Shermans ‘Bent’ een tearjerker? Dan moeten de acteurs meer kansen krijgen om te groeien in de plaats van te schmieren.
‘Houd uw mond!’ schreeuwt Steven De Lelie als Max tegen zijn vriend Ludwig (schmierend vertolkt door Jan Van Hecke). We slaakten een zucht van verlichting. Eindelijk haalt de fictie de realiteit in… Want Van Hecke start de voorstelling tenenkrullend karikaturaal spelend. Gelukkig is zijn spel geen indicator voor wat volgt. Bent ( * * oe) is een aarzelende maar gedreven start van een nieuw hoofdstuk in de bewogen geschiedenis van het Antwerpse Theater aan de Stroom (TAS).
No no limits, we’ll reach for the sky
De monsterhit van het voormalige duo 2 Unlimited schalt door de spiksplinternieuwe foyer. De song illustreert de queeste die Theater aan de Stroom de afgelopen maanden volbracht. Bent opent de nieuwe locatie van het gezelschap. Sinds deze maand is de ploeg gehuisvest op Linkeroever. Het gezelschap vond er een loods waar het een tribune neerpootte en een blitse bar. Et voila. Het nieuwe theaterhuis is een feit.
Het dwingt respect af. De onvermoeibaarheid waarmee artistiek leider Steven De Lelie en zijn ploeg zich het afgelopen seizoen verweerden. Ze trachtten hun theaterzaal aan de Ijzerenwaag in Antwerpen te behouden. Tevergeefs. Ze probeerden een ander theater (Raamtheater) te redden. Evenmin met succes. En ondertussen zochten ze koortsachtig – en wél met succes – naar een nieuwe speelplek om er hun geliefde repertoiretheater te brengen.
Wat is dat nu precies ‘repertoiretheater’? Uit de visie van dit Antwerpse gezelschap blijkt dat repertoiretheater het brengen van toneelklassiekers is in een zo sober en tekstgetrouw mogelijke regie. Het risico hierbij is dat men de tekst (en de erin verwerkte) regieaanwijzingen soms iets te slaafs volgt met al te belegen theater tot gevolg. Bent, naar het wereldberoemde Broadwaystuk uit 1979 van de Amerikaanse auteur Martin Sherman, trapt niet in die val.
Rustig mannekes
De voorstelling werd geregisseerd door Jean-Paul Van Steertegem. Hij creëerde eerder Equus (2008) bij TAS en legt zich vooral toe op het regisseren van televisieseries, zoals VTM’s Familie. Zijn Bent is stijlvol vormgegeven door scenograaf Harry De Neve. Ondanks een lamentabel beginbeeld. Daarin wordt, bovenop de geprojecteerde achtergrondfoto, een volstrekt overbodige digitale plattegrond van het appartement weergegeven waarin het verhaal zich afspeelt. Het is simpelweg lelijk. Alle andere scènes worden wél van een mooie (filmische) achtergrond voorzien. Het verleent Bent een historisch en poëtisch karakter.
Ook het spel is van een degelijk niveau. Het meeste spel, althans. Want Jan Van Hecke vult zijn rol van Ludwig te overdreven ‘nichterig’ in. Het stuk verhaalt over het lot van een homoseksueel paar in Berlijn tijdens WOII. De geliefden verliezen elkaar maar Max, het hoofdpersonage, ontdekt wel de ware liefde te midden de meest gruwelijke omstandigheden: het concentratiekamp te Dachau.
Daar ontmoet hij Horst (waardig vertolkt door Bert Vannieuwenhuyse). Bij hem ontdekt Max wat echte liefde en pure passie is. Van Steertegem plaatst deze scène tussen twee steenhopen. Letterlijk. De Lelie en Vannieuwenhuyse verzuilen stenen van de ene naar de andere stapel. Gaandeweg bloeit de liefde tussen hun personages open. Jammer genoeg leggen de acteurs iets te veel nadruk op het versleuren van de stenen waardoor ze te weinig ruimte laten om die bloeiende warmte en genegenheid tussen Max en Horst te tonen. Ze benadrukken de oorlogsellende te veel om de ontluikende liefde tussen beide figuren overtuigend te suggereren.
Te gefragmenteerd
Nogmaals, in Bent wordt sterk en met liefde geacteerd. Maar soms wint de pathetiek het van de integriteit. Tijdens die momenten verliest de creatie haar overtuigingskracht. Omdat de acteurs zodanig groots spelen, ontnemen ze het publiek het genot van de inleving.
Regisseur Van Steertegem geeft zijn acteurs iets te veel de sporen binnen elke afzonderlijke scène. Hij monteert alle scènes als afgesloten, poëtische ‘shots’. Binnen die shots stuwt hij zijn acteurs naar emotionele climaxen. Hierdoor fnuikt hij het algemene ritme van de voorstelling en laat zijn acteurs te weinig toe om hun karakter scène na scène op te bouwen. Daardoor lukt het De Lelie en Van Nieuwenhuyse als Max en Horst te weinig om in de laatste scènes het publiek van hun innige liefde voor elkaar te overtuigen.
Hopelijk brengt het inspelen meer evenwicht in de opbouw van de voorstelling. Zodat elke scène niet zozeer een apotheose op zichzelf is maar de bouwsteen vormt van de echte apotheose, aan het einde van de voorstelling.
Els Van Steenberghe
Bent, Theater aan de Stroom. Gezien op 11 september 2010. Meer info: www.theateraandestroom.be