Ierse hiphopgroep Kneecap: ‘Oproepen om te stoppen met kinderen opblazen zou niet controversieel mogen zijn’
Een balorige biopic vol drugs, beats en anti-Britse raps vertelt het ontstaan van de Ierse hiphopgroep Kneecap. Slechts de helft is verzonnen. ‘Controverse is voor ons iets positiefs.’
Het bestaat nog. Een band die wordt aangevallen door de Britse tabloids, wiens subsidies worden afgepakt door boze ministers en die tijdens concerten zélf wordt buitengezet. Kneecap heet hij en zijn territorium is het getroebleerde Noord-Ierland. De driekoppige groep rapt in onverstaanbaar Gaelic, maar beukt en feest in jongerentaal en redde zo deze zomer Rock Werchter, Glastonbury en andere festivals van de lamlendigheid.
Met hun liefde voor de Ierse taal, trots op hun republikeins katholieke cultuur en al dan niet satirische verwijzingen naar de Troubles, het decennialange geweld tussen katholieken en protestanten, jaagt Kneecap de Britten op de kast. Maar met verzen als ‘Fuck the pope / I am selling dope’ en hun appetijt voor raves en drugs zijn ze net zo goed de vijand van republikeinse paramilitairen. Hun naam verwijst naar de gewoonte van het IRA om drugsdealers en andere bandieten een knieschot te geven. Volgens The Guardian is Kneecap ‘een van de meest controversiële bands uit het Verenigd Koninkrijk en Ierland sinds de Sex Pistols’.
De film Kneecap (onlangs nog te zien op Film Fest Gent) vertelt het, deels gefictionaliseerde, ontstaansverhaal van de band. Een beetje zoals 8 Mile met Eminem als beginnende rapper, maar dan met de energie van Trainspotting. Naoise Ó Cairealláin (artiestennaam: Móglaí Bap), JJ Ó Dochartaigh (DJ Próvaí) en Liam Óg Ó hAnnaidh (Mo Chara) spelen in de film gefictionaliseerde versies van zichzelf.
Alleen een partypooper vraagt jullie om scène per scène feit van fictie te onderscheiden. Maar kunnen jullie een voorbeeld geven van wat compleet verzonnen is en wat niet?
DJ Próvaí: De grootste leugen? Dat we eigenlijk toch geen Iers spreken en zomaar wat brabbelen. (hilariteit)
Móglaí Bap: We hebben ons de creatieve vrijheid gegund om onze verhalen te combineren met die van vrienden of kennissen. Omdat we onszelf spelen, komen die valse verhalen authentiek over.
De grootste onwaarheid is dat mijn vader op de vlucht is voor de politie. Hij kan niet eens lopen. Hij zit in een rolstoel. Hoewel het personage door Michael Fassbender wordt gespeeld, nam een Amerikaanse journalist de hele film voor waar aan. Hij vroeg bezorgd of mijn vader nog steeds in de cel zat. We hebben hem niet gecorrigeerd en hij heeft het zo gepubliceerd. (lacht)
DJ Próvaí: Ik ben effectief als leerkracht ontslagen omdat ik tijdens een optreden mijn broek had laten zakken (én omdat op zijn blote achterwerk de boodschap ‘Brits out’ stond, nvdr.).
Móglaí Bap: En ik ben echt gedoopt voor een heilige rots in een bos nabij Belfast omdat de Britten katholieke misvieringen buiten de wet hadden gesteld. Het Britse leger dacht werkelijk dat het om een militair trainingskamp ging en hield de hele plechtigheid met helikopters in het oog. Alsof het niet al gek genoeg was dat mensen het bos in moesten voor hun religie.
Jullie rappen gretig over jullie appetijt voor allerhande roesmiddelen. Waar blijf je best af voor een optreden?
Móglaí Bap: Psychedelica zijn met voorsprong het slechtste idee. Acids, slecht idee. Ketamine, slecht idee.
DJ Próvaí: Die scène is niet verzonnen. We hebben eens flink gesnoven uit een zak wit poeder die iemand op de eerste rij aanbood. Het bleek geen cocaïne, maar ketamine. Ik raakte maar niet terug naar mijn deck om op de juiste knoppen te duwen. En ik wist nauwelijks nog hoe je dat doet, een knop induwen. In de film veranderen we op dat moment in kleifiguren.
‘Elk Iers woord is een kogel voor Ierse vrijheid’, drukt Michael Fassbender jullie in de film op het hart. In het Iers rappen is een politieke daad. Tegelijkertijd hossen ze buiten Ierland op jullie muziek zonder er ook maar een woord van te verstaan. Hoe kijken jullie daarnaar?
Móglaí Bap: We zijn géén activisten voor de Ierse taal. Toen we de band begonnen, was dat niet met het plan om de taal te redden en iedereen weer Iers te doen zingen. Dat speelde misschien ergens in ons achterhoofd, maar het was zeker geen drijfveer. Mensen zijn prekende muzikanten kotsbeu. Wie ben jij om mij te zeggen wat ik moet doen?
Wij maken muziek in de taal die we gebruiken. Dat maakt meer indruk dan rond toeteren hoe belangrijk het is om Iers te leren. Wij amuseren ons kapot in het Iers. Wees welkom om dat ook te doen.
DJ Próvaí: In Amerika verstaan ze geen woord van wat we zeggen. Zelfs ons Engels willen ze ondertitelen. Maar dat belet het publiek niet om van een optreden een feest te maken en dankzij de visuals hebben ze een idee waarover we zingen.
Niettemin spelen jullie een belangrijke rol in de hernieuwde belangstelling voor het bijna uitgestorven Iers.
Móglaí Bap: We begrijpen het belang. Een taal is als een diersoort. Eens uitgestorven komt ze nooit meer terug. Ze kan niet magisch herverschijnen. En met een taal verlies je ook een kijk op de wereld, een manier van denken. Een land zonder eigen taal is een land zonder ziel. In het Engels zijn onze plaatsnamen willekeurig verengelste klanken zonder betekenis. Belfast betekent helemaal niets. Maar het Ierse Béal Feirste heeft wel een betekenis: ‘de monding van de Farsetrivier’. En zo heeft elk woord een betekenis. De ‘mac’ en ‘o’ in familienamen verduidelijken van welke tak je afstamt. Het is doodzonde om die kennis te verliezen.
‘Een taal is als een diersoort. Eens uitgestorven komt ze nooit meer terug.’
Je hebt het over jullie voorouders, maar het leuke aan jullie teksten is dat ze niet over turf gaan, maar over ketamine en al wat de jeugd van tegenwoordig opwindt.
Móglaí Bap: Ja. En dus moesten we samen met onze vrienden – dit dateert van voor Kneecap – nieuwe woorden bedenken. Want de oude Ieren hadden geen woorden voor cocaïne of cannabis. We waren jong, spraken Iers en wilden feesten. We moesten de taal wel moderniseren. Om te overleven moet het Iers een woord hebben voor elk Engels woord.
Cocaïne noemden we ‘snaois’, het Ierse woord voor de snuiftabak van vroeger. Tegen een joint zeiden we ‘duidín’ – zo heette de oude kleipijp die honderden jaren geleden in Ierland werd gerookt. Onze slimste vondst was ‘capaillín’, Iers voor ‘paardje’, om ketamine – eigenlijk een kalmeermiddel voor paarden – mee aan te duiden. En onze beste vondst: ‘3CAG’, voor MDMA. ‘3 chonsan agus guta’ is Iers voor ‘drie medeklinkers en een klinker’.
Het Goede Vrijdagakkoord van 1998 maakte een einde aan decennialang geweld tussen katholieken, protestanten én de Britse ordehandhavers. Jullie hebben deTroubles niet meegemaakt. Maar zoals in de film wordt gegrapt: jullie worstelen zelf met méér dan genoeg troubles.
Móglaí Bap: Wij zijn de generatie van de wapenstilstandbaby’s. Maar die wapenstilstand heeft de trauma’s en de oorlogswonden van onze ouders niet weggetoverd. En bovendien heeft onze generatie een gloednieuwe set problemen. Het is amper geweten dat er tijdens de dertigjarige Troubles zowat vierduizend mensen gedood zijn. Na de wapenstilstand ontstond een vacuüm. Er was geen opvang voor een getraumatiseerde samenleving en amper goede vooruitzichten. Veel mensen grepen naar drank en drugs. De zelfmoordcijfers zijn enorm, zowel in mijn generatie als in die erboven en eronder.
Is er een groot verschil tussen de generaties?
