Actrice Joely Mbundu zag de Dardenne-broers eerst als gezellige nonkels, dan pas als cinemaroyalty
‘Ik woon in Ganshoren. Hoe raak je ooit vanuit Ganshoren tot in Hollywood?’ Via de broers Dardenne misschien? Die duwden achttienjarige debutante Joely Mbundu in de hoofdrol van Tori et Lokita.
‘Soms overvalt de angst me. Ja, ik mocht naar Cannes en ik speel op mijn achttiende de hoofdrol in een film van de broers Dardenne, maar gaan er nu nog kansen komen? Of was dit het? Zal er nog iemand de deur willen openhouden voor mij, of zal men mij – door mijn huidskleur – net proberen tegen te houden?’
We zitten in een Brusselse koffiebar en Joely Mbundus eeuwige glimlach verdwijnt twee seconden van haar gezicht. Zowat de enige keer tijdens ons gesprek. Niet dat er vooralsnog enige reden tot paniek is. Een derde Gouden Palm zat er dit jaar niet in voor Luc en Jean-Pierre Dardenne, maar de recensies van Tori et Lokita zijn overwegend positief, en zelfs wie een kanttekening plaatst bij het verhaal is op zijn minst vol lof over de jonge cast (waaronder ook Charlotte De Bruyne en Tijmen Govaerts). Mbundu treedt met haar vertolking van Lokita bovendien niet alleen in de voetsporen van Émilie Dequenne, die vanuit het niets doorbrak met Rosetta, maar ook in die van Marion Cotillard (Deux jours, une nuit), Adèle Haenel (La fille inconnue) en Cécile de France (Le gamin au vélo).
Mijn moeder heeft zich vaak afgevraagd wat er mis was met mij. Maar geef toe, normaal zijn is een beetje saai, toch?
De broers schetsen de worsteling van twee niet-begeleide minderjarige vluchtelingen in België: Tori (Pablo Schils), een twaalfjarige stuiterbal, als tovenaarskind vervolgd in Benin, en Lokita, een Kameroens tienermeisje dat op haar eentje naar België werd gestuurd in de hoop haar familie in het thuisland financieel te kunnen helpen. Hun paden verstrengelden ergens halverwege hun tocht. De moegetergde Lokita zorgt voor hem als een grote zus, hij houdt haar op zijn manier in leven. Vrij letterlijk. Als hij niet in de buurt is, slaat ze aan het hyperventileren. ‘Lokita “leeft” niet meer, ze overleeft’, vertelt Mbundu. ‘Ze kabbelt mee op de golven en ziet wel wat de wereld nu weer voor haar voeten gooit. Haar gelatenheid is groot, hoe negatief het allemaal ook wordt. In mooi en schril contrast met Tori, die haar probeert op te vrolijken met zijn jeugdige enthousiasme en zijn onrealistische, kinderlijke optimisme.’
Geen evidente hoofdrol voor een debutante zonder acteerervaring. Hoe pak je zoiets aan?
Joely Mbundu: Ik probeerde haar niet als een verzameling tekst te zien die ik vanbuiten moest leren. Het scenario was voor mij eerder een handleiding tot Lokita. Ik heb die geïnternaliseerd, waardoor ik geen dialogen meer moest onthouden, maar gewoon in elke scène logisch moest reageren zoals zij dat zou doen. (grinnikt) Dat klinkt waarschijnlijk allemaal wat vreemd, maar er was geen Joely meer, enkel nog Lokita. Alle emoties of karaktertrekken die zij nooit zou hebben, heb ik gewoon tijdelijk verbannen. (droog) Als iets in mijn hoofd waar is, dan is dat gewoon waar.
Heb je dat van collega’s opgepikt?
Mbundu: Nee, ik heb dat min of meer ter plekke verzonnen. (denkt na) Ik had ook veel stress – een beetje perfectionisme is me niet vreemd – en die zette ik vrij makkelijk om in tristesse, woede of wanhoop. Eender wat de scène nodig had. Het enige wat ik blijkbaar maar moeilijk kan spelen met stress is een effectieve stressaanval. (lacht)
Nog eens?
Mbundu: Soms krijgt Lokita paniekaanvallen – zeker wanneer ze Tori niet in de buurt heeft – maar ik was zo bang dat die scène niet geloofwaardig zou overkomen dat het me niet meer lukte om een paniekaanval te faken. De broers hebben me toen echt uit mijn comfortzone moeten halen.
