The Rapture @ Botanique

Zo’n decennium geleden behoorden de heren van The Rapture tot de aanstokers van de punkfunkrevival. Sinds het vertrek van bassist Matt Safer neigt hun muziek meer naar gepolijste disco, maar live, in een uitverkochte Orangerie, klonk ze gelukkig opwindend als vanouds.

DA GIG: The Rapture in Botanique, Brussel op 14/11.

IN EEN ZIN: The Rapture speelde strak en funky, goochelde met mathrock en no wave, maar bewees vooral dat ze, ondanks de recente muzikale koerswijziging, nog altijd op het scherp van de snee opereert.

HOOGTEPUNTEN: ‘House of Jealous Lovers’, ‘The Devil’, ‘Killling’, ‘How Deep Is Your Love’.

DIEPTEPUNTEN: geen.

BESTE QUOTE van Luke Jenner bij de aanvang van het concert: “Dit is al de vierde keer dat we in de Botanique spelen. Dus, voor al diegenen die er vorige keer niet bij waren: maak jullie geen zorgen. We’re going to take good care of you.”

Sinds zijn onstaan in New York sloeg The Rapture een brug tussen post-punk en acid house. Door zijn combinatie van gitaren met elektronica schroeide het kwartet diepe gaten in de dansvloer en die aanpak maakte het tot een geestesgenoot van LCD Soundsystem. Geen wonder dus dat James Murphy zanger gitarist Luke Jenner en zijn maats inlijfde bij zijn toen kersverse DFA-label. The Rapture toerde met Franz Ferdinand en Daft Punk en bracht in de voorbije acht jaar met ‘Echoes’, ‘Pieces of the People We Love’ en ‘In the Grace of Your Love’ drie puike langspelers uit, al viel de laatste beslist niet bij alle fans in goede aarde.

Het verdwijnen van Safer had een stilistische koerswijziging teweeggebracht: de gitaren werden nu overwoekerd door synthesizers, de muziek verloor een deel van haar oorspronkelijke scherpte en de Fransman Philippe Zdar, bekend als 50 procent van Cassius, bracht een productionele glans aan waar het, zacht gezegd, even aan wennen was. Maar voor iedere aanhanger die afhaakte, kwam er weer een andere in de plaats, zodat The Rapture in Brussel alsnog voor een volle zaal mocht aantreden.

Frontman Luke Jenner droeg een Big Star-t-shirt, altijd een teken van goede smaak, en zodra de krassende gitaar en de ijle keyboards van het kwetsbare ‘In the Grace of Your Love’ uit de luidsprekers spatten, werd duidelijk dat de groep nog altijd op het scherp van de snee opereerde. Het even strak als funky gespeelde ‘Never Die Again’ knipoogde niet alleen naar Talking Heads, maar vertoonde ook mathrockinvloeden.

Het stuiterende en veerkrachtige ‘Get Myself Into It’ liet er geen twijfel over bestaan: The Rapture was vastbesloten een feestje te bouwen dat alle aanwezigen, willen of niet, in beweging zou krijgen en putte daarvoor ongeveer gelijkmatig uit zijn drie cd’s. Vooral drummer Vito Roccoforte en de nieuwe bassist staken het vuur aan de lont met hoekige maar onweerstaanbare ritmen, waar hun collega’s springerige motiefjes aan toevoegden. Oudere nummers als ‘The Devil’ en ‘Killing’ zouden hun effect dus niet missen en toen de groep bij ‘Whoo! Alright, Yeah… uh Huh’ was aanbeland, deinde de hele zaal gewillig op en neer.

Tijdens ‘House of Jealous Lovers’, met zijn abstracte riffs en karakteristieke koebelsound, raakte het publiek helemaal door het dolle heen. Toetsenman Garbriel Andruzzi, die ook op sax en elektronische percussie bedrijvig was, toonde zich de hele avond lang van zijn inventiefste kant. In ‘Olio’ verschansten zelfs drie van de vier bandleden zich achter een keyboard, wat resulteerde in bevreemdende elektropop. The Rapture was dus zeker niet voor één gat te vangen. Dat bleek ook in ‘Come Back To Me’, een nummer waarin een gesamplede, verknipte en geloopte accordeon de hoofdrol speelde en waar, langs digitale weg, Afrikaanse gezangen aan werden toegevoegd. Jenner was uitstekend bij stem, al contrasteerden zijn hoge uithalen regelmatig met zijn hakkerige gitaarspel en de stotterende sax van Andruzzi.

Bij wijze van grap zette de zanger, na ‘Echoes’, even een imitatie neer van Ted Nugent anno 1977, om zich vervolgens vast te bijten in een rechttoe rechtaanversie van ‘Children’. Besloten werd er met de courante radiohit ‘How Deep Is Your Love?’, die op gang werd getrokken door een onweerstaanbare housepiano en de aanwezigen met een brede glimlach de nacht in stuurde. The Rapture hield, qua sound, het midden tussen Gang of Four, Prince en no wave, maar maakte zijn naam wél helemaal waar. Om kort te gaan: we hebben ons niet verveeld.

Dirk Steenhaut

DE SETLIST: In the Grace of Your Love / Never Die Again / Pieces of the People We Love / Get Myself Into It / The Devil / Killing / Whoo! Alright, Yeah… Uh Huh / House of Jealous Lovers / Olio / Come Back To M Sail Away / Echoes // Children / How Deep Is Your Love?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content