Els Van Steenberghe
Theater: Groeten uit ’t gevang
Peter De Graef toont in de tragikomische en muzikale monoloog ‘Rudy’ al zingend, fluisterend, vloekend en simpelweg vertellend hoe de hedendaagse mens een gevange is van het kapitalisme.
The Play = Rudy
Gezelschap = Peter De Graef en De Kolonie MT
In een zin = Rudy is een typische ‘De Graef-vertelling’ die fluks balanceert tussen filosofie, maatschappijkritiek en onbezoedelde romantiek en na een iets te breedvoerige start tot een grappig én vlijmscherp portret wordt van de zo makkelijk te misleiden, naar tederheid snakkende mens.
Hoogtepunt = Rudy schudt zijn slaapzak uit, vindt een briefje en staart onthutst voor zich uit terwijl het decor als een gevangenis om hem heen oogt en de muzikanten dapper proberen wat muzikale hoop te laten weerklinken.
Score = * * *
Quote = ‘Het vergt moed om gelukkig te zijn’
Dat het eind september nog zomers warm kan zijn, blijkt tijdens de première van Rudy op 18 september 2014 in een broeierig heet Rataplan. Dat niemand van zijn stokje gaat of de ‘saunazaal’ verlaat, heeft enkel en alleen te maken met het magistrale verteltalent van Peter De Graef. Het zweet gutst hem van het gelaat en het lijf maar hij wil voor geen geld ter wereld zijn sjaal losknopen, zijn gewatteerde jas uitdoen of zijn wollige nepbuik van onder zijn debardeurtje halen.
Die attributen maken hem tot Rudy, een wat pafferige psychiater die de ganse maatschappij in vraag stelt. Vooral de manier waarop winkels, banken, … tot de entertainmentindustrie toe consumenten voorliegen om hen tot meer consumeren aan te zetten, zit hem zeer hoog. Hij foetert op de gevangenis waarin de ganse samenleving zit. Dankzij die geldzucht. Af en toe zucht je even want eigenlijk wéét je dit al. Hoe goed en grappig hij zijn uitlatingen ook brengt, je snakt naar meer dan deze iets te lange tirade waarmee Rudy start. Gelukkig komt er meer. Ineens klinkt het: ‘Maar dat is eigenlijk niet wat ik wil vertellen’. Neen, De Graef gaat vérder waar de gemiddelde stand-upcomedian stopt.
Wat Rudy dan wel wil vertellen, komt er met mondjesmaat uit. Slechts al zingend, perfect begeleid door het in wolkenkostuums gehulde tweekoppige bandje op de scène dat de hele monoloog van een sfeervolle soundscape voorziet, kan hij zijn echte verhaal starten. Het blijkt een liefdesverhaal te zijn. Over zijn Marie en zijn Cécile. Over hoe de liefde die je voor iemand voelt, als een mes kan aanvoelen voor iemand anders. Over hoe passie verblindt waardoor je zelfs de echte liefde niet meer ziet. De Graef speelt en zingt als vanouds de pannen van het dak en neemt je mee op een schier eindeloos avontuur. Je belandt – na de maatschappijkritische rondleiding door ons bank- en winkelwezen – eerst in Rudy’s praktijk, dan in een café, in bed, in een park, onder een tafel, in een tent, op een drukke snelweg, … Om uiteindelijk bedremmeld vast te stellen hoe die haast woedende en ellenlange openingsspeech tegen ‘de middenstander in elk van ons’ een tragisch gevolg blijkt van Rudy’s liefdesdrama.
En zo is Rudy alweer een piekfijn gestructureerde, typische ‘De Graef-vertelling’ die fluks balanceert tussen filosofie, maatschappijkritiek en onbezoedelde romantiek. De Graef gebruikt ook hier de onvolmaaktheid en het verdriet van een personage als uitgangspunt gebruikt voor een filosofisch/maatschappijkritische stelling. Hij schreef en speelt zijn verhaal met zo veel humor, warmte en expressie dat je je graag laat meevoeren, ontroeren, verrijken én stomen, wat de première betrof.
Els Van Steenberghe
Meer info: www.dekoloniemt.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier