‘ELKE REFERENTIE AAN BEYONCÉ IS MOOI MEEGENOMEN’

Als u haar al kent, is het als violiste bij School Is Cool of van Back to Black, het duet dat ze samen met Oscar & The Wolf zong voor de soundtrack van Black. Een kleine gok: daar gaat het komende jaar verandering in komen, wanneer de solocarrière van Justine Bourgeus, alias Tsar B, onder stoom komt. Bow down, bitches: de indiequeen van 2016 komt eraan.

‘Hoe oud ben jij eigenlijk?’

‘Eenentwintig. Waarom?’

‘Gewoon. Verklaart de setting.’

Justine Bourgeus zit aan de eettafel van haar ouderlijke huis in Melsen, een eenstraatdorp op de baan van Gent naar Gavere – het adres dat ze me gegeven had, bleek niet haar kot te zijn. Haar mama heeft een salade van couscous, rode biet en erwtjes geserveerd. Achter het kookeiland is ze hamamthee aan het zetten voor haar dochter. Op tafel ligt een opengeklapte laptop die de eerste ep van Holy Other afspeelt, naast een cursus die simpelweg ‘Wiskunde’ getiteld is – Bourgeus zit in haar derde bachelor toegepaste economische wetenschappen. Blok: het moment van het jaar waarop elke student Hotel Mama frequenteert. Ook een popdiva.

‘Ik denk dat ik nog nooit door de mama van een artieste ben bediend’, zeg ik.

‘Er is voor alles een eerste keer. Wat kan ik zeggen? Ik ben te laat geboren, zeker?’

Het is makkelijk om te vergeten hoe jong Bourgeus is. Ze beschikt over een soort zelfverzekerdheid en présence dat je niet met 21-jarige studenten associeert. Weinig mensen slagen erin om Max Colombie van Oscar & The Wolf te overdressen. Bourgeus deed het al bij haar debuut als Tsar B: eind oktober ging ze het trapje van het Sportpaleis op in een elegant gedrapeerde galajurk van A.F. Vandevorst, gecombineerd met een stola van Mongools schaap. (Voor alle duidelijkheid: dat is een schaap uit Mongolië en niet een ooi met een chromosomenoverschot) Ze zong Amy Winehouse’ Back to Black, haar duet met Colombie voor de soundtrack van Black, met de souplesse van iemand die al jaren gewend is dat er 18.000 paar ogen op haar gericht zijn. Bepaald indrukwekkend, qua eerste indruk.

De tweede indruk deed nog meer goeds vermoeden. In november bracht Bourgeus Escalate uit, haar eerste solosingle als Tsar B, die in première ging op de site van het New Yorkse The Fader. Fijn geproducete trage laptop-r&b in de lijn van FKA twigs, maar met een Arabisch tintje dat het nummer onderscheidde van alle ándere fijn geproducete trage laptop-r&b in de lijn van FKA twigs. Internationale allures ook – zie ook de knappe clip, featuring twee ninja’s, opgenomen in Lissabon. Haar tweede single, Myth, komt begin volgende maand pas uit, haar eerste ep staat gepland voor mei. Maar wat ze al heeft laten zien en horen volstaat: voor 2016 wordt Bourgeus door zowat alle vaderlandse media getipt als de muzikale revelatie. Bow down, bitches: Tsar B wordt de nieuwe indiequeen.

‘Hier.’

Haar mama zet een doosje Mikado’s met donkere chocolade op tafel.

‘Wil jij mij vetmesten of zo? Wat ben ik? Hans én Grietje?’

Het leek eind vorig jaar alsof Tsar B uit het niets kwam. Niemand in het Sportpaleis leek te weten wie er precies op het podium verscheen.

JUSTINE BOURGEUS: Dat wás ook zo, denk ik. Black heeft de dingen onverwacht in een stroomversnelling gebracht. Ik denk dat ik nu al anderhalf jaar met eigen nummers bezig ben, maar het was me lang niet duidelijk wat ik daarmee wilde doen. Ik speelde viool bij School Is Cool, die solodingen leken vooral iets voor mij en mijn vrienden, niet iets dat tot een eigen band zou uitgroeien. Pas vorige zomer begon ik het serieus te nemen en de nummers af te werken samen met Oliver Symons, die je misschien kent van Warhola en Bazart. Escalate, de eerste single, heb ik toen opgenomen. Ik begon voorzichtig wat plannen te maken voor een ep. En dan klopten Adil El Arbi en Bilall Fallah ineens aan en was er een momentum.

Max en ik zijn al lang goede vrienden: we hadden er al even over gesproken eens iets samen te doen. Toen Adil en Bilall hem vroegen Back to Black te coveren, heeft hij mijn naam gesuggereerd voor een duet. En zo zijn ze bij mij beland. Het is allemaal een stuk sneller gegaan dan ik zelf verwacht had. Ik denk dat zij zelfs nog nooit van Tsar B gehoord hadden.

Goede naam wel.

BOURGEUS: Dankjewel. Als kind hadden wij alleen oude sprookjesboeken in huis. Daarin ging het nooit over prinsen en prinsessen, maar over tsaren en tsarinnen. Dat woord is blijven hangen – ook al omdat tsaren er altijd megacool uitzagen. En de B komt van Bourgeus. Wat samen met die ‘Tsar’ wat doet denken aan Queen Bee: elke referentie aan Beyoncé is mooi meegenomen. (lacht) Ik ben er wel tevreden van, eigenlijk. Het heeft iets oosters, iets van r&b en iets baroks: dat schetst wel een goed beeld van wat ik maak.

Het is wat diva-achtig ook.

BOURGEUS: Is dat beledigend bedoeld?

Het was een compliment.

BOURGEUS: Dan is het goed. (lacht) Het klopt ook wel: ik weet behoorlijk goed welke richting ik met Tsar B uit wil, ja. Maar het is niet dat ik altijd mijn zin moet krijgen of zo. Ik kan ook lief z…

Van achter het kookeiland begint haar moeder te lachen. Hard.

‘Wat? Ik kan toch lief zijn?’

Haar moeder lacht nog harder.

‘Bon, negeer dat maar’, zegt Bourgeus.

‘Vrij zeker dat het ook de eerste keer is dat ik een mama haar dochter hoor uitlachen tijdens een interview.’

‘Voor alles een eerste keer. ‘

De muziek is ondertussen gestopt. Bourgeus klikt Grace van Jeff Buckley aan. Niet Hallelujah, voor een keer, maar wel Dream Brother. Ze offreert een Mikado.

‘Bon, waar waren we?’

‘Je had het over de richting die je met Tsar B uit wil.’

‘Ah ja.’

FKA twigs goes Arabia: zoiets?

BOURGEUS: Zoiets, ja. Grappig wel dat iedereen over FKA twigs begint. Ik heb daar wel naar geluisterd, maar ik heb het zelf nooit gelinkt met wat ik maak. Ik denk dat het vooral door Escalate komt: de falsetto en de stiltes in dat nummer hebben wel iets van FKA twigs. Als mensen meer horen, zullen ze wel merken dat ik eigenlijk iets anders maak. Muziek voor een donkere, zweterige club, gevuld met rare, rare personen.

Het is ook niet alsof ik ooit iets in de lijn van één artiest heb willen maken. Mijn invloeden gaan een stuk ruimer. Jeff Buckley, en dan vooral zijn bezwerende nummers als Dream Brother, heb ik vaak beluisterd. Holy Other, pionier van de elektronische r&b, is een grote inspiratiebron geweest. Veel barok ook: geen betere soundtrack om op je rug naar het plafond te staren dan Rinaldo van Händel of Stabat Mater van Pergolesi. En waar die Arabische klanken vandaan komen, weet ik zelf niet zo goed. Ik heb heel veel naar Aladdin gekeken: misschien vandaar. (lacht)

Van opleiding ben je een violiste, las ik.

BOURGEUS: Ik was vijf toen ik viool begon te spelen. Mijn oudere zus speelde piano: ik ging altijd naast haar zitten en speelde na wat zij deed. In de hoop dat ik haar met rust zou laten, hadden mijn ouders dan zo’n miniviool gekocht. Ik geloof niet dat die hoger dan mijn knie kwam.

Mijn hele jeugd bestond uit viool. Ik heb in een orkest gespeeld. Ik zat in Bear Run, een groep waar we Kunstbende en Jonge Wolven mee hebben gewonnen. In het zesde middelbaar ben ik bij School Is Cool gaan spelen. Ik was nooit het soort tiener dat na school naar huis ging. Band- en orkestrepetities, muziekschool, privéles: ik was nooit voor elf uur thuis.

Was je een goede klassieke violiste?

BOURGEUS: Op mijn eigen manier. Ik was het soort violiste dat alles op haar gevoel wilde doen. Ik interpreteerde mijn partituren. Wat heel fijn is als solomuzikante, maar een ramp als je in een orkest speelt. (lacht) Ik was ook niet de grootste oefenaar. Als ik thuis een half uur viool moest oefenen, was ik klaar om dat ding tegen de muur kapot te slaan. Ik herinner me één generale repetitie van het orkest waarin ik speelde waarin de directeur me tijdens het spelen op een leesfout wees: ik had de partituren tot dan nog nooit gelezen. Behoorlijk gênant. Dat is ook de reden waarom ik geen conservatorium ben gaan doen. Ik wilde wel met viool bezig zijn, maar niet alleen met techniek en theorie. Ik hield ervan om violen door effectenbakken te jagen, spelen met de klank. Ik wilde zelf dingen maken. Niet dingen naspelen.

Lukt dat bij School Is Cool, toch vooral de groep van Johannes Genard?

BOURGEUS: Tot op zekere hoogte wel. Johannes schrijft de meeste arrangementen uit, maar hij laat wel genoeg ruimte aan de muzikanten over om de nummers te interpreteren en er gevoel in te steken. Hij schrijft de nummers, maar het is de hele groep die het karakter van de muziek bepaalt.

Nu, ik merk wel dat er een verschil is. Muziek spelen was een passie voor mij, muziek maken is een obsessie geworden. Mijn grootste vijand tijdens de blok is mijn laptop. Voor de meeste studenten omdat ze dan op Facebook zitten, bij mij omdat ik dan Logic open doe, de muzieksoftware van Apple. Even openklappen, een nieuwe drumlijn verzinnen of nog een stem erop plakken: het is een soort verslaving.

Is dat hoe je schrijft?

BOURGEUS: Ik maak alles op de laptop, ja. Eender waar. Mijn lief zit soms in dezelfde kamer te lezen terwijl ik met de koptelefoon op nummers inzing. Logic is op dat vlak een openbaring. Nummers schrijven achter de piano of op gitaar: dat ligt me niet. Ik zit liever aan beats aan synths te prutsen en te spelen met de pitch shifters.

Mijn eerste vraag toen je manager me Escalate liet horen, was: ‘Wie is de producer?’ Dat bleek jij zelf te zijn.

BOURGEUS: Zou je je dat ook afgevraagd hebben als het een man was die zong?

Sowieso.

BOURGEUS: Zeker van?

Ik ken weinig Belgische stemmen die zelf hun nummers producen.

BOURGEUS: Ah, oké. Op die manier.

Ligt dat gevoelig?

BOURGEUS: Ik vroeg het me gewoon af. Ik vraag me wel af of mensen gaan denken dat ik de handpop ben van een of andere producer. Want dat ben ik dus niet. Tsar B: dat is helemaal van mij.

Zit daar ook een feministische kant aan?

BOURGEUS: Dat is moeilijk. Natuurlijk ben ik een feministe. Iedereen zou een feminist moeten zijn. Alleen is die term ondertussen zo beladen en heeft iedereen er zo zijn eigen invulling van dat je meteen in oeverloze discussies belandt als je erover begint. Feminisme is voor mij eerder iets dat je moet tonen. Artiesten als Grimes, FKA twigs of Beyoncé: daar gaat een soort empowerment van uit dat mij megahard aanspreekt. Ik hoop dat ik dat soort vrouwelijke kracht uitstraal op een podium.

Dat ik mijn mannetje wil staan, is vooral om wat ik daarnet zei: Tsar B is van mij. Heb je toevallig die docu gezien over Grimes op The Fader? Ze heeft het over de mails die ze van – voornamelijk mannelijke – producers krijgt, genre: ‘I would love to work on your tracks.’ Haar antwoord: ‘Let me do my fucking job.’ Dat is min of meer wat ik ook denk. Maar dan in iets minder agressieve bewoordingen. (lacht) Ik kreeg pas een mail van een grote producer – ik geloof dat hij met Adele en Lana Del Rey had gewerkt – om eens samen te zitten in Londen. Dat is geweldig flatterend, maar tegelijk vraag ik me af of ik dat stuk van mijn muziek wel wil opgeven. Ik wil mijn eigen baas zijn. Ik wil mij niet laten doen door anderen.

Klinkt wel controlerend.

BOURGEUS: Dat komt omdat ik dat in muziek kan doen, denk ik. Bij de andere dingen in mijn leven heb ik dat niet. Ik wil mijn diploma wel halen, maar ik voel geen behoefte om daar het onderste uit de kan te halen. Bij Tsar B heb ik dat wel. Ik weet met welke ontwerpster ik wil samenwerken voor de kleren. Ik weet hoe mijn clips er moeten uitzien. Ik weet hoe de lichtshow bij mijn eerste optreden zal zijn. Ik wil dat alles is zoals ik het in mijn hoofd heb.

Wil je ook naar het buitenland? Je manager is Jarri Van der Haegen, alias Disco Naïveté, de bekendste Belgische muziekblogger en een man met een groot internationaal netwerk.

BOURGEUS: Ik wilde vooral met hem werken omdat ik hem vertrouw en hij een goede visie heeft op het huidige muzieklandschap. Het internet en de muzikale blogcultuur heeft heel nieuwe mogelijkheden gecreëerd voor artiesten. Zeker voor de dingen die ik maak. Escalate is niet meteen een Studio Brussel-hit, vrees ik. Als ik me alleen op België richt, gaat mijn markt snel gesatureerd zijn. Dan is het logisch dat je ook naar het buitenland kijkt. Niemand die mijn nummers op The Fader beluistert, realiseert zich waar ik vandaan kom. Dan wil ik op zijn minst eens kijken wat daar mogelijk is.

Voor een debutante zie je het wel groots, niet?

BOURGEUS: Is dat als een belediging bedoeld?

Weerom: neen.

BOURGEUS: Gelukkig. (lacht) Maar om heel eerlijk te zijn: ik weet het zelf niet. Muzikaal weet ik wat ik wil, maar ik heb geen idee wat ik van de dingen daarbuiten moet verwachten. Ik heb geen grote dromen. Ik heb vooral geen schrik om op mijn bek te gaan.

DOOR GEERT ZAGERS

Justine Bourgeus ‘IK SPEELDE ALS VIOLISTE BIJ SCHOOL IS COOL, MIJN SOLODINGEN LEKEN VOORAL IETS VOOR MIJ EN MIJN VRIENDEN. PAS VORIGE ZOMER BEN IK HET SERIEUS BEGINNEN TE NEMEN.’

Justine Bourgeus ‘IK KREEG PAS EEN MAIL VAN EEN GROTE PRODUCER – IK GELOOF DAT HIJ MET ADELE EN LANA DEL REY HAD GEWERKT – OM EENS SAMEN TE ZITTEN IN LONDEN. FLATTEREND, MAAR IK WIL MIJN EIGEN BAAS ZIJN.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content