Hoe Bo Burnhams ‘Inside’ de tijdsgeest perfect registreert
Bo Burnham is met zijn Netflixspecial ‘Inside’ zes keer genomineerd voor de komende Emmy’s. Het multitalent deed alles zelf: script, regie, muziek, editing, de hele boel. Maar het is vooral de rake analyse van hedendaagse thema’s die van ‘Inside’ een modern meesterwerk maakt.
Bo Burnham maakt veel kans om met zijn comedymusical Inside de grote slokop te worden op de Emmy’s van zondag 19 september. Meer zelfs, als hij vijf van zijn zes nominaties verzilvert, wordt hij het individu met de meeste gewonnen Emmybeeldjes in één ceremonie. Dat heeft met Burnhams doe-het-zelf-aanpak te maken. Binnen de categorie ‘variety special’ is hij genomineerd voor beste muziekcompositie, beste muziek en lyrics, beste regie, beste script en beste editing. Bovendien kan hij met ‘Inside’ ook de beste vooraf opgenomen variety special op zijn naam schrijven.
Wat Burnham helemaal alleen in een klein studiootje met een keyboard, een paar camera’s en lichtspots heeft verwezenlijkt, is bijna onwerkelijk. Hoewel er al veel inkt is gevloeid over de uitzonderlijke productie van Inside en de vele talenten van Burnham, ligt de nadruk zelden op de relevante thema’s van de special. Inside is een blauwdruk van onze hedendaagse digitale, kapitalistische samenleving en zal decennia later nog het referentiepunt zijn voor mensen die zich het lockdownleven amper kunnen voorstellen.
De lockdown was een tijd waarin er zich meer in je hoofd afspeelt dan in je sociaal leven. Het studiootje van Burnham fungeert als dat hoofd, waar onuitgesproken gedachten op een briljante en inventieve manier tot leven komen. Tegelijkertijd houdt dat studiootje en alles wat zich daarin afspeelt de maatschappij een spiegel voor. Bo Burnham lijkt te bewijzen dat je je moet afsluiten van die maatschappij om de realiteit zo volledig mogelijk te kunnen waarnemen. Daarbij toont hij ook dat die bewustwording nefast is voor de mentale gezondheid. Wie niet klaar is om die keuze te maken, laat Inside beter even links liggen.
Burnhams special snijdt verschillende thema’s aan, maar de rode draad is de lockdown. Niet alleen als aanleiding voor de opzet en bestaansreden van de film, maar ook als inspirator. Daarnaast is de kern van de Netflixspecial terug te brengen tot drie pijlers die de lockdowngeneratie definiëren: het digitale leven, zelfanalyse en kapitalisme. Het zijn ook die drie aspecten die mee aan de basis lijken te liggen van de alsmaar verslechterende mentale gezondheid van Burnham in de film.
Digitale leven
Inside is een van de eerste werken die het digitale leven en de mentale gezondheid van jongeren in coronatijden zo goed in beeld brengt. In de hedendaagse wereld leiden we allemaal zowel een sociaal als een digitaal leven, maar in een lockdown kwam die laatste veel meer op de voorgrond. Met nummers zoals Facetime With My Mom en het taboedoorbrekende Sexting raakt Burnham een herkenbare snaar bij jongeren. De conclusie is telkens dat die switch naar het digitale niet gelukkig maakt.
Ook White Woman’s Instagram – ondertussen een hit op TikTok – hoort in dat rijtje thuis. Daarin legt Burnham de fakeness van Instagram bloot door in vier minuten alle mogelijke clichéfoto’s op Instagram op hilarische wijze na te bootsen. Die onechtheid komt later terug wanneer hij waarschuwt voor de dag dat de buitenwereld enkel nog dient om het digitale leven te voeden. Activiteiten en evenementen staan steeds vaker in functie van de foto-opportuniteiten die ze bieden, in plaats van de beleving zelf. Met zogeheten Instagrammuseums als historisch dieptepunt. In volgend citaat beschrijft Burnham tot wat voor een wereld die tendens kan leiden.
‘De buitenwereld, de niet-digitale wereld, is slechts een theatrale ruimte waarin men content opvoert en vastlegt voor de veel reëlere, veel vitalere digitale ruimte. Men zou zich naar de buitenwereld moeten verplaatsen zoals men zich naar een koolmijn verplaatst: kleed je gepast, verzamel wat nodig is en keer terug naar de oppervlakte.’
Verder parodieert Burnham ook gaming tutorials en reactievideo’s. Het meest memorabele lied waarin Burnham de digitale wereld aanklaagt, is echter Welcome To the Internet. Daarin kruipt hij schijnbaar in de rol van een Disney-schurk en somt hij de overvloed aan – vaak nutteloze – informatie op die het heilige web te bieden heeft. Hij mijmert ook over de beginjaren van het internet, toen we nog niet gevangen zaten in een permanente toestand van onverzadigdheid en nog geen dagelijkse toevoer aan content nodig hadden om te overleven.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Toegegeven, voor een YouTube-ontdekking die Biebergewijs zijn sterrendom aan het internet te danken heeft, klinkt Burnham redelijk hypocriet. Zeker wanneer je beseft dat je zijn special op streamingsplatform Netflix zit te kijken. Die hypocrisie ontgaat Burnham echter niet: hij laat meermaals blijken dat hij zelf deel uitmaakt van het systeem. Meer zelfs, hij bekritiseert zichzelf en stelt zichzelf meermaals in vraag.
