Paul Baeten

‘We zijn met al onze menselijke onhebbelijkheden gewoon verhuisd van de straat naar de app’

Paul Baeten Columnist bij Knack Focus

Paul Baeten, schrijver van onder meer Wanderland, Straus Park, Een smerig dier en de tv-reeks Over water, duikt elke week in de populaire cultuur.

Tijdens de beginjaren van mijn bucolische jeugd in het vergetenswaardige dorp Rotselaar was er amper internet. Dat had gevolgen die vandaag komiek zullen overkomen op iedereen die jonger is dan ik, kortom iedereen behalve Martine Tanghe.

Zo was het benodigd om een bankoverschrijving met de pen in te vullen op een papieren document, dat document in je buideltas te bewaren tijdens een tocht met het rijwiel richting een van de vele bankkantoren. Daar zou iemand die Chrisje, Yves of Martine heette dan de genoodzaakte bankoverschrijving uitvoeren. Vier weken later stond de betreffende som dan alreeds op de rekening van de crediteur.

Toen kwam het internet en werd het leven gemakkelijker: frustraties met vervelende formulieren, handtekeningen, ambtenarij en bureaucratie waren plots allemaal verleden tijd. En om te winkelen moest je niet langer naar de winkelstraat om daar tussen de andere mieren te gaan vechten om een hemdje van de Zara: gewoon klikken en hop.

Intussen zijn we afhankelijk van het internet en blijkt dat nog lastiger dan de oude tastbare wereld. Ik ben deze zomer enkele keren naar een fysieke winkel getrokken om heel het onlinegezeik te vermijden.

We zijn met al onze menselijke onhebbelijkheden gewoon verhuisd van de straat naar de app.

Ten eerste: GDPR. Super, maar kunnen we dat één enkele keer op browserniveau regelen? ‘Wil je dat ze je overal volgen? Ja of Nee.’ Surfen is geworden: eindeloze lijsten op rood vinken of de moed verliezen en een boek moeten lezen. Dat kan de bedoeling niet zijn.

Dan: iets kopen is iets kopen. Ik hoef geen mails om te zeggen dat ik een paar sokken gekocht heb, dat ze in de doos worden gestoken en door wie, onderweg zijn, in de bus zitten en vijf minuten later dan vijf minuten geleden in de bus werden gestoken. Noch om te vragen of ik ze al gebruikt heb, of ik er nog meer wil, of ik nog schoenen wil om over mijn sokken aan te doen en of ik voor 5,99 het abonnement wil waarbij ze je geen mails meer sturen.

Laat. Mij. Gerust. Jeff.

Daarom: een sokkenwinkel in de stad. Dag meneer. Hier sokken. Hier geld. Fijne dag u ook oké ciao daag merci oei het is trekken hahahahahaa daag. Simpel. De verkoper komt me niet achternagelopen. ‘Weet je nog daarnet toen je die sokken kocht? Hè? Hè? Wil je er nog? Wil je mij punten geven op tien?’

Ik wil niemand punten geven. Aan alle mensen die punten of recensies geven aan winkels of restaurants of wat dan ook: jullie zijn dicks.

En zwijg van me van onlinedienstverlening. Ja, ik weet dat ‘de meeste vragen op de website kunnen worden beantwoord’, stem op bandje. Als ik het zo kon oplossen, dan zat ik niet al een uur naar ‘het muziekske’ te luisteren, of wel? Zo hing ik aan de hulplijn van een bank waar ze me na een uur wachten vertelden dat ze me enkel konden helpen als ik met mijn oude nummer inbelde want het nieuwe stond niet in hun dossier. En God, de Heilige Geest en Tina Turner, ik wou dat ik het uitvond.

Met andere woorden, we zijn met al onze menselijke onhebbelijkheden gewoon verhuisd van de straat naar de app. We zijn eenzaam en niks werkt. Wilt u misschien nog een paar sokken?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content