Politiek reageert op voorstel Gatz: ‘Niet eindigen met tien meldpunten voor grensoverschrijdend gedrag’

© BelgaImage

De politiek reageert op het plan van cultuurminister Gatz om een meldpunt voor grensoverschrijdend gedrag in de culturele sector op te richten. De slachtoffers moeten sowieso ergens terecht kunnen, klinkt unaniem, maar niet iedereen is het er mee eens dat dat in een aparte instantie moet worden gegoten.

Zondag verklaart minister van Cultuur Sven Gatz (Open VLD) dat hij een maand geleden voorstelde aan de culturele sector om een meldpunt in te richten voor seksueel grensoverschrijdend gedrag. De sector heef tijd gevraagd om dit te overwegen. ‘Dit kan niet, het wordt veel teveel weggelachen en dat begrijp ik niet’, zei de minister.

De minister wil zo’n meldpunt niet omdat er nog geen is – er is het nationaal het nummer 1712 en op bedrijfsniveau de preventieadviseur of vertrouwenspersoon – maar omdat die onvoldoende worden aangesproken.

Een mogelijke verklaring daarvoor is dat een slachtoffer in een kleinere organisatie zich de vraag kan stellen wat de impact van zijn of haar klacht kan zijn op haar carrière. ‘In een kleinere organisatie is dat inderdaad moeilijker’, zegt Karin Brouwers (CD&V), lid van de Commissie Cultuur.

Er moet absoluut een plek komen waar de slachtoffers hun verhaal kunnen doen, vindt Vlaams Parlementslid Katia Segers (SP.A), actief in de Commissie Cultuur. ‘De recente getuigenissen hebben aangetoond dat veel mensen jarenlang gezwegen hebben, omdat ze niet wisten waar ze terecht konden en wat er met hun klacht ging gebeuren.’

Volgens Peter Wouters, Vlaams Parlementslid in de Commissie Grensoverschrijdend Gedrag voor N-VA, is een apart meldpunt geen goed idee. ‘Uit de hoorzittingen in het Vlaams Parlement blijkt dat er geen nood is aan bijkomende meldpunten, maar wel aan het breder bekendmaken van 1712’, zegt hij.

De overheid moet vooral ‘duidelijkheid creëren en versnippering tegengaan’ en ‘werk maken van een beleidsdomeinoverschrijdende aanpak van de problematiek’. ‘Het is beter ervoor te zorgen dat het bestaande meldpunt algemeen bekend geraakt. Laat ons daar de prioriteit van maken’, besluit Wouters.

Danswereld

Veel mensen kennen 1712 wel, denkt Segers. ‘Maar ik weet niet of het voldoende vertrouwen inboezemt bij de mensen die het nodig hebben.’ Ook Vlaams Parlementslid Bart Caron (Groen), die in de commissies Cultuur en Grensoverschrijdend gedrag zetelt, zou liever een apart meldpunt zien, maar is niet heel uitgesproken in zijn standpunt.

‘De vraag is hoe het moet worden georganiseerd. Dat kan als een aparte entiteit of geïntegreerd in 1712’, stelt hij. ‘In dat laatste geval moeten slachtoffers wel de een medewerker aan de lijn kunnen krijgen die de cultuur- en mediasector, want ook radio en tv moeten daar dan onder kunnen vallen, goed kent.’

‘We moeten niet eindigen met tien meldpunten voor grensoverschrijdend gedrag’, vindt Caron, ‘maar wel rekening rekening houden met de specificiteit van de gevallen. De misstanden in de danswereld, waar rekto:verso over bericht, zijn bijvoorbeeld enkel van toepassing op die sector. Daarvoor zou er dus wel beter een apart meldpunt zijn.’

Luisteren naar de noden van de cultuursector is ook de prioriteit voor Segers voor ze zelf voorstellen doet. Brouwers verwijst daarbij naar de commissie grensoverschrijdend gedrag in de sport, die pas haar taken heeft uitgebreid naar andere sectoren. ‘Zij moet haar conclusies nog formuleren en zal ongetwijfeld ook met ideeën komen. Het voorstel voor een meldpunt kan zo in een wat ruimer kader worden behandeld.’

Samenwerken aan meldpunt

Daarnaast wijzen Segers en Caron op de verantwoordelijkheid van alle sectoren en grote bedrijven om zelf een goed uitgewerkt integriteitsbeleid te hebben.

‘Het is belangrijk dat slachtoffers ook binnen hun eigen organisatie naar een preventieadviseur kunnen stappen’, zegt Caron. ‘Kleinere culturele organisaties zouden zelfs kunnen samenwerken om zo’n meldpunt voor hun mensen in het leven te roepen.’

Op zich is een apart meldpunt niet slecht. In de meeste sectoren heb je al wel iets, vertrouwenspersonen. maar zijn punt was dat in kleinere cultuur- en mediaorganisaties het soms moeilijker zal zijn om een mekding intern te doen. Elke sector is anders, maar of je dat kunt integreren, vind ik op zich ook niet tegen. In kleinere organisaties moeilijker om op een goede manier te centraliseren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content