Zelfanalyse
Dat brengt ons bij het thema zelfanalyse. Burnham stopt immers niet bij maatschappijkritiek, hij is ook een meester in het neerleggen van de demonen in zijn hoofd. De meeste liedjes zijn heel persoonlijk en doorheen de film stelt hij zich enorm kwetsbaar op. Zo wordt het al snel duidelijk dat Burnham veel aan zelfreflectie heeft gedaan, zoals de meeste mensen in de lockdown. In verschillende scènes kijkt hij neer op zijn eigen liedjes en op zijn status als YouTube-ontdekking. Daarnaast erkent hij regelmatig zijn privilege als blanke Amerikaanse man en vraagt hij zich in het nummer Problematic af of hij in het verleden de regels van de politieke correctheid heeft geschonden. Maar zijn zelfreflectie gaat veel verder dan dat: ook elke handeling, uitspraak en gedachte is onderhevig aan analyse.
Het beste voorbeeld is Burnhams reactievideo op zijn liedje Unpaid Intern. Wat begint als een parodie op al die vervelende reactievideo’s op YouTube, verandert in een gedachtenoorlog met zichzelf wanneer hij blijft reageren op zijn eigen reacties. Burnham analyseert zijn eigen gedrag op bijna psychologische wijze en haalt zichzelf op die manier helemaal. Fervente piekeraars – die er tijdens de lockdown in overvloed waren – zullen zich hier ongetwijfeld in herkennen. Door een gebrek aan sociaal contact begin je immers dingen tot een metaniveau te overpeinzen. Burnham slaagt er op een originele manier in om die gedachtegang af te beelden.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Kapitalisme
De laatste pijler waarop Burnham focust in Inside is het kapitalisme. Want welke hedendaagse komieker maakt een comedyshow zonder de zielloze consumptiemaatschappij een flinke schop onder diens achterste te geven? Ook hier treedt de paradox op dat Burnham zelf deel uitmaakt van die kapitalistische samenleving en gebruik maakt van een Big Tech-organisatie zoals Netflix om zijn publiek te bereiken. Toch komt hij hiermee weg door rake bedenkingen in frisse formats te gieten.
Zo kruipt Burnham in de huid van een social brand consultant en fileert hij de corporate social responsibility-trend, waarbij bedrijven maatschappelijke verantwoordelijkheid als een marketingtool beschouwen. ‘Consumenten willen weten of je bereid bent om je naamsbekendheid te gebruiken voor positieve sociale verandering… Wat uiteindelijk voor meer naamsbekendheid zorgt.’
Ook zingt hij een geweldig aanstekelijk lied over Jeff Bezos die het bloed van Mark Zuckerberg (Facebook), Bill Gates (Microsoft) en Warren Buffett (Berkshire Hathaway) – Bezos’ concurrenten voor de titel van rijkste mens ter wereld – drinkt. Want alles is een wedstrijd, weet je wel. Daarnaast krijgen ook de Big Tech-bedrijven het hard te verduren. Burnhams antikapitalistische betoog overlapt dan ook regelmatig met zijn visie op de negatieve effecten van de digitale wereld.
‘Misschien was toestaan dat gigantische digitale mediabedrijven het neurochemische gevoel voor drama van onze kinderen uitbuiten voor winst – misschien was dat niet zo’n goed idee. Misschien is de vervlakking van de hele subjectieve menselijke ervaring in een levenloze uitwisseling van waarde die niemand ten goede komt – behalve een handvol salamanders met insectenogen in Silicon Valley – misschien is dat, als manier van leven voor altijd, niet goed.’
Het hoogtepunt van Brunham’s kritiek op het kapitalistisch systeem is het liedje How the World Works, misschien wel de grappigste en tegelijkertijd meest controversiële passage van de hele special. In een Studio 100-setting zingt Burnham – die een typetje naspeelt dat zich ergens tussen Randy Newman en Mr. Rogers begeeft – over hoe goed en harmonisch de wereld is. De hele sfeer verandert echter wanneer hij de hulp inschakelt van een Marxistische sok genaamd Socko.
Socko heeft een ietwat ander wereldbeeld en belichaamt het onderdrukte deel van de wereldbevolking dat, zowel vroeger als nu, uitgebuit wordt in functie van het kapitalisme. Het contrast tussen de kinderlijke ondertoon en Socko’s extreme uitlatingen schept een mooi beeld van hoe wij in het Westen de gevolgen van ons gedrag verbloemen. Ook de machtsverhouding tussen de twee is pijnlijk realistisch: terwijl Burnham nadenkt over hoe hij de wereld kan verbeteren – maar zich eigenlijk gewoon van zijn schuldgevoel wil vereffenen -, zit Socko met het mes op de keel. Noem een beter duet, wij wachten.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Met Inside legt Burnham de pijnpunten van een hele generatie bloot en vereeuwigt hij de mentale toestand van velen gedurende de lockdown. Op een bepaald moment in de film vraagt hij zich af – doen we dat niet allemaal? – of hem de gapende put der irrelevantie wacht, maar met een paar Emmybeeldjes op de schouw hoeft hij zich daar binnenkort geen zorgen meer over te maken.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier