Jimmy Eat World: ‘Het is een illusie dat je ooit ophoudt te groeien’

© Wouter Van Vaerenbergh
Katrin Swartenbroux
Katrin Swartenbroux Chef Lifestyle KnackWeekend.be

Ze brachten eind 2016 hun negende studioalbum (Integrity Blues) uit, schreven een song voor Dave Eggers’ 30 days/30 songs reeks en spelen op de mainstage van Rock Werchter. Een gesprek met Jimmy Eat World.

Jullie delen de affiche met Blink182 en Linkin Park. Het woord dat vandaag over de wei gonst is ‘nostalgie’. Snappen jullie waarom er naar dat sentiment wordt teruggegrepen ook al zijn jullie nooit gestopt met platen uitbrengen?

JIM ADKINS (gitaar, zang): Wanneer je als band al zo lang bestaat als wij (hun eerste album kwam uit in 1996, nvdr) is het logisch dat je een eb en vloed aan fans krijgt. Mensen die met onze muziek zijn opgegroeid stoppen op een gegeven moment misschien met ons te volgen omdat ze niet meer noodzakelijk willen luisteren naar de bands die ze als tiener goed vonden. Je smaakt verandert, maar wanneer je die dan plots op een affiche ziet staan…

Heeft het enkel met smaak te maken? Er zit een theorietje in mijn hoofd dat het landschap waarin jullie de nieuwste worp Integrity Blues hebben uitgebracht redelijk gelijkaardig is aan dat van Futures (2004) en Bleed American (2001). Dat de hoop die van jullie songs uitgaat nu weer meer resoneert.

ADKINS: Hah! Dat zou wel eens kunnen. Maar dat durf ik niet te zeggen.

Wanneer jullie songs als 23 zingen, voor wie zingen jullie die vandaag? Voor de mensen die nu 23 zijn, of voor zij die het toen waren?

ADKINS: Voor iedereen die er op dat moment naar luistert. Mensen die toen 23 waren, die het nu zijn, mensen die het nog moeten worden…

ZACH LIND(drums): … of mensen die 46 zijn (kucht)

ADKINS:(lacht) Exact. Het zijn redelijk universele gevoelens.

Veertien jaar geleden openden jullie je tweede plaat met de woorden: I always believed in futures/I hope for better in November. Enkele maanden geleden namen jullie deel aan het 30 days/30 songs project met My Enemy. Is (jullie) muziek terug politiek geworden?

LIND: In zekere zin is alles in het leven politiek, of je dat nu wil of niet. De zaken die op politiek vlak beslist worden beïnvloeden je leven, dus het is haast onmogelijk om niet politiek te zijn. Ik zou ons geen openlijk politieke band noemen maar het is logisch dat politieke gebeurtenissen doorsijpelen in kunst, in wetenschap, en dat die elkaar beïnvloeden. My Enemy was initieel niet bedoeld als protestsong, maar het thema is wel ontzettend relevant voor wat er vandaag allemaal gebeurt.

ADKINS: Heel Integrity Blues gaat over common sense, over de basisbeginselen van menselijk fatsoen en hoe je op een duurzame manier kan leven, met integriteit kan leven. Een behoorlijk actueel en politiek thema dus, over zaken die voor ons vanzelfsprekend zijn maar die plots op het spel staan.

Jullie songs zijn nooit rechtlijnig maar altijd redelijk gelaagd, waardoor fans er verschillende betekenissen aan vast kunnen knopen. Is dat jullie sleutel tot succes?

RICK BURCH (bas): Hah! Dat denk ik niet, maar het klopt wel dat iedereen een andere betekenis geeft aan onze nummers. Geen twee ervaringen zijn hetzelfde. Soms mailen fans ons de levensverhalen waarvoor onze muziek de soundtrack was, wat uiteindelijk toch het ultieme compliment is. Het is waanzinnig cool wanneer mensen wat jij hebt gemaakt in hun leven verweven.

Hoe stel je een setlist samen wanneer je negen albums aan materiaal hebt?

ADKINS: Dat hangt er natuurlijk vanaf hoeveel tijd we hebben en waar we spelen. Vorige week stonden we bijvoorbeeld voor de allereerste keer in Polen. Dan gaan we altijd proberen om ieder album in de set te laten voorkomen omdat je niet weet wat mensen willen horen. Ik denk dat we er vandaag best wel wat nieuwe songs in kunnen weven, maar het blijft natuurlijk een festival. We moeten dus ook de classics spelen.

Voelen jullie zelf nog een band met jullie ouder materiaal? Is het moeilijk om de connectie die voor sommige fans zo sterk is op te roepen op het podium?

ADKINS: Het is belangrijk om je hoofd leeg te maken voor je een podium op stapt. Je moet je best doen om het gevoel achter die song te herontdekken samen met het publiek.

BURCH: Dat zorgt ervoor dat je een moment kan creëren, en niet gewoon liedjes… ‘presenteert’ als het ware. Vandaar dat het zo belangrijk voor ons is om ons publiek te leren lezen.

ADKINS: En eerlijk gezegd, als je niet constant bezig bent om te achterhalen wat er relevant is aan je ouder materiaal, dan word je echt gek op grote tours waar je zoveel van je eerder werk moet spelen. (lacht)

Het album heeft ook een enorme coming of age-vibe, terwijl jullie uiteindelijk toch al een gevestigde waarde zijn.

ADKINS:You’re always coming of age. Het is een illusie dat je ooit stopt met groeien en leren. Ook al vind je ergens mentale rust of je creatieve niche, de wereld stopt niet met draaien, en jij moet je blijven aanpassen.

Jullie werkten voor het eerst samen met producer Justin Meldal-Johnsendie jullie van in het begin bij de plaat betrokken hebben – ook iets wat jullie daarvoor niet deden.

ADKINS: “We wilden eens iets anders, omdat we ervan overtuigd zijn dat je enkel op die manier kan groeien. Wanneer je al zo lang in het vak zit als wij bestaat het gevaar dat je craft een reflex wordt. Zelfs wanneer je even vast zit tijdens het schrijven is het makkelijk om terug te vallen op wat er in het verleden werkte, maar dat is de easy way out. Je onderzoekt zo niet waar het probleem zit en zo kan je ook niet groeien, creatief gezien. Je moet jezelf altijd afvragen: is dit het beste, of is dit het gemakkelijkste?”

Is Integrity Blues geworden wat jullie ervan verwacht hadden? Ik kan me voorstellen dat de feel van zo’n plaat verandert vanaf het moment dat je eraan begint te schrijven tot het ding daadwerkelijk in de rekken ligt.

ADKINS: Het is gek genoeg hetzelfde gebleven. Het was voor ons altijd een belangrijk album om te maken en ik denk eerlijk gezegd dat het één van onze beste albums ooit is.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content