haha. Geweldige vraag. Ik vrees dat ik niet de beste vader ben. Er waren recent retrospectieven van mijn films in Parijs en New York, en sommige daarvan had ik sinds de release niet meer teruggezien. Zoals Carol en Safe. Het was gek: ik voelde me onthecht. Of nee: onbevangen is het woord. Alsof ik een gewone toeschouwer was. Ik keek naar Carol en zat te denken: zal het wel goedkomen met Cate Blanchetts personage? Zal ze ooit bij haar geliefde kunnen zijn? Alsof ik het niet meer wist. (lacht) De films die me achteraf het meest verrasten en het trotst maakten, waren I’m Not There, en de laatste aflevering van Mildred Pierce.
Je volgende film wordt er een met Joaquin Phoenix in de hoofdrol. Kun je daar al wat over lossen?
Haynes: Hoeveel tijd heb je? (lacht) Het gaat over een onwaarschijnlijke, romantische, seksuele relatie tussen twee mannen die het LA van de jaren dertig ontvluchten richting Mexico. Joaquin speelt een flik, het andere hoofdpersonage is een native American die schoolhoofd is. We hebben een geweldig script, een geweldige leading man en heel veel zin. Nu al de rest nog. (lacht)
May December Vanaf 24.01 in de bioscoop.
Todd Haynes
Geboren op 2 januari 1961 in Los Angeles, woont en werkt in Portland, Oregon.
Boegbeeld van de zogeheten new queer cinema.
Breekt door met de controversiële kortfilm Superstar: The Karen Carpenter Story (1987), die met barbies het leven van de Carpenters-zangeres en de destructieve invloed van de media belicht.
Maakt furore met films waarin hij sociale taboes en complexe (seksuele) relaties verkent. Bekendste titels: Safe (1995), Far from Heaven (2002), Carol (2015) en de HBO-miniserie Mildred Pierce (2011).
Groot rockliefhebber, die al Velvet Goldmine (1998), over de glamrockscene van de seventies, en de documentaire The Velvet Underground (2021) draaide.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier