40 jaar ‘Rumours’ van Fleetwood Mac: Glimmend van buiten, duister van binnen

© -

‘Rumours’ wordt wel eens ‘het verslag van een emotionele holocaust’ genoemd. En toch ging de popklassieker van Fleetwood Mac al ruim 45 miljoen keer over de toonbank. Wat die plaat zo legendarisch maakt? Het feit dat de groepsleden erin slaagden hun tot puin herleide levens in vlotte en duurzame songs te transformeren.

Het is een wezenskenmerk van goede popmuziek dat ze opeenvolgende generaties blijft aanspreken, zonder dat een specifieke stijl of sound daartoe een hinderpaal vormen. Veertig jaar na zijn oorspronkelijke release – op 4 februari 1977 – blijft ‘Rumours’ zowel bij het publiek als onder muzikanten één van de meest geliefde break-up-platen ooit. De songs definiëren een welbepaald tijdperk, maar klinken niettemin volkomen tijdloos. Ze zijn doordrongen van pijn en frustratie, maar zitten verpakt in melodieën die zo catchy zijn dat je ze met geen stokken uit je geheugen kunt bannen. ‘Rumours’ behoort niet alleen tot de best verkochte langspelers aller tijden, het is ook uitgegroeid tot een waar cultuurfenomeen waar iedereen wel iets van zichzelf in herkent.

De geschiedenis van Fleetwood Mac is al even turbulent als ingewikkeld. Tijdens de tweede helft van de sixties maakte de band, opgericht door drummer Mick Fleetwood en basgitarist John McVie, deel uit van van de Britse bluesboom die onder anderen The Yardbirds, Ten Years After, Free en Led Zeppelin voortbracht. Met de gitaristen Peter Green en Jeremy Spencer scoorde ze hits als ‘Albatross’, ‘Black Magic Woman’, ‘Oh Well’ en ‘The Green Manalishi’. Het succes zou echter, zeker in combinatie met het gulzige drugs- en alcoholgebruik van de leden, zijn tol eisen: in acht jaar tijd versleet Fleetwood Mac tien verschillende bezettingen. Na een zoveelste split trokken Fleetwood, McVie en diens vrouw Christine (de voormalige zangeres van Chicken Shack) halverwege de jaren zeventig naar L.A., waar ze een ander echtpaar, het folkrockduo Stevie Nicks en Lindsey Buckingham, inlijfden. De rest is geschiedenis.

‘All winner, no filler’

Het contrast met de beginjaren van de groep kon nauwelijks groter zijn. Toch maakte het nieuwbakken kwintet een titelloze langspeler vol sprankelende, radiovriendelijke Westcoastpop die bij het grote publiek meteen in de smaak viel, in 1976 de eerste plaats van de charts bereikte en vergezeld ging van de net onder de toptien gestrande single ‘Rhiannon’.

‘Rumours’ behoort niet alleen tot de best verkochte langspelers aller tijden, het is ook uitgegroeid tot een waar cultuurfenomeen waar iedereen wel iets van zichzelf in herkent.

Met het oog op hun volgende lp kregen de bandleden van hun platenmaatschappij op financieel gebied dus carte blanche. De Record Plant-studio in Sausalto werd aanvankelijk geboekt voor twee maanden, maar uiteindelijk zou Fleetwood Mac er ruim een jaar kamperen, wat de kosten aanzienlijk de hoogte injoeg. De industrie beschikte toen nog over grote budgetten en insiders zouden achteraf van een ‘million dollar record’ gewagen, al zal de overvloedige aanwezigheid van cocaïne op de werkvloer daar ook wel wat mee te maken hebben gehad.

De timing bleek verre van ideaal. De groep had net een lange tournee achter de rug die een desastreuze invloed had op de interne amoureuze verhoudingen. De McVies bliezen, na zes jaar, hun huwelijk op en waren niet langer on speaking terms. Buckingham en Nicks zaten elkaar voortdurend in de haren en ook Fleetwood bleef niet gespaard: zijn vrouw Jenny Boyd, met wie hij twee kinderen had, ging er met zijn beste vriend vandoor. Toch kreeg niemand de tijd om zijn problemen te verwerken, want nu de kassa eenmaal aan het rinkelen was geslagen, werd van Fleetwood Mac snel nieuw werk verwacht.

‘Rumours’ – de werktitel luidde aanvankelijk ‘Yesterday’s Gone’ – was al de elfde lp van het gezelschap, al ging het eigenlijk om een nieuwe groep met een oude naam. Het opzet was ambitieus: een plaat opnemen zonder ‘vullers’, waarbij iedere track als single moest kunnen dienen. Dat Fleetwood Mac die missie ook waar wist te maken, lag vooral aan het vakmanschap van Lindsey Buckingham. Als geen ander slaagde hij er steeds weer in alle losse eindjes aan elkaar te knopen en uit de bijdragen van de drie songwriters een coherent geheel te destilleren.

Relationeel wrakhout

Dat laatste was geen sinecure, want wie op ‘Rumours’ relationeel wrakhout wil sprokkelen, hoeft slechts naar de songteksten te luisteren. Interne wrijvingen, spanningen en irritaties vonden steevast hun weg naar de liedjes. Christine McVie beleefde een romance met de lichtman van de groep, wat aanleiding gaf tot ‘You Make Loving Fun’. Lindsey Buckingham begon iets met een vrouw uit New England en schreef ‘Never Going Back Again’. Mick Fleetwood dook in bed met Stevie Nicks, en dat gebeurde allemaal terwijl de emotionele wonden nog pijnlijk vers waren.

Op sociaal vlak gingen de groepsleden niet meer met elkaar om, maar in de studio waren ze sowieso op elkaar aangewezen en zongen ze, zij het niet altijd in even positieve bewoordingen, over elkaar. In ‘Dreams’ zong Nicks de eenzaamheid van zich af na de breuk met Buckingham. De laatst genoemde schreef op zijn beurt het pessimistische ‘Go Your Own Way’, dat vol verwijten zat en door zijn ex als venijnig en extreem respectloos werd ervaren. Al die break-up-songs leidden tot dramatische situaties en veel gevallen van gekrenkte trots. Buckingham, Nicks en McVie schreven hun songs weliswaar ieder apart, maar werkten ze doorgaans samen af, met alle ruzies van dien.

Stevie Nicks zou zich later laten ontvallen dat Fleetwood Mac steevast zijn beste muziek maakte wanneer de leden er het slechts aan toe waren.

Eén en ander inspireerde John McVie tot de titel ‘Rumours’. Want ook al leken de drie liedjesschrijvers uit hun eigen dagboeken te citeren, over wat waarheid of leugen was bestond bij Fleetwood Mac niet echt een consensus. Het introspectieve ‘Songbird’, door Christine McVie opgevat als een gebed, werd ’s nachts ingeblikt met de natuurlijke echo van een auditorium van de universiteit van Californië. ‘Daddy’ schreef de toetsenspeelster dan weer als troost aan Mick Fleetwood die op dat moment zijn gezin uit elkaar zag vallen. ‘Second Hand News’ was een poging van Lindsey Buckingham om het funky ritme van ‘Jive Talking’ van The Bee Gees in de sound van de groep te integreren. ‘I Don’t Wanna Know’ dateerde al uit 1974 en was een overblijfsel uit het repertoire van Buckingham Nicks. Stevie Nicks zou zich later laten ontvallen dat Fleetwood Mac steevast zijn beste muziek maakte wanneer de leden er het slechts aan toe waren.

Hedonistische uitspattingen

Zodra de plaat op de markt kwam, raakte ze prompt een gevoelige snaar bij het publiek, hoewel de rauwe emotionaliteit van het materiaal de luisteraar ongewild tot een voyeur reduceerde. Maar de relationele strubbelingen waren niet de enige reden waarom het opnameproces van ‘Rumours’ zo moeizaam verliep. De hedonistische uitspattingen van het mannelijke deel van Fleetwood Mac waren de laatste stuiptrekkingen van een excessieve levensstijl die bij popsterren in de seventies niet uitzonderlijk was, maar waar de punkbeweging in die dagen zich resoluut tegen afzette. Gezien de vele overdubs en het meticuleuze knip- en plakwerk (zie ‘The Chain’) mag het een wonder heten dat de plaat uiteindelijk zo natuurlijk en organisch aandoet.

‘Rumours’ wordt nog altijd geroemd om de onsterfelijke melodieën, de fraaie, driestemmige samenzang, de heldere productie en de zorgvuldig uitgebalanceerde combinatie van elektrische en akoestische instrumenten. Alleen al in de VS prijkte de plaat 31 weken aan de top van de hitlijsten, en ook de singles (‘Go Your Own Way’, ‘Dreams’, ‘You Make Loving Fun’) waren één voor één commerciële voltreffers. Dat gold ook voor ‘Don’t Stop’, dat in 1992 een tweede leven zou krijgen toen het door Bill Clinton tot campagnelied werd gebombardeerd tijdens de Amerikaanse presidentsverkiezingen.

Kracht en kwetsbaarheid

Maar er zijn nog meer redenen waarom het status van ‘Rumours’ tot op hedenincontournable blijft. Van de drie blikvangers in de groep waren er twee vrouwen, die ook nog eens zelf hun nummers schreven. Dat was in de jaren zeventig nog vrij uitzonderlijk.

Van de drie blikvangers in de groep waren er twee vrouwen, die ook nog eens zelf hun nummers schreven. Dat was in de jaren zeventig nog vrij uitzonderlijk.

Christine McVie, die al jaren deel uitmaakte van Fleetwood Mac, kwam pas vanaf zijn Californische periode mee aan het roer te staan, terwijl Stevie Nicks, eerst met een nummer over de heks ‘Rhiannon’ uit 1975 en vervolgens met ‘Gold Dust Woman’ uit ‘Rumours’ metaforen introduceerde die zowel kracht als kwetsbaarheid uitstraalden. Als Mick Fleetwood beweert dat ‘Rumours’ de belangrijkste plaat is waar hij ooit bij betrokken is geweest, ligt dat zeker ook aan de magische balans tussen het mannelijke en vrouwelijke perspectief, tussen licht en schaduw, tussen opgewekte popsongs en melancholische ballads.

De invloed van ‘Rumours’ op latere muzikantengeneraties kan moeilijk overschat worden. Van Courtney Love tot Tori Amos, van Smashing Pumpkins tot Death Cab For Cutie, van Haim tot Julia Holter en van Antony & The Johnsons tot Tame Impala: allemaal hebben ze het meesterwerk van Fleetwood Mac zorgvuldig bestudeerd. Tot vandaag geldt ‘Rumours’ als het ultieme voorbeeld van Westcoast FM-pop: glimmend en afgeborsteld aan de oppervlakte, maar met een kern van wanhoop en duisternis. Like a heartbeat drives you mad…

Dirk Steenhaut

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content