Zo klinkt het nieuwe album van Ryan Adams

© gf

Verwaande kwast voor de een, schilddrager van de vurige americana voor de ander. Nochtans: op zijn dertiende reguliere studioplaat is Ryan Adams niet meer of minder dan zichzelf.

Ryan Adams

Ryan Adams

rock

Pax-Am/Columbia

Geen idee of ‘verdeel en heers’ de verdoken leuze was waarmee de jonge Ryan Adams zich omstreeks de millenniumwissel de wereld in lanceerde. In dat geval is voorlopig alleen het eerste deel een succes geworden. En dat steekt blijkbaar. Want wat laat het voormalige enfant terrible van de rustieke Amerikaanse gitaarrock fijntjes optekenen in zijn nieuwe bio? Dat hij van zijn ettelijke Grammynominaties er nog geen eentje kon verzilveren. Tja.

Het verstandigste wat een mens die aan zulke dingen belang hecht kan doen, is de omstandigheden negeren en onverdroten voortploegen. En dus is Ryan Adams op Ryan Adams simpelweg Ryan Adams. Dat betekent: geen verrassingen, maar ook geen onaangename. Zelfs genre-oefeningen op het terrein van de new wave rock (zoals op Rock N Roll uit 2003), emotionele artpop (Love Is Hell, 2004) of country (Jacksonville City Nights, 2005) lijken de tot rust gekomen zanger dezer dagen geen inspiratie meer aan te reiken. En maar goed ook, want nóg schieten sommige onschuldige fans ’s nachts wakker van de hiphop- en metalverbasteringen waaraan Adams zich ooit bezondigde.

Hier dus geen halsbrekende stilistische loopings meer om de spots op zichzelf gericht te houden. Adams serveert elf sneden behoudsgezinde Amerikaanse rock, geschreven met vaste hand à la John Mellencamp. De dagen dat hij wou bewijzen dat hij op zijn eentje de wilde, wankelende attitude van The Replacements tot een goed einde kon brengen, zijn eveneens passé. Vaardig werk, al kun je je niet van de indruk ontdoen dat zelfs Sheryl Crow meer zou hebben aangevangen met deze of gene riff.

In de meeste songs zet Adams zichzelf bovendien zonder veel verbeelding neer als de romantische verstoteling, de herfstig gestemde zwerver over small town streets, zijn gebroken hart voor zich uit trappend. Getrouwd is hij anders nog steeds, met actrice en zangeres Mandy Moore, dus met een emotionele schreeuw hebben we niet te maken. Maar wie niet al te gevoelig is voor de weinig diepgaande teksten – die elke zestienjarige aspirant met de vinger in de neus had kunnen schrijven – zal zich nergens een buil aan vallen.

Als geheel komt Ryan Adams nog het dichtst in de buurt van Easy Tiger uit 2007: gewoon een samenhangende lading songs die weliswaar geen moeite heeft om van de grond te komen, maar wel enigszins op automatische piloot het zwerk doorkruist.

Staat toch maar lelijk op de schoorsteenmantel of in de plee, zo’n Grammy.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content