DJ Próvaí: Zoals Michael Fassbender in de film beseft: het is voor de oudere generaties moeilijk om het verleden los te laten. Ze willen nog altijd iemand de schuld geven, dragen nog steeds veel woede in zich. Dat is begrijpelijk. Onze generatie is veel minder boos. We hebben die trauma’s niet zelf opgelopen. Wij hebben wat meer afstand tegenover de geschiedenis en kunnen ons afvragen: ‘Waarom vechten we nu ook alweer? Waarom al die moorden en haat?’ De volgende generatie zal al die vijandigheid en conflicten vergeten zijn. Dat is een zegen. Het zou betekenen dat we eindelijk in een vreedzame samenleving leven.
Jullie worden voortdurend controversieel genoemd. Het is jullie gegund, maar veel moeite lijken jullie daar niet voor te moeten doen.
DJ Próvaí: Waar wij vandaan komen is het héél gemakkelijk om controversieel te zijn. Een beetje humor is al genoeg om een politicus op stang te jagen. Zonder controverse, zonder conflicten om op te reageren zouden veel beroepspolitici niet herverkozen raken.
Móglaí Bap: Controverse is trouwens goed. Het is oké om soms beledigd te zijn. Ik zou niet graag in een wereld leven waar niemand ooit beledigd is. Wat voor samenleving zou dat zijn? Geen vrije, vrees ik.
Wij praten helemaal niet zo vaak over controversiële onderwerpen. En toch worden we als controversieel gepercipieerd. Het is ook afhankelijk van de context. Ik vind het zelf eerder het absolute minimum om op te roepen tot een wapenstilstand in Palestina. Oproepen om te stoppen met kinderen opblazen zou niet controversieel mogen zijn.
‘Wij zijn de generatie van de wapenstilstandbaby’s. De zelfmoordcijfers zijn enorm.’
Zijn jullie trots op de controverse?
DJ Próvaí: In Amerika lopen sommige mensen weg als we op de Palestijnse situatie wijzen. Voor een optreden in Newcastle werden we gewaarschuwd. Als we over Palestina durfden te beginnen, zou de politie ingrijpen. Moeten we nu serieus bang zijn voor een politie-interventie als we ons op een podium willen uitspreken tegen een fucking genocide? Knettergek.
Móglaí Bap: Controverse is subjectief. En aangezien we nog steeds onder de Britse bezetter leven, vinden we het label controversieel een ereteken. Het is iets positiefs. Waar wij vandaan komen, ben je een onderdeel van het probleem als je niet controversieel bent.
In België is er een maatschappelijk debat over de vraag of het land zijn excuses moet aanbieden aan Congo voor de wandaden die het tijdens de koloniale periode heeft begaan.
Móglaí Bap: Dat weet ik. Koning Leonardo! Nee, koning Leopold II.
Helemaal juist, maar ik wilde vragen of jullie vinden dat de Britten zich moeten excuseren voor hun aandeel in de Troubles.
Móglaí Bap: Honderd procent. Ik sprak al over de zelfmoordepidemie. Het vergt héél veel tijd en werk om zo’n mentale gezondheidscrisis in te dijken. Om te kunnen helen moet je het verleden onder ogen komen en dus spreken over wat de Britten de Ieren hebben aangedaan. Maar de Britten zullen dat nooit doen. Ze praten al nauwelijks over de misdaden die ze wereldwijd begingen. Laat staan die in Ballymurphy of Derry.
DJ Próvaí: De scholen onderwijzen nog steeds over de glorieuze tijden van wereldheerschappij en kolonialisme. Ze aanbidden Winston Churchill terwijl hij een genocidale maniak was die in India miljoenen mensen heeft vermoord.
Je zou je voor minder overgeven aan beats, drugs en seks.
Móglaí Bap: Het is niet grappig. Ik denk dat raves en muziekoptredens voor jonge mensen de beste plaatsen zijn om zich te ontwikkelen. Een grote inspiratie voor Kneecap is Dancing on Narrow Ground, een documentaire over de ravescene tijdens de oorlog in het noorden van Ierland. Protestante en katholieke jongeren die elkaar nergens konden tegenkomen, liepen elkaar op die raves tegen het lijf. En weet je wat? Dat ging perfect. Ze namen xtc, gingen los op de beats en knuffelden elkaar. De ravescene zorgde ervoor dat onze houding veranderde. En laten we eerlijk zijn: drugs speelden daar een mooie rol in. In de juiste dosis kan MDMA je ten goede beïnvloeden. (lacht) Ineens maakt het geen fuck meer uit waar iemand vandaan komt.
Kneecap
Vanaf 20.11 in de bioscoop.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier