Crossing Border Dag 2

De tweede dag van Crossing Border begon met gillende tienermeisjes en eindigde met Amerikaanse folkies in de inkomhal van de Bourla. Voor ieder wat wils dus, maar wel met een gratis dosis keuze stress.

WAT: Crossing Border Antwerpen, Dag 2. WIE: Ed Sheeran, The Apache Relay, James Vincent McMorrow, Wye Oak en St. Vincent

IN EEN ZIN: Harde keuzes zijn echt hard op Crossing Border: wij gingen naar St. Vincent in plaats van The Low Anthem en misten zo een concert dat 40 minuten langer duurde, twee staande ovaties kreeg en eindigde in de inkomhal van de Bourla.

HOOGTEPUNTEN: ‘She’s Beyond Good & Evil’ vanThe Pop Group in de versie van St. Vincent en de volledige set van de Ierse singer-songwriter James Vincent McMorrow.

DIEPTEPUNTEN: De spastische dansmoves van The Apache Relay.

BESTE QUOTE: “Thank you so much, of zoals ik vandaag leerde: thank you.” Het Nederlands van Annie Clark van St. Vincent staat nog niet helemaal op punt.

We weten niet waarmee u lacht, maar meisjes die krijsen voor een kleine rosse Brit vinden wij altijd grappig. Ed Sheeran is nog jong, maar telt wel Elton John onder zijn fans. Dat betekent: onderhoudende popliedjes met veel woordgrapjes. En een vrij groot ego. Of lef, zo kun je het ook noemen want de twintiger vroeg al bij het eerste nummer of het publiek wilde meezingen. Later kregen we nog ‘You Need Me But I Don’t Need You’, een nummer waarin hij de hype die rond hem hangt hekelt. Dat hij loops gebruikt om te verbergen dat hij alleen op het podium staat, is leuk maar nooit spannend. En dat gold voor zijn hele optreden, wat die gillende meisjes er ook van denken. Ons leek Ed Sheeran eerder een brutaal joch dat het vreemd soort charme bezit waardoor hem alles vergeven wordt.

Over naar The Apache Relay, jachtige Amerikaanse indierock uit Nashville, Tennessee. We zagen slechts een handvol nummers, maar die volstonden om ons niet schuldig te voelen dat we vroeger doorgingen. Een rommeltje van schrille viool, platte bas en onverstaanbare teksten gecombineerd met de angstaanjagende dansmoves van de zanger deed ons al gauw vertrekken richting Bourla.

Daar speelde James Vincent McMorrow een prachtig, maar ook wat onwennig optreden. Jonge singer-songwriter trekt zich terug in een huisje en neemt in totale afzondering op enkele maanden tijd een album met uiterst breekbare liedjes op. Doet dat een belletje rinkelen? Deze Ier heeft wel meer overeenkomsten met ene Justin Vernon. Ook hij zingt veelal met kopstem, maar die klinkt engelachtiger dan die van Bon Iver. Zijn album ‘Early In The Morning’ is eveneens opgedragen aan een Emma. En de nummers? Tja, die zijn ook fabelachtig mooi. Toch is McMorrow niet zomaar een doorslagje van Bon Iver. Zijn teksten reiken dieper, bevatten haast de ziel van een verloren Ierse beschaving in zich, waarbij zijn stem als een huilende wind over de klippen – lees: koppen van het publiek – raast. Volledig overstag gingen we nét niet, ook al scheelde dat maar een haartje. Daarvoor legde McMorrow te weinig contact, zo schuw als hem zagen we ze niet vaak op een podium staan. Ach, de nummers spraken boekdelen.

Voor hem misten we ook de helft van Wye Oak. Dit Amerikaanse man-vrouw duo baseert hun sound hoofdzakelijk op de hard-zacht tegenstelling en dat werkt prima. Tot je iets verder kijkt en ziet dat Jenn Wasner een beperkte zangeres is (nee, dat feestje gisteravond telt niet) en drummer/sampleman Andy Stack duidelijk liever ergens anders was geweest. Dat neemt niet weg dat de groep een hele reeks geweldige nummers in haar repertoire heeft zitten. Maar veel plezier aan ze spelen beleefden ze kennelijk niet. Dus wij ook niet echt aan ze te horen. Nochtans is derde plaat ‘Civilian’ hun beste tot nu toe die van uiterste naar uiterste schiet. Beter dan Baltimore-stadsgenoten Beach House is Wye Oak tegelijk snoeihard en zacht, dromerig en snijdend. Graag hadden we diezelfde opwinding ook gehoord op Crossing Border, en liefst langer dan een liedje want van degenen die wij zagen, overtuigde enkel het titelnummer. Gemiste kans.

En op dit moment deed zich de keuze stress voor: keren we terug naar de Bourla voor The Low Anthem of blijven we in de Arenberg voor St. Vincent? De laatste won en overrompelde in avontuurlijke grilligheid. Clark is in de eerste helft zowel afstandelijk als uitnodigend, maar houdt zich te hard in om iedereen mee te hebben. Dat lukt pas bij ‘She’s Beyond Good And Evil’, een cover dan nog, van postpunkband The Pop Group. Hierin gaat Clark helemaal loos en breekt haar stem eindelijk helemaal door. Dat ze daarna het vrij makke ‘Year of the Tiger’ speelt, begrijpen we nog altijd niet. Gelukkig stuurt ze kort daarna haar groep weg om het misleidend genaamde ‘The Party’ te brengen. Hier werkt die ingehouden zang wél terwijl ze ons met bedrieglijk onschuldige Bambi ogen moeiteloos verleidt. St. Vincent slaagde er op plaat niet altijd in om ons te raken, maar live staat ze er volledig. Op hoge hakken, met drie gitaren en een effectenbak waar de jongens jaloers op zijn.

Later hoorden we dat the Low Anthem veertig minuten langer speelde dan gepland en hun set afsloot in de inkomhal van de Bourla. Kiezen is altijd een beetje verliezen, maar dankzij dit filmpje vinden we toch een beetje troost.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Tinne Strauven

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content