Don Cheadle kwam door de pandemie dankzij Steven Soderbergh, familie en wietsigaren
Marvel-habitué Don Cheadle toont in No Sudden Move andermaal dat hij op zijn best is wanneer hij met Steven Soderbergh samenwerkt. ‘Steven kan onrecht zó verleidelijk tonen.’
Steven Soderbergh slaagde erin om midden in de coronacrisis toch een sterrencast te verzamelen. Niet zozeer omdat hij in 2011 al de pandemiethriller Contagion had gemaakt, maar omdat hij een van de cineasten was die voor de Amerikaanse regisseursgilde met een groep epidemiologen een plan uitdokterde om veilig te kunnen filmen. Een van de voorwaarden was dat de cast één bubbel was. Dan kun je maar beter met een gezellige bende opgescheept zitten. Dus trommelde de regisseur een handvol oude bekenden op voor No Sudden Move, een sfeervolle noir over enkele sjofele criminelen die in 1954 door een tussenpersoon ingehuurd worden voor een ogenschijnlijk eenvoudig klusje en ongewild in het kluwen van de Detroitse maffia en de grote autoproducenten terechtkomen. Van de partij zijn oudgedienden Benicio del Toro (die al met Soderbergh werkte in Traffic en Che), Matt Damon (in de Ocean’s-films, The Informant en Behind the Candelabra) en de onvolprezen Don Cheadle. Die dook al in 1998 naast George Clooney en Jennifer Lopez op in Soderberghs eigengereide misdaadkomedie Out of Sight. Later werkten ze opnieuw samen voor het drugsdrama Traffic en de Ocean’s-reeks.
Als je vandaag naar Detroit gaat, zie je nog altijd diezelfde gemeenschappen worstelen die in No Sudden Move klappen krijgen.
‘Er was tijdens de pandemie geen betere plek om te zijn dan op Stevens set’, knikt Cheadle. ‘Hij was de kapitein van het schip en zorgde ervoor dat alles veilig en vlot verliep. Het voelde goed om weer aan het werk te zijn en iets te maken dat mensen zou entertainen.’
Het maskerloze rode-loperevent van No Sudden Move op het Tribeca Film Festival werd onlangs het begin van het postcoronatijdperk voor de cinema genoemd. Voelt corona als een breekpunt in de filmindustrie?
Don Cheadle: Natuurlijk! Voor velen was streaming een levenslijn. Het zorgde ervoor dat filmliefhebbers hun gedachten even van de pandemie konden houden. Maar wat we nu in de filmbusiness zien – die overstap van de bioscopen naar de vele schermen thuis – is iets wat al langer aan de gang was. Covid was gewoon de steroïde die deze verschuiving versnelde. Toen ik twintig jaar geleden in Ocean’s Eleven speelde, vond Steven het al vreemd dat mensen zijn film niet meteen thuis konden zien maar moesten wachten tot na de bioscooprelease.
Was streaming ook voor jouw een levenslijn?
Cheadle: Mij gaven die lockdownmaanden vooral perspectief. Hoewel familie altijd al belangrijk voor me is geweest, besef ik dat nu nog meer. Door hen raakte ik door die moeilijke periode. En natuurlijk ook door mijn wietsigaren. (lacht)
Classy! Curt, je personage in No Sudden Move, lijkt wel een vervolg op jouw doorbraakrol Mouse in de vergeten noir Devil in a Blue Dress (1995) .
Cheadle: Beide films spelen zich inderdaad in dezelfde periode af en beide knipogen naar dezelfde klassiekers, zoals Roman Polanski’s Chinatown. Steven was erg bezig met die tijdgeest te vangen. Door bijvoorbeeld vanuit speciale hoeken te filmen, door met dito lenzen die jaren 1950 op het scherm bijna tastbaar te maken. Het is dus niet gek dat het voelt alsof Mouse enkele jaren in de nor heeft gezeten, zijn lesje heeft geleerd en het in No Sudden Move anders wil aanpakken.
In No Sudden Move is de raciale situatie erg gespannen. Grote bedrijven houden er informatie achter ten koste van de gezondheid van de bevolking. Hoe verhoudt die situatie zich tot die van vandaag?
Cheadle: Als je vandaag naar Detroit gaat, zie je nog altijd diezelfde gemeenschappen worstelen die in No Sudden Move klappen krijgen. Niet enkel door de machtige auto-industrie, die jarenlang vooruitgang tegenhield door een veel zuiniger en milieuvriendelijker maar duurdere motor te verzwijgen, maar vooral ook doordat zwarte buurten bewust niet op belangrijke openbare voorzieningen werden aangesloten. Deze film is zo niet enkel een kritiek op het Amerika van toen en nu maar op al die landen waar machteloze mensen manieren moeten zoeken om grote bedrijven en de politieke macht ter verantwoording te roepen.
De activist in Soderbergh komt andermaal naar boven.
Cheadle: Het geweldige aan Steven is dat hij onrecht zo verleidelijk kan tonen. Denk ook aan zijn Erin Brockovich (2020). Hoewel in die film watervervuiling in Californië centraal staat, maakt hij er echt entertainment van. Ook nu serveert hij onrechtvaardigheid weer op zo’n manier dat je er een geweldige tijd mee beleeft. Er zijn niet veel cineasten die urgente issues zo vermakelijk kunnen brengen.
No Sudden Move
Vanaf 2/7 in Streamz.
Don Cheadle
Geboren in 1964 in Kansas City, Missouri.
Speelt als tiener veel saxofoon, maar kiest uiteindelijk toch voor een theateropleiding.
Debuteert als hamburgerbakker in Moving Violations (1985).
Breekt door als gangster Mouse in Devil in a Blue Dress (1995) .
Begint met Out of Sight (1998) aan een vruchtbare relatie met regisseur Steven Soderbergh.
Krijgt in 2005 een Oscarnominatie voor zijn vertolking van Paul Rusesabagina in het waargebeurde drama Hotel Rwanda.
Maakt sinds Iron Man 2 (2010) als James Rhodes/War Machine deel uit van de Marvel-familie.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier