Zondag 13/11, 21.20 – één

Met de winter voor de deur diept één Van vlees en bloed nog eens op. Geen serie die zo’n veelvoud aan onweerstaanbare oneliners heeft opgeleverd. Wij frissen alvast uw geheugen op met volgende vijf citaten.

‘IK ZEN NOGAL NE KEIREL, ME MIJ KUNDE LACHEN.’

Buurman Herman, onnavolgbaar neergezet door Herwig Ilegems, kreeg het publiek helemaal aan zijn kant. De onvermoeibare wijsneus ligt onophoudelijk op de loer om het leven van slagersfamilie Vangenechten binnen te dringen – bij voorkeur met een al dan niet belegen grapje. Immers, Herman is een zelfverklaarde lolbroek. Wanneer er in de familie Vangenechten een handgemeen is geweest, dan weet Herman waarom ze een slagerij uitbaten. Há, het is nogal een kerel!

‘VAN UW 100 GRAM SALAMI PER DAG ZAL IK NIET RIJK WORDEN.’

De centrale figuur in Van vlees en bloed is slager André (Lucas Van den Eynde). Jaren geleden zag hij met lede ogen zijn zoon én gedoodverfde opvolger Rudy wegtrekken. De reeks begint met de thuiskomst van Rudy, maar die gaat niet zonder slag of stoot. Een zelfstandige verbergt echter altijd zijn leed achter een klantvriendelijke glimlach, zelfs al is die klant een moeial als Herman die ervan uitgaat dat André ondanks zijn bescheiden aankopen het geld binnenrijft.

‘WE ZITTE ME NEN BOSPOEPER IN DE FAMILIE.’

Niemand is zonder zonde in de familie Vangenechten, ook strenge vader André niet. Wanneer de Nederlandse mevrouw Verspoor (Alice Reys) twee koteletjes komt bestellen, voelt André steevast een onweerstaanbare drang om hond Joepie uit te laten. Wanneer Joepie door nonkel Luc (Tom Van Dyck) een webcam omgebonden krijgt, legt de camera vast wat André uitspookt. Als zoon Rudy die beelden te zien krijgt, uit hij het onvergetelijke ‘We zitte me nen bospoeper in de familie.’

‘GE PAKT MIJNE SEKS AF.’

Slagersvrouw Liliane, gespeeld door Sien Eggers, is het type echtgenote dat nooit haar man zou afvallen, zelfs al voelt ze zich in de slaapkamer danig verwaarloosd. Manliefs impotentie komt in een heel ander licht te staan wanneer blijkt wat hij met mevrouw Verspoor uitvreet. Liliane, anders zo’n brave middenstandsvrouw, foetert vertwijfeld dat haar man haar het genot van seks ontneemt.

‘DE EMMER DER VERNEDERINGEN IS VOL.’

Schoonbroer en schoolinspecteur Maurice (Peter Van den Eede) raakt niet aanvaard in de familie. Als de stijve sikkeneur Moemoe (Reinhilde Decleir) meeneemt naar zee en daar machteloos toeziet hoe die ten pooi valt aan een zwerm zilvermeeuwen, heeft hij het helemaal verkorven. De reprimande die dat hem oplevert, komt hij nooit te boven. ‘De emmer der vernederingen is vol’, huilt hij uit bij vrouw Gerda (Mieke De Groote). Als Maurice zich niet meer durft te vertonen, kan Moemoe het niet laten: ‘Woog zijn emmer der vernederingen te veel om de trap op te komen?’

(H.V.G.)