Tom Coninx verlaat Studio Brussel en presenteert vanaf zaterdag 6 juli dagelijks het ‘Tourjournaal’ op Canvas.

Na net geen vier jaar verlaat je Studio Brussel. Uitgekeken op de zender?

Ik wou eens iets anders doen. Kinky Coninx deed ik heel graag, maar de vijver van Studio Brussel-figuren was na twee jaar wel leeggevist. We konden natuurlijk nog eens Adriaan Van den Hoof, Frank Focketyn en Axl Peleman bellen, maar dat heeft geen zin. Daarbij, dagelijks een radioprogramma presenteren van elf uur ’s avonds tot één uur ’s nachts, dat moet je niet onderschatten. Je sociaal leven gaat eraan kapot.

Opgelucht dat het gedaan is?

Aan de ene kant wel, maar ik zal het natuurlijk missen. Live werken, de snelheid, het was enorm plezant. Ik heb heel mooie herinneringen aan Studio Brussel en ik laat veel leuke collega’s achter.

In de krant stond dat je vertrek niet rimpelloos verliep.

Dat lag aan de journalist in kwestie. Als ik zeg dat ik wel eens woorden heb gehad, dan moet je niet schrijven dat de hele VRT gefrustreerd is. Dat is flauw. Ik heb met niemand problemen. Jammer genoeg is dat bericht een eigen leven gaan leiden waardoor sommigen nu wel zullen denken dat ik arrogant ben.

Was televisie je ambitie?

Op de radio had ik al iets met sport gedaan, nu wou ik zien of het me op televisie ook lukt. En het Tourjournaal is een goede manier om dat na te gaan. Sommige mensen kicken erop om met hun kop op televisie te komen of zich daar van alles bij voorstellen, maar zo ben ik niet.

Ze mogen bij de sportredactie van de VRT op hun beide oren slapen?

Natuurlijk, ze kennen mij ook. Ik word door iedereen gesteund. Tenslotte willen ze gewoon een zo goed mogelijk programma maken. Stef Wijnants, die me opleidt, gelooft in mij. En voor mij begint het nu allemaal, helemaal onder aan de ladder.

Ben je een wielerfreak?

Ik ben vooral een sportfreak. Wielrennen is samen met voetbal de sport die het meest tot de verbeelding spreekt. En dan zeker de Ronde van Frankrijk, niet voor niets het derde grootste sportevenement ter wereld.

Vanwaar die passie voor sport?

Ik ben met sport opgegroeid. Ik zag wat voor een leven mijn pa (journalist Alain Coninx, nvdr.) had: veel reizen, tussen sporters zijn, de sfeer van de wedstrijden opsnuiven. En ik heb zelf altijd veel gesport: voetbal, zwemmen, fietsen. Sport grijpt naar de keel: winst, verlies en de kleine wereld van verschil die daartussen ligt. Kleine details die over een wedstrijd beslissen. Er bestaat niets mooiers.

Meen je dat?

Als ik moet kiezen tussen een opera van Puccini en een rit in de Ronde van Frankrijk of tussen een politicus die uit zijn nek staat te lullen en een gesprek met Franky Van der Elst, dan weet ik het wel. Sport is beleving. Hoewel het ook steeds meer entertainment wordt, iets te veel misschien. Sportmensen moeten gewoon in een sportprogramma komen en niet in iedere mogelijke talkshow. Dat leidt alleen maar tot nietszeggende gesprekken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content