Theatermaker Perry Dijkstra overleden

Theatermaker en auteur Perry Dijkstra overleed op 3 juli 2010 te Antwerpen. Hij stierf zoals hij leefde: waardig en bewust.

Woensdag 8 augustus 2001. Ik bel aan bij een morsig ogende gevel in hartje Antwerpen. De smoezelige voorgevel kan niet sterker contrasteren met de gezellige flat achter die gevel. De flat wordt bewoond door Perry Dijkstra en zijn geliefde Bernadette Cornelissens. Er staan niet alleen koffie en koekjes klaar maar ook netjes geordende archiefdozen vol knipsels, brochures en foto’s. Allemaal herinneringen aan hun periode als ‘politieke theatermakers’.

Van kamertoneel naar politiek pamflettheater

Tijdens het begin van de jaren zeventig trok Rotterdammer Dijkstra naar Vlaanderen. Aanvankelijk ging hij er, samen met Eva Bal, Dries Wieme en Alice Toen aan de slag als acteur bij het toenmalige Brussels Kamertoneel. Dit gezelschap werd in 1953 door Jan Walravens, Staf Knop en Bert Parloor opgericht als kamertoneel dat nieuw Vlaams theaterwerk ensceneerde, zoals nieuwe teksten van Hugo Claus of Walter van den Broeck. In de jaren zeventig zou dit gezelschap als BKT en mede onder de gedreven leiding van Rudi Van Vlaenderen en Dirk Buyse een nieuwe adem vinden. Evenwel zonder Bal, Toen en Wieme. Zij gingen elk hun eigen weg. Bal richting haar Speelteater te Gent, Toen & Wieme richting hun gezelschap Jeugd en Teater te Brussel.

Ook Dijkstra bleef niet. In 1973 richtte hij zijn eigen gezelschap op, Teater Tentakel. Die ’tentakel’ verwijst naar de typische ideologie achter het collectief, of beter: de ‘werkgroep’: Dijkstra en de zijnen wilden middels het theater hun tentakels uitslaan naar de maatschappij én ook hun publiek ertoe aanzetten zich bewuster (lees: meer geëngageerd en ‘roder’) om het maatschappelijke welzijn te bekommeren. In de plaats van politieke pamfletten te schrijven, schreef Dijkstra pamflettistische theaterteksten.

Kinderen eerst

Hij richtte zich het liefste tot de kinderen en jongeren. Elke tekst en voorstelling ontstond vanuit een gezamenlijke improvisatie over een bepaald maatschappelijk probleem. Soms evolueerden die improvisatiesessies tot heuse experimenten. Zo liet het collectief zich ooit 24u opsluiten in een schuilkelder om vervolgens het stuk De laatste strohalm (1980-1981) te creëren. Een voorstelling over het dreigende atoomgevaar.

Geen conventioneel toneel

Het woord ‘voorstelling’ is trouwens geen ideale omschrijving van de Tentakelcreaties. Het collectief gaf er de voorkeur aan om naar speelplaatsen en turnzalen te trekken. Daar werkten ze een ganse dag met de kinderen. De workshop mondde vervolgens uit in een voorstelling te midden én met de kinderen.

Teater Tentakel was een van die echte politieke theatergroepen voor wie het theater eerder een middel dan een doel was. De gedrevenheid straalde van hun spelen met het publiek en klonk door in hun expliciete creatietitels. Zoals: Hoe Richardje opgroeide van minder tot meerdere (1975 – een stuk over dictatuur en autoriteit) of Onze lieverdjes (1982 – 1983, een stuk over opvoeding).

Het gezelschap ging tijdens de jaren tachtig ter ziele, mede door de veranderde tijdsgeest en een geëvolueerd artistiek klimaat. Dijkstra legde zich vervolgens toe op het schrijven. Ook in zijn literair werk bleef zijn sociaalgeëngageerde ziel doorschemeren.

Waardig gaan

Zaterdag 3 juli 2010 overleed de 72-jarige Dijkstra in het Antwerpse Middelheimziekenhuis. Hij stierf zoals hij leefde: bewust, waardig en met veel respect voor zijn medemensen en maatschappij.

De wereld is terug een mooi, vurig mens armer. Al was hij een buitenbeentje. Op zijn eentje probeerde hij de wereld elke dag een stukje schoner te maken. Hij slaagde daar nog in ook. Dat illustreert zijn smakelijke romandebuut Ik hing aan je nachtjapon (1996). In dat boek vertelt hij in een poëtische, ontroerende en soms hilarische taal aan zijn overleden moeder over zijn jeugd tijdens de oorlogsjaren én over hete liefdesavonturen in Frankrijk. Zoals een avontuurtje in een vervallen kasteel, volgestouwd met gesnoeide wijnranktwijgen:

‘Tranen hebben hier gevloeid, moeder, van verdriet en geluk. Er zijn in het geheim prille liefdes bedreven. Harten zijn hier uitgestort en vaak ook angstig vastgehouden bij nacht en ontij of terwijl er beneden in het dal een zoveelste stomme oorlog woedde. O god, moeder, ik mag er niet aan denken wat hier allemaal aan heerlijks te snuiven valt en dat dan belemmerd wordt door hoog opgestapeld snoeisel waardoor je je kont niet meer kan keren en alleen nog daarmee bezig bent.

Els Van Steenberghe

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content