SOLDATE JEANNETTE ***

SOLDATE JEANNETTE, kiezen tussen parels en hoevedieren.

Zondag 26/1, 22.00 – Sundance Channel. Daniel Hoesl, Oostenrijk 2012

‘Als je mensen respecteert, moet je feministische films maken’, beweert de Oostenrijkse filmmaker Daniel Hoesl. Hij noemt zichzelf een utopist, iemand die verzetsfilms draait over vrijheid en tegen het kapitalistische juk van de postmoderne industriële maatschappij onder de vlag European Film Conspiracy, een ‘keukencollectief zonder recepten’. En koken, dat doet hij op zijn eigenzinnige manier in Soldate Jeannette, een rigide hekeldicht waarin twee ‘soldates’ gevolgd worden op hun innerlijke veldtocht. Het leverde hem op het Filmfestival Rotterdam, met onder anderen Ai Wei Wei in de jury, een Tiger Award voor beste langspeelfilm op.

Het begin is ijzersterk. We zien Fanni, een harde zakenvrouw, een duur kleedje kopen in een hippe boetiek. Eenmaal weer op straat gooit ze het in een container – niet de laatste keer dat de film blind consumentisme en onze religieuze obsessie met geld ironiseert. Later doet ze een vandenbrouckske: ze verbrandt stapels bankbiljetten. Dergelijke scènes zouden zo uit een film van die andere Oostenrijkse provocateur, Ulrich Seidl, kunnen komen, ook al omdat ze er esthetisch bij aansluiten: kil en afgemeten met statische shots die zin voor geometrie verraden. Verwonderlijk is dat niet: Hoesl was Seidls regieassistent bij diens recente Paradies-trilogie.

Hoesl heeft minder gevoel voor groteske humor dan Seidl maar hij wil ook verstoren en ons aan het denken zetten over mens en maatschappij. Eigenlijk toont hij in zijn laconieke pamflet het omgekeerde parcours van twee vrouwen wier paden elkaar kruisen. Er is Fanni, een bourgeoisvrouw met een uitdrukkingsloos gezicht die in de problemen komt en al haar bruggen verbrandt om een nieuw leven te beginnen op een boerderij. En er is de jonge Anna, die Fanni ontmoet op die boerderij, een machobastion. Ook Anna wil zichzelf opnieuw uitvinden en hunkert naar een nieuw leven in een andere omgeving. Of hen dat lukt laat de film in het midden. Maar ze zoeken tenminste naar alternatieven.

Iets wat je niet van Oostenrijk kunt zeggen, lijkt de maker te suggereren. Of dat laat hij toch voelen in de muziek, een combinatie van accordeonmelodietjes, electro en pakkende ballades van Bettina Köster, de