Marianne Faithfull vertelt graag over haar roemruchtige jonge jaren, maar met de nieuwe plaat ‘Before The Poison’ die ze maakte met haar beste vrienden leeft ze nog het liefst in het nu. ‘Ik heb duidelijk getoond welke weg je niét moet volgen. Bewonderaars die dÁt niet inzien, kan ik missen als kiespijn.’ Door Peter Van Dyck

‘BEFORE THE POISON’

UIT OP 28/9 BIJ NAïVE/BANG! IN CONCERT 12/12 KONINKLIJK CIRCUS, BRUSSEL

Marianne Faithfull, die door ontdekker en Rolling Stones-manager Andrew Loog Oldham ‘een engel met grote borsten’ werd genoemd, weet nog altijd hoe haar koopwaar te etaleren. In haar diepe decolleté bungelt een kruisje. De sporen van een zwaar verleden manifesteren zich tijdens ons gesprek in een hotel in Parijs vooral bij het schurende geluid dat haar diepe stem maakt als ze in een rokerslach schiet.

De zangeres is ver heen geweest, maar de manier waarop ze zich herpakt heeft, is bewonderenswaardig. Haar jaren zeventig werden helemaal uitgegomd door haar heroïneverslaving. Net onder de vleugels van haar toenmalige beau Mick Jagger uit, doolde ze bijna een heel decennium doelloos rond in de straten van Soho. Het contrast met de bruisende vrouw die ze nu op haar 57e is, kan niet groter zijn. Ze toert momenteel de wereld rond met de theaterproductie The Black Rider – van Robert Wilson, met teksten van William Burroughs en muziek van Tom Waits – en sleutelde tussen de bedrijven door aan een nieuw album. Op Before The Poison krijgt ze, net als op de vorige Kissin’ Time, ruggensteun van jongere rockers als Damon Albarn (zanger van Blur, pvd) en Nick Cave.

Faithfull liet PJ Harvey op de helft van de plaat haar stempel drukken, en dat was een uitstekende zet. Marianne verklaarde ooit dat ze ‘blanke blues’ wil zingen. Dat had evengoed de beginselverklaring van PJ Harvey kunnen zijn. En wat blijkt? De dames hebben een soortgelijke achtergrond. ‘Weet je wie mij muzikaal opgevoed heeft?’, vraagt Faithfull retorisch. ‘Ian Stewart, de kerel die voorbestemd was om lid te worden van The Rolling Stones, maar als puntje bij paaltje kwam er niet goed genoeg uitzag. Hij bezat een indrukwekkende platencollectie. Hij was niet alleen met mij, maar ook met Polly’s ouders bevriend, zo heb ik achteraf ontdekt. Polly is opgegroeid met Stu’s bluesplaten. Zo zie je maar.’

Nog voor je aan ‘Before The Poison’ begon, vertelde je dat er slechts een tweetal vrouwen is met wie je wil samenwerken. Wie is de tweede?

Faithfull: Ik houd van Missy Elliott, maar dat zij in een andere wereld zit, zou een hinderpaal kunnen zijn om samen iets te creëren. Nu ik erbij stilsta: eigenlijk is Polly de enige. Ik val voor haar attitude. Toegevingen zijn niet aan haar besteed. Ze doet iets enkel op háár manier. Ze kan aan elke druk van buitenaf weerstaan. Dat is fantastisch om te zien, zeker in een meisje. Ik vind dat ze op de koop toe een heel sexy uitstraling heeft, zonder dat het er te dik op ligt. Bij haar is sensualiteit geen goedkope bullshit.

Ik heb ze in juli zien optreden op Rock Werchter. Ze gebruikt haar seksualiteit toch wel enigszins.

Faithfull: Kan zijn. Maar ik denk niet dat ze zich van zoiets bewust is als ze op een podium staat. Ze lijkt wel een bezetene wanneer ze optreedt. In het echte leven is ze totaal anders.

Herken je iets van jezelf in haar?

Faithfull: Ik had mijn zaakjes niet zo voor elkaar op die leeftijd. Zij heeft haar elan gevonden, terwijl ik me op mijn 32e compleet verloren voelde. Ik heb mezelf pas veel later bij elkaar geraapt. Neen, ik was zeker niet zo gefocust en pienter. Volgens mij heeft Polly ook wel haar deel van de problemen met de muziekbizz gehad, maar ze zei op een bepaald moment tegen zichzelf: zut, ze kunnen allemaal de boom in. Ze bleef niet bij de pakken zitten. Ze mat zich een ’take no prisoners’-attitude aan. Ik ben daar eerder via een lange omweg geraakt. Natuurlijk, het waren ook heel andere tijden. Voor jonge vrouwen in de rockmuziek moesten er nog aardig wat barrières gesloopt worden.