Jullie repeteerden eerst twintig dagen, waarna vijftig draaidagen volgden. Doorgaans werken de broers ook chronologisch. Speel je zo goed een getergde en uitgeputte Lokita, onder meer omdat je op het einde zelf getergd en uitgeput was?
Mbundu: Je zou dat denken, maar telkens ik naar de set kwam, stuiterde ik vol energie rond. Ik wilde altijd op de set zijn, zelfs op de dagen dat ik niet ingepland stond. En wat die chronologie betreft: we hebben daar een paar keer van moeten afwijken door de overstromingen afgelopen zomer. Plots stond het restaurant waar we zouden draaien onder water.
Als ik het me goed herinner, jagen de broers elke acteur die op de monitor probeert mee te volgen weg. Hielp dat jou?
Mbundu: ‘Joely, als je een klein schermpje ziet: draai je om of sluit je ogen’, zeiden ze. (lacht) Ze willen vermijden dat we al te kritisch naar onszelf kijken. Wij moeten gewoon natuurlijk spelen, zonder te zelfbewust te worden. En dat werkt.
Luc bedacht zich dat je heel mooi stil kon zijn in je spel. Snap je wat hij bedoelt?
Mbundu:(knikt) Een beetje uitdrukkingsloos. Je moet de kijker niet altijd met je mimiek voorkauwen wat die moet voelen. Laat die zelf maar eens nadenken.
En hij bejubelde jouw gevoel voor ritme in de long takes.
Mbundu: O, ja. Er zit bijvoorbeeld een plan-séquence van zeven minuten in – zowat de langste uit hun carrière. Dan kan je niet anders dan een uitgekiende choreografie volgen en goed opletten hoe je je daarin beweegt.
Kende je de broers Dardenne en hun werk eigenlijk?
Mbundu: Mijn moeder kende hen. Ik dacht vooral: doen we wel even. Ik ben dus nooit echt geïntimideerd geweest: tegen de tijd dat ik doorhad dat ik met cinemaroyalty zou draaien, zag ik hen al als familie. Ik heb ondertussen wel het grootste deel van hun werk bekeken, hoor.
Ik zie ze als mijn twee gezellige, verhalen vertellende nonkels. Nonkels waarmee ik over het leven, over de filmindustrie en soms ook gewoon over absolute onzin kon praten. Enkel wanneer ze over oude films begonnen, staarde ik hen vragend aan. Ik heb veel van hen geleerd, en over meer dan film alleen. Jean-Pierre heeft me ook leren reflecteren, en zaken niet uitsluitend vanuit mijn eigen perspectief te bekijken. Hun films zijn zo doordacht en met zoveel oog voor detail gemaakt dat ze telkens een zeer zinnig antwoord klaar hadden als ik ergens vragen bij had.
Je studeerde eerst wetenschappen in het ASO, en later sportwetenschappen. Was acteren nooit het plan?
Mbundu: Ik was goed in wetenschappen, maar ik volgde die richting toch vooral voor mijn moeder. (lachje) Ik wist al heel jong dat ik in de spotlights wilde belanden: op mijn vijfde stak ik al onewomanshows in elkaar in de living. Al leek acteren me altijd meer een fijne droom dan een haalbaar plan. Ik bedoel, ik woon in Ganshoren. Hoe geraak je ooit vanuit Ganshoren tot in Hollywood? Pas drie jaar geleden begon ik toch te geloven dat die droom niet helemaal onrealistisch was.
Wat was de klik precies?
Mbundu: De aanmoediging van beginnend Brussels regisseur Femi Kidjo, denk ik. Ik had haar toevertrouwd wat ik wilde doen – iets dat ik tot dan hooguit aan mezelf wilde toegeven – en zij was meteen enthousiast. Dat, en het besef dat ik niet gemaakt was om nog langer op schoolbanken naar leerkrachten te luisteren. (droog) Ik ben te gek voor de schoolbanken. Je lacht, maar mijn vrienden zullen dat met plezier beamen.
Wat zouden ze me precies vertellen?
Mbundu: Als ik iets in mijn hoofd krijg, dan doe ik het gewoon. Wil ik plots schreeuwen op straat? Dan schreeuw ik op straat. Onverwacht beginnen te dansen op een plein? Waarom niet? Wat heb ik te verliezen? Toen ik jonger was – maar niet zo jong als je zou denken – deed ik zonder aankondiging radslagen op het voetpad, halverwege een wandeling. Mijn moeder heeft zich vaak afgevraagd wat er mis was met haar dochter. (lacht) Maar geef toe, normaal zijn is een beetje saai, toch?
Nooit in de problemen gekomen door die impulsiviteit?
Mbundu: Misschien zou ik beter iets langer nadenken voor ik weer iets impulsiefs doe. Maar het probleem is dat je altijd wel een reden kan verzinnen om het niet te doen. Misschien had ik dan niet eens een casting gedaan voor Tori et Lokita.
Voor je mocht casten voor de film probeerde je al drie jaar vruchteloos aan een carrière te timmeren. Je werd niet eens uitgenodigd voor audities.
Mbundu: Ik heb mezelf drie jaar sufgebeld en -gemaild naar casting- en modellenbureaus, maar meestal kreeg ik zelfs geen antwoord. Soms liet men weten dat ik me eerst bij een agency moest aansluiten. Maar daar vroeg men dan weer om eerder filmwerk voor te leggen. Wat ik niet heb. En zo blijf je cirkeltjes draaien. Gelukkig was ik zo gemotiveerd dat die teleurstellingen me niet uit het lood sloegen. Dat is weer diezelfde mindset: niks te verliezen, Joely, gewoon doen.
Je trok naar verluidt in alle geheim naar die casting.
Mbundu: Niemand moest dat weten. Ik wilde geen negatieve energie of kanttekeningen. Zelfs voor mijn moeder heb ik het verzwegen. Omdat ik niet zeker was of ze echt zou geloven dat ik daar misschien een carrière van kon maken. Ik dacht: we bewijzen onszelf eerst en daarna zien we wel. (droog) Eigenlijk was het plan om te casten, te draaien en haar dan onverwacht mee te nemen naar ‘een film’. (lacht)
Luc – nooit klaar met bejubelen – roemde jouw drietaligheid. Hij zag jou, deels ook door jouw talenkennis, het ver schoppen in de Europese cinema.
Mbundu: Ik ben mijn moeder daar zeer dankbaar voor. Ik ben geboren in Parijs, waar het grootste deel van mijn familie woont, maar toen ik drie was vond mijn moeder dat we extra talen moesten leren. Nederlands, en daarna ook Engels. Ze wilde ons wapenen voor het werkveld. (lachje) Uiteindelijk zijn we in Ganshoren beland.
Hij bedacht zich ook dat de Europese film – en zeker de Franse – allesbehalve uitblonk op vlak van diverse castings. Het was zoeken naar vrouwen van kleur van jouw generatie.
Mbundu:(knikt) Triest. Ik heb mij vaak afgevraagd wie mij in godsnaam zou casten, want er zijn amper rollen voor mensen die eruitzien als mij. In Europese cinema in het algemeen, maar in Frankrijk valt het echt tegen, hè? Wilde ik naar iemand met een donkere huidskleur opkijken, moest ik altijd naar Amerikaanse films kijken. En zelfs daar is er nog ruimte voor verbetering. Ik ben een grote Marvel-fan – ik droom van mijn eigen vechtscène in een van die films – maar hoeveel donkere, vrouwelijke superhelden zijn er?
Ik droom van mijn eigen vechtscène in een Marvel-film – maar hoeveel donkere, vrouwelijke superhelden zijn er?
Letitia ‘Shuri’ Wright neemt eind dit jaar de Black Panther-fakkel over in Wakanda Forever. En dan zijn we er ongeveer wel.
Mbundu: Precies. Ik heb Adil en Bilall wel even ontmoet in Cannes. Nu die daar met de Ms. Marvel-reeks een voet binnen hebben, hoop ik dat ze me ooit eens bellen. Maar schrijf me dan wel even een epische vechtscène, jongens!
Nu goed, ik hoef niet op andere actrices te lijken. Er zijn al genoeg actrices die allemaal verbazend hard op elkaar lijken, hetzelfde leven leiden en min of meer in dezelfde kringen bewegen. Het kan net mijn kracht zijn dat ik er ‘anders’ uitzie. (denkt na) Waarom zou je ook op iemand anders willen lijken?
Jouw moeder kwam als jonge Congolese vrouw – via Parijs – naar België.
Mbundu: Ze werd geboren in Lubumbashi, als een van de oudste in een gezin van dertien. Ze heeft hen min of meer opgevoed, samen met mijn grootmoeder. Maar je wilde echt niet in Congo wonen toen zij jong was. Ik weet zelfs niet of ik er vandaag zou willen wonen. Te gevaarlijk. Een van mijn jongste tantes is nog steeds vermist. Overleden waarschijnlijk, maar ik probeer hoopvol te blijven. (denkt na) Dat land heeft zoveel potentieel, maar het komt er maar niet uit. Nadat ze een tijdje in Guinee had gewoond, is mijn moeder uiteindelijk naar België gekomen. En later heeft ze mijn nonkels, tantes en vele anderen ook geholpen om in Europa een nieuw leven op te bouwen. Geen idee hoe dat haar allemaal gelukt is. Ik weet alleen dat ze een geweldig straffe vrouw is.
Toen ze het scenario las, zei ze: ‘Klopt. Allemaal. Zo gaat het er inderdaad aan toe.’ Voor onbegeleide minderjarigen zijn er veel meer negatieve dan positieve kanten. Er is amper begeleiding of overzicht. Alleen al voor de bewustwording daaromtrent is Tori et Lokita een belangrijke film.
Luc herinnerde zich in Humo hoe Jean-Marie Le Pen, destijds de hopman van het Franse Front National, La promesse dacht te gebruiken ‘om migranten te ontmoedigen om naar Europa te komen’: ‘Als ze die film zien, gaan ze beseffen dat ze hier in de hel terechtkomen.’
Mbundu: Ah bon?
Tori et Lokita zou even ontmoedigend kunnen werken.
Mbundu: Het zal je ongetwijfeld verbazen, maar ik ben geen fan van de Le Pens. (lachje) En ja, je kan de film als een waarschuwing interpreteren, maar ik hoop toch vooral dat men hem interpreteert als een pleidooi voor empathie: we moeten die minderjarigen helpen.
Mag ik naar jouw vader vragen? Het valt in interviews op dat je honderduit over jouw moeder praat, maar over hem geen woord rept.
Mbundu: Om de simpele reden dat ik mijn biologische vader niet ken. Je mag naar hem vragen, het is geen teer punt, maar al wat ik weet, is dat hij in Frankrijk woont. De enige vaderfiguur die ik ken, is mijn voormalige stiefvader.
Achttien jaar is nochtans doorgaans de leeftijd waarop kinderen op zoek gaan naar de ouder die uit beeld is. Heb jij die behoefte?
Mbundu: Mijn biologische vader interesseert me niet. Het was goed zo, met ons drieën: mijn moeder, ik en mijn tweelingbroer Joecy. De lange draaiperiode met mijn twee vervangvaders heeft me wel doen nadenken over familiebanden. Ik heb terug contact gezocht met mijn stiefvader, aan wie ik eigenlijk enkel positieve herinneringen had. Ondertussen hebben we weer contact. Alweer iets dat ik aan de broers te danken heb! (lacht)
Tori et Lokita
Vanaf 7/9 in de bioscoop.
Joely Mbundu
Geboren in 2004 in Parijs. Groeit op in Ganshoren.
Bekend van haar hoofdrol in Tori et Lokita, de nieuwste film van de broers Dardenne.
De getuige
Luc Dardenne (regisseur)
‘We hebben wel honderd meisjes gecast voor de rol, maar ik herinner me nog perfect het moment dat Joely binnenwandelde. Het was de tweede dag, ze was de zeventiende in rij, en je voelde meteen dat ze iets heel sterks over haar had. Ze speelde alle scènes geloofwaardig, naturel en alsof ze nooit iets anders gedaan had. Ze neemt aanwijzingen heel snel op, heeft het juiste ritme, kan zingen – belangrijk voor deze film – en heeft zowel de fysiek van een meerderjarige als de lach en de ogen van een kind.
‘Tori et Lokita was de eerste film waarvoor we met twee hoofdrolspelers werkten die nog nooit geacteerd hadden. Of dat ons nerveus maakte? Wat denk je zelf? (lacht) Maar zowel zij als Pablo hebben ons al na een paar repetities gerustgesteld.
‘Joely kan – oprecht – een heel grote actrice worden. Ze speelt in het Nederlands, Frans en Engels en ik zie amper zwarte actrices van haar leeftijd en talent in Europa. In Amerika, akkoord, maar hier heerst toch nog wat conservatisme. De Franse cinema bijvoorbeeld mist nog wat verbeeldingskracht op vlak van personages. Maar dat zal stilaan wel veranderen. En dan is heel Europa haar speeltuin.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier