Wat heeft illegaal downloaden te maken met roeien, koeien en margarine? Vijf ingewijden geven hun visie op het fenomeen.

Kris Wauters (Clouseau)

Het internet is een fantastisch medium. Het biedt ongekende mogelijkheden aan fans, labels én artiesten, maar niet zoals het er nu toegaat. Daarom moet dringend worden gezegd dat illegaal downloaden geen Robin Hoodattitude is, zoals in de pers vaak wordt gesuggereerd, alsof het hip is om auteursrechten te ontlopen en producten te jatten. Want uiteindelijk is het eerst de artiest en pas daarna de industrie die er het gelag voor moet betalen. Of je de jongeren dat alsnog aan hun verstand kunt brengen? Daarvan ben ik overtuigd. Natuurlijk moeten er maar eens represailles volgen tegen de veelvraten op het internet. De regeringen moeten daarom dringend een wettelijk kader creëren waarin men ook effectief kan optreden. Maar het is vooral een kwestie van opvoeding: als je kinderen vanaf de lagere school van het probleem bewust maakt, dan merk ik dat ze heus wel bereid zijn om iets voor muziek te betalen. Kijk naar de hele milieuproblematiek. Twintig jaar geleden gooide iedereen zijn troep nog op straat, nu kijkt men je terecht boos aan als je een blik tegen het trottoir mikt. Beide factoren samen – de juridische maatregelen en het aankweken van een nieuwe internetattitude – zullen er op termijn wel voor zorgen dat de legale downloaddiensten gemeengoed worden. En ja, de industrie heeft zitten suffen. En ja, journalisten boycotten is paniekvoetbal, maar het is dringend tijd dat alle partijen aan hetzelfde zeel trekken. Vraag maar aan Joost Zweegers.

Simon Lenski (DAAU)

Van onze eerste cd verkochten we nog 15.000 stuks. Nu zullen we al erg tevreden zijn als we er van Tub Gurnard Goodness 6000 verkopen, wat een goed resultaat zou zijn voor een Belgische plaat die in eigen beheer wordt uitgebracht en het dus zonder de promo- en distributiemachine van een major moet zien te rooien. En misschien klinkt het melig of naïef, maar ik kan me niet druk maken over die hele download-problematiek die daarvan ongetwijfeld de hoofdoorzaak is. Voor mij primeert immers het speelplezier en DAAU is sowieso altijd al een groep geweest die het vooral – ook financieel – van liveoptredens moet hebben. Ik begrijp dat het voor de Borsato’s en de Lotti’s heel wat problematischer ligt, maar ik vrees dat het een onomkeerbare evolutie is. Bovendien zie ik via onze eigen website – waar we heel wat tijd en moeite in geïnvesteerd hebben – dat het internet ook positieve gevolgen kan hebben. Het wakkert de zin aan om naar liveconcerten te gaan. Natuurlijk heb ik liever dat ze én onze cd kopen én naar onze concerten komen. Als ik echter bij iemand thuis onze cd in zo’n blanco cd-r-hoesje vind, grijp ik die persoon niet naar de keel. In zijn plaats deed ik misschien wel net hetzelfde. Ik snap de woede wel van de majors, maar voor nichegroepen als ons is het toch altijd al hetzelfde liedje geweest: roeien met de riemen die je hebt.

Pieter-Jan de Smet (PJDS)

Of een major nu margarine verkoopt of muziek, dat maakt heus geen verschil. Nochtans ben ik er zeker van dat mensen die bij zo’n label werken een groot hart voor muziek hebben. Het probleem is dat ze binnen een industrie werken die de poen laat primeren op dat hart. Meer dan ooit tevoren trouwens. Risico’s worden door hun hoofdkantoren niet meer getolereerd en wat kun je daar als Belgisch filiaal nog tegen inbrengen? Het is een maatschappelijk fenomeen: zelfs scholen moeten tegenwoordig als bedrijven worden gerund. Wees gerust: veel mensen binnen de Belgische industrie zijn bonafide en lopen heel gefrustreerd rond over de directieven die ze van bovenaf meekrijgen. Het gezeur over het downloaden vind ik dan ook een rookscherm dat opgetrokken wordt om die steeds wilder wordende uitwassen te maskeren. Hoe haal je het in je hoofd om je eigen klanten ‘dieven’ te noemen omdat ze tegenwoordig inderdaad ook al eens iets van internet plukken. Natuurlijk gaan daar geld en budgetten voor kleinere artiesten mee verloren, maar het zijn wel bijna altijd de grote namen die er zich het drukst over maken. Verkocht Lotti gisteren nog 2 miljoen platen, dan zijn er dat vandaag nog steeds een miljoen. Ik overdrijf, maar het lijken me vooral lui die hun tweede Porsche nog moeten afbetalen die het hardst roepen. Trouwens, majors hebben die ontrouwe klanten zelf de truken van de foor geleerd door hetzelfde materiaal eindeloos uit te melken. Maar nu de koe leeg is en je de melk gratis op internet vindt, zijn het plots allemaal dieven. En dan worden wij, artiesten, ingeschakeld omdat wij daarmee ook effectief onze auteursrechten kwijt spelen. Sorry jongens, maar van dat percentje hebben we sowieso nooit kunnen leven. Uiteraard vind ik hun legale downloaddiensten een goed idee, maar ondertussen zo tekeergaan tegen downloaders, terwijl ze zelf al die tijd hun geld zaten te tellen, vind ik wel behoorlijk grof.

Jari Demeulemeester (directeur AB)

De muziekindustrie dood? Onze mensen kunnen het aanbod nauwelijks opvolgen en het publiek volgt massaal zonder dat we aan de ticketprijs moeten zitten. Het zogeheten nefaste ClearChanneleffect vind ik dan ook overdreven, hoewel ik de kritiek uit de provincie best kan begrijpen. Mijn ervaring is: hoe globaler de markt, hoe creatiever de initiatieven aan de basis. Er zijn meer releases dan ooit tevoren, omdat iedereen die een pc heeft een plaat kan opnemen en omdat lokale artiesten een plaat of een single steeds meer beschouwen als een visitekaartje, een promomiddel voor concerten in plaats van een bron van inkomsten. Er is een heel ander muziekcircuit ontstaan en een ander consumptiepatroon. De reguliere cd-markt is verzadigd en wordt steeds meer opgevuld met eenheidsworst, omdat de drager niet meer aan de eisen voldoet en omdat mensen hun muziek steeds meer van het internet halen. De platenindustrie wacht daarbinnen wel degelijk nog een functie mits ze flexibel genoeg is. Toen het vinyl opkwam, stortte de partiturenmarkt ook in, maar daarmee is de muziekindustrie toch niet verdwenen? De crisis ligt volgens mij dan ook bij de drager.

Dominique Soenens (muziek- & hardware-journalist)

Het lijkt erop dat cd’s en geluidsdragers zullen verdwijnen ten voordele van MP3’s of andere digitale formaten. Daardoor zijn platenlabels in principe overbodig als distributiekanaal, wat heel wat bands zoals DAAU of Prince trouwens al op ideeën heeft gebracht. Platenfirma’s zullen niet verdwijnen, maar er zullen wel meer groepen zijn die zonder firma opereren en de huidige crisis heeft die evolutie nog versneld.

Het voordeel van die situatie is dat bands vrijer zullen zijn, al zal het hen ook meer geld en moeite kosten om hun zaakje zelf op poten te zetten. Hetgeen ondertussen vooral stoort, is het gebrek aan zelfkritiek binnen de industrie. Zeker is dat er te laat gereageerd werd op internetpiraterij, en de soms hysterische reactie op het downloaden slaat de bal ook mis. Tenslotte is dat niet de enige reden voor de crisis. Het consumptiepatroon van jongeren is nu eenmaal grondig veranderd, illegaal kopiëren bestond vroeger ook al en er is de impact van de economische laagconjunctuur. Bovendien kan worden beargumenteerd dat artiesten dankzij internet meer mensen bereiken dan ooit tevoren. Trouwens, niet elk label is het eens met de draconische maatregelen van IFPI. PIAS gaf te kennen dat het niet instemt met haar intimidatiepolitiek en denkt er zelfs aan om een campagne te voeren vóór onbeveiligde muziek. En PIAS staat daar niet alleen mee. Het gaat op zich niet over de crisis van de ‘muziekindustrie’, maar wel over enkele majors.

Bart Brusseleers: ‘Als de computer van zo’n muziekpiraat crasht, dan zal ik een sarcastische grijns niet kunnen onderdrukken. Het wordt tijd dat er universele wetten worden gesteld.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content