In ‘No Child Of Mine’ schrijft Harvey: ‘You must know that every man I’ve loved/has been a child and fatherless’. Dat zie ik jou ook wel aan het papier toevertrouwen.

Faithfull: Absoluut. Dat is typisch zo’n zin die vrouwen tegen elkaar zeggen, waarbij de ene meteen begrijpt wat de andere bedoelt. (lacht) Ik geef toe, het is mij op het lijf geschreven.

En toch verkies je meestal om met mannen te werken. Hoe komt dat?

Faithfull: Dat is geen bewuste keuze. Ik maak niet graag een onderscheid tussen de seksen. Misschien dat ik eerder naar mannen toe wordt gezogen, omdat de situatie dan iets romantisch krijgt. Neem nu Blur: zij zijn altijd een grote steun geweest. Hun bassist Alex James is een licht in mijn leven. Hij stelt zich nooit aan. Ik ken, eerlijk gezegd, niet zoveel vrouwelijke songschrijvers die én interessant zijn én mij het gevoel geven dat we samen tot iets moois zouden kunnen komen. Ofwel ben ik te competitief ingesteld om met andere vrouwen te kunnen werken, dat zou ook kunnen. Bij Polly heb ik daar geen last van: met haar voel ik een perfecte harmonie.

Je hebt eens gezegd dat je een heel speciale relatie met Damon Albarn hebt. Hoezo?

Faithfull: Het is een vrij complexe relatie. Of doel je misschien op een seksuele relatie? ( lacht) Dat is het in ieder geval niét. Damon is zowat de tegenpool van Alex. Dat hij een groot ego heeft, moet je erbij nemen.

Je komt niet ver in de muziekbizz zonder groot ego.

Faithfull: Zeker niet als frontman.

‘My friends have picked me up again/and pushed my enemies out of the picture’, zing je in ‘My Friends Have’. Heb je altijd veel vrienden gehad?

Faithfull: Dat is mijn groot geluk. De meesten gaan al decennia mee. Jammer dat ik zo’n drukke agenda heb en bijgevolg weinig tijd voor hen kan vrijmaken. Het liefste wat ik zou doen, is iemand als Polly uitnodigen om enkele dagen samen in mijn tuin te niksen. Momenteel kan ik mijn vrienden niet veel geven, maar volgend jaar in juni neem ik een break. Ik hoor ze trouwens niet klagen: we aanvaarden het dat we elkaar soms een jaar niet zien.

Op ‘Kissin’ Time’ stond het door Jarvis Cocker van Pulp gepende ‘Sliding Through Life On Charm’. Ik beeld me in hoe hij dat nummer schreef met je autobiografie naast hem opengeklapt.

Faithfull:That’s exactly what happened ( lacht). Hij las het boek en vatte het daarna met een ironisch toontje samen. In een vingerknip zie je in dat nummer m’n leven passeren. Héél grappig vond ik dat. Pientere gast, die Jarvis. Hij woont hier trouwens in Parijs.

De verleiding van die jonge muzikanten met wie je optrekt, moet groot zijn om je uit te vragen over de mythische jaren zestig.

Faithfull: Ik heb er absoluut geen probleem mee dat ze me de kleren van het lijf vragen. Ik kan hen uren onderhouden met alle verhalen. Alleen Jarvis, die heel erg in het hier en nu leeft: die wilde er niets van weten. Aan mijn biografie had hij meer dan genoeg. ( lacht) De meest nieuwsgierige was Beck. Hij hengelde naar weetjes over Serge Gainsbourg, die ik eveneens goed gekend heb.

Je hebt blijkbaar iets met Frankrijk. Je hebt niet toevallig een Franse manager (die, zo wordt gefluisterd, ook haar levensgezel is, nvdr).

Faithfull: Al sinds mijn 17e kom ik hier met grote regelmaat. De Fransen behandelen me respectvol. Dit land past gewoon bij mij. Ik woon in Dublin, en dat is eveneens een plek waar ik me heel lekker voel. Ik vind er veel gelijkgestemde zielen: creatieve mensen die er dezelfde filosofie op na houden. Omdat ik niet in het enge muziekwereldje wil vastzitten, verbroeder ik graag met filmmakers en schrijvers. Ik houd ook van de gekke houding die de Ieren tegenover het leven aannemen. In Londen vind ik het niet meer te harden. Daar gaat Last Song over, het nummer dat ik met Damon Albarn heb geschreven: de vernietiging van Engeland. Ik herken het land niet meer waar ik ben opgegroeid.

In welke zin?

Faithfull: Het is volgebouwd. Damon herinnert zich nog dat zijn ouderlijk huis omringd was door velden. Als hij nu zijn ouders bezoekt, ziet hij enkel nog beton. Dat is uiteraard geen nieuw pijnpunt. Die evolutie is jaren geleden al ingezet, door foute keuzes van de machthebbers. Wie wil er nog leven in een land zonder groen?

Na de dood van Kurt Cobain verklaarde Neil Young dat hij de Nirvana-zanger misschien wel had kunnen helpen. Denk je dat jij Courtney Love, die door haar gerotzooi met drugs tussen gerechtszaal en hospitaal pendelt, zou kunnen helpen?

Faithfull: Ik wenste dat ik het kon, maar ik vrees van niet. Ze probeert me soms te contacteren, maar ik weet echt niet wat ik haar moet zeggen. Ze doorspartelt vreselijke tijden en ik vind dat heel erg voor haar, maar zo goed ken ik haar nu ook weer niet. Ik begrijp niet waarom ze zich wéér met al die nonsens inlaat. Iemand die op zo’n trip zit, is door niemand tegen te houden. Je moet zélf beseffen dat het moet stoppen. Je moet willen geholpen worden, en op dit moment nodigt ze daar niemand echt toe uit.

Ze bewondert jou.

Faithfull: Maar ze heeft dan blijkbaar toch niets van mijn ervaringen geleerd. Ik heb duidelijk getoond dat dit niet de weg is die ze moet volgen. Bewonderaars die dát niet inzien, kan ik missen als kiespijn. Ik ben daar nogal meedogenloos in. Als Courtney naar me opkijkt, is het op de verkeerde manier. Ze mist verantwoordelijkheidszin.

Jij en Anita Pallenberg zijn Courtneys helden door de creatieve invloed die jullie hadden op Mick Jagger en Keith Richards.

Faithfull: Anita (de ex van Richards; pvd) heeft niet zo’n druk beroepsleven – zij heeft meer tijd om zich met Courtney bezig te houden. Maar wat wil ze suggereren? Dat zij op dezelfde manier de drijvende kracht achter Kurt Cobain was? Dat gaat niet op. Anita gelooft écht dat wij Mick en Keith geleerd hebben hoe ze tot grootse prestaties moesten komen. Zelf heb ik daar nooit veel over zitten mijmeren – dat is tijdverlies. Ik concentreer me op mijn eigen werk nu – ik weiger in het verleden te leven. Anita daarentegen is daar wat in blijven hangen. Ze koestert die periode nog altijd als een heel belangrijk moment in haar leven. Voor mij was het eerder een halte onderweg.

Je hebt dan ook radicaal een einde gemaakt aan die periode.

Faithfull: Ik was blij dat ik er mij van kon onttrekken. Ik had geen geld – ik zat werkelijk aan de grond – maar ik was tenminste vrij. Anita heeft zich er niet van kunnen losmaken, wellicht door de kinderen die ze met Keith heeft. Zij krijgt alimentatiegeld van hem, maar ik betwijfel of dat haar leven eenvoudiger maakt. Mijn relatie met The Rolling Stones is nu trouwens beter dan voorheen. Precies omdat ik hen niets verschuldigd ben. Als ik hen nu opzoek, is het omdat ik dat zelf wil en nog altijd van hen houd. Ze zijn ook altijd heel blij mij te zien.

Het is een beetje triest om je aan je verleden vast te klampen.

Faithfull: Juist. Mick en Keith waarderen het dat ik mijn eigen weg heb gebaand. Iedereen heeft intussen afstand genomen van de negatieve kant aan het sixtiesverhaal – de drugs en alle andere troep. Behalve Courtney. Dat ze getraumatiseerd is, begrijp ik, maar je kunt daar niet op blijven hameren. Dat helpt je geen meter vooruit. Ik zou me ook in zelfbeklag kunnen wentelen, maar dat is niet mijn stijl. Als ik nu nog wakker zou liggen van wat ik veertig jaar geleden heb uitgespookt, dat zou pas erg zijn.

In 1979 schreef je ‘Guilt’, drie jaar geleden ‘The Pleasure Song’: de songtitels alleen al laten zien dat je levenshouding veranderd is.

Faithfull: Ja, ik heb een veel positievere attitude dan vroeger. Een plaat als Before The Poison kan je niet maken als je fucked-up bent. Je zou er de concentratie niet voor kunnen opbrengen. Ik sta nu sterk in mijn schoenen, heb een helder hoofd en bovenal, ik heb leren genieten.

Peter Van Dyck

‘Als ik nu nog wakker zou liggen van wat ik veertig jaar geleden heb uitgespookt, dat zou pas erg zijn.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content