Tijdens de derde Nacht van de Vlaamse Televisiesterren zullen de aandacht én sterren ongetwijfeld vooral naar Van Vlees en Bloed gaan. Twee series die van ons echter nu al een eervolle vermelding krijgen, zijn Code 37 en Vermist, beide mee geregisseerd door jonge honden Jakob Verbruggen en Joël Vanhoebrouck. ‘Onze smokings liggen klaar, al is het voor een buiging voor Van Vlees en Bloed.’

Jullie hebben naam gemaakt met de eerste serie van ‘Vermist’ en daarna ‘Code 37’. Hoe is het ineens zo snel gegaan?

Jakob Verbruggen: Dat is te danken aan één man: Jan Verheyen. Noem hem gerust onze godfather. Ik had meegewerkt aan de casting van Buitenspel, waarbij Joël als assistent-regisseur van Jan eigenlijk mijn baas was.

Joël Vanhoebrouck: Jan was van plan om de regie van de Vermist-afleveringen te delen met Jakob en Christophe Van Rompaey. Hij vroeg mij om opnieuw assistent te zijn en ik was zo vrijpostig om te zeggen dat ik enkel wilde meedoen als ik zelf mocht regisseren. Met succes, ik heb mij ertussen gewrongen. (Lacht)

Verbruggen: Vrijwel meteen na Vermist belde Dirk Impens mij. Hij had 180 geproduceerd, een serie voor de regionale zenders met Hilde Heynen, en was op dat moment bezig met de pitch voor een politiereeks rond Veerle Baetens. De opdracht was om een policier te bedenken die anders was dan de vele reeksen die er al waren.

Is het dankbaar om je als jonge regisseur te laten gelden of voelt het veeleer als een vergiftigd geschenk?

Verbruggen: Het is een fijn buitenkansje, maar inderdaad niet evident. De sfeer van Code 37 ligt in het verlengde van Vermist, maar in elk ander opzicht zijn ze elkaars tegen-polen. Vermist gaat over knappe speurders in een hightech-omgeving. Voor Code 37 kwam ik op de proppen met een bende cowboys die er niet veel van bakt tot een sterke vrouw er de lakens komt uitdelen. Je kunt wel wat parallellen zien met de John Wayneklassieker Rio Bravo. De Code 37-personages beschikken ook over humor en zelfrelativering, iets wat de figuren uit veel andere Vlaamse policiers missen.

Vanhoebrouck: Die stempel is vooral Jakobs verdienste omdat ik op dat moment nog bezig was met het draaien van het tweede seizoen van Vermist. Je merkte wel dat er bij vtm enige nervositeit ontstond over onze eigenzinnige manier van draaien. Het siert hen en Dirk Impens dat ze toch vertrouwen hadden. Na het zien van een eerste montage wisten ze wel dat het goed zat – zeker ook de verdienste van de ongelooflijke hoofdcast.

Hoofdrolspeelster Veerle Baetens loofde de manier waarop jullie de acteurs lieten improviseren. Vanwaar die werkwijze?

Verbruggen: Je kunt een scène in een scenario beschrijven, maar je haalt er meer uit als je acteurs ermee laat spelen, over laat nadenken en laat improviseren. De interactie die zo ontstaat, maakt een scène levendiger en echter.

Vanhoebrouck: In tegenstelling tot klassieke regisseurs draaien wij een hele scène door. De camera blijft niet op hetzelfde personage gericht, als het nodig is, wijkt ze uit. Dat houdt iedereen scherp: onszelf, de acteurs, de gastspelers… Het geeft hen de gelegenheid om écht tegenspel te bieden. Die alertheid gold trouwens voor de hele crew, een heel goede mix van mensen uit de filmwereld.

Verbruggen: Mensen die hun plan kunnen trekken nadat er eerst was gediscussieerd over hoe we iets moesten aanpakken. Zodra we vertrokken waren, werd er geen tijd meer verloren.

Waar hebben jullie die werkwijze opgepikt?

Verbruggen: Het lijkt mij de meest logische aanpak. Ik deed het ook bij 180 en Vermist. Daar was ons grote voorbeeld de Bournetrilogie, waarin je door echte personages meegesleurd wordt in de actie. Echtheid is een sleutel-element bij regie: ik moet het geloven.

Jullie zijn wellicht even trots op beide series. Steekt het dan dat ‘Code 37’ een succes is en ‘Vermist’ moet knokken om aandacht?

Vanhoebrouck: Tja, ik durf te stellen dat Vermist het beter zou doen op een grotere zender dan op VT4. Onderschat de reeks niet: ze is verkocht aan veertig landen. Beide seizoenen waren al te zien in Frankrijk, waar de respons positief was. Verder gaat Vermist naar Oost-Europa en zelfs het Midden-Oosten. Die mogen er helemaal hun zin mee doen. Ik ben eigenlijk razend benieuwd naar het resultaat met Arabische dubbing en zonder de hier en daar weggecensureerde scènes. (Lacht) Hopelijk krijgt VT4 het tweede seizoen goed in de markt gezet. De herhalingen van het eerste doen het goed, heb ik gehoord. Nochtans werd het wegens de focus op het privéleven van de personages wel eens verweten te soapy te zijn. Dat zal de tweede reeks echter net straffer maken, nu de scenaristen de personages meer hebben uitgediept. Het wordt een sterk seizoen met verrassende afleveringen.

Bij ‘Code 37’ was er een akkefietje met de sponsorende burgemeester Daniël Termont, die vond dat Gent niet voldoende in beeld kwam. Wat is daarin jullie macht als regisseurs?

Verbruggen: Wij wilden gewoon geen Vlaanderen Vakantieland-achtige sfeerbeelden. Het werk van de zedensectie speelt zich grotendeels af in de onderbuik van de samen-leving. Daarvoor zijn we op zoek gegaan naar de wat anonieme, grootstedelijke kant van Gent. Wij zijn de burgemeester zeer dankbaar voor de financiële steun, maar hopelijk begrijpt hij dat de beelden van zijn stad in het plaatje moeten passen.

Hannah Maes rijdt wel met een blinkende Mercedes rond. Konden jullie voor deze liefhebster van seventiessoul geen oude klassebak bedingen?

Verbruggen: Zo’n sterke, robuuste, beschermende wagen viel nog wel te rijmen met Hannahs karakter. Ach, product placement is een kwestie van geven en nemen. Je staat eens iets toe om een andere slag binnen te halen. Zo hebben we onze zin gekregen op het vlak van sfeer, stijl, de cast en het feit dat er flink wat werd gerookt. Dat leek ons onontbeerlijk voor de groezelige stijl die we wilden.

Vanhoebrouck: En vergeet ook niet, bij een beperkt budgeten beperkte tijd heb je te roeien met de riemen die je hebt.

Nu we het daar over hebben: hoe belangrijk is het dat jullie voor het tweede seizoen per aflevering een extra draaidag krijgen?

Verbruggen: Ik denk dat zowel de productie als vtm heeft ingezien dat iedereen daarbij gebaat is. We hebben bewezen dat het kan om een aflevering in zeven dagen te draaien, maar het is geen overbodige luxe om net iets meer tijd te hebben om kwaliteit te leveren. Of ik mij daar tijdens het eerste seizoen zorgen over maakte? Niet echt.

Vanhoebrouck: Ik wel, wellicht omdat ik uit mijn ervaring van assistent-regisseur de consequenties ken. Minder tijd en middelen betekent minder locaties, minder gastrollen… Van die extra draaidag ga ik helaas niets merken, want ik pas voor het tweede seizoen. Bij mij staat Dubbelleven op de planning, een serie die Vermist-scenaristen Bas Adriaensen en Philippe De Schepper voor de VRT geschreven hebben. En daar moet het met nog een draaidag per aflevering minder. Ik geloof echter zo sterk in het verhaal dat ik het absoluut wil doen.

Loopt een productie daarmee niet het risico de grens te ver op te zoeken en ze te overschrijden zoals ‘Los zand?’

Vanhoebrouck: Hmm, ik denk dat ik over voldoende ervaring en knowhow beschik om goed in te schatten wat mogelijk is. Het wordt knokken voor Dubbelleven, maar ik ben ervan overtuigd dat we degelijke donderdagavondfictie kunnen afleveren.

Heren, nu jullie wegen scheiden: wat hebben jullie gemeen?

Verbruggen: Vreemd, ondanks het vele samenwerken hebben we het daar nog nooit over gehad. (Lacht)

Vanhoebrouck: Onze passie voor film, dat zie je volgens mij in ons werk. Bij Jakob vooral aan het visuele aspect: hij is de man die met knappe moodboards afkomt. Ik richt mij iets meer op de personages en het verhaal. Voor het visuele zorgt de director of photography wel.

Tot slot, ligt jullie smoking al klaar voor de Vlaamse Televisiesterren?

Verbruggen(Grijnst) Die van mij wel, al is het om een hoffelijke buiging te maken voor Van Vlees en Bloed als de reeks wint. Ik duim wel voor Veerle, het zou terecht zijn als zij de prijs voor beste actrice binnenrijft. Of ik droom van iets van het kaliber van Van Vlees en Bloed? Voor alles is er een tijd. Al moet ik hopelijk niet te lang meer wachten voor het verwezenlijken van mijn jongensdroom: een eigen langspeelfilm.

Vanhoebrouck: Daar ben ik wel benieuwd naar! En ik? Weet je, ik ken de audiovisuele sector langs beide kanten van de taalgrens. En het fijne aan de Vlaamse zijde is dat tv er een ongelooflijk mooi platform biedt. Als die langspeler er niet meteen komt, kun je als regisseur behoorlijk je ding doen op tv.

Vermist

Seizoen 1 wordt herhaald elke maandag om 20.40 op VT4.

Seizoen 2 begint eind maart.

De Vlaamse Televisiesterren.

Zaterdag 6/3, Ethias Arena, Hasselt. De uitreiking wordt live getoond op één en vtm.

Door Hans Van Goethem

”Vermist’ is verkocht aan veertig landen, ook in het Midden-Oosten. We zijn razend benieuwd naar het resultaat met Arabische dubbing en zonder de hier en daar weggecensureerde scènes.’

‘Wij wilden in ‘Code 37’ geen ‘Vlaanderen Vakantieland’-achtige beelden. Hopelijk begrijpt de burgemeester dat.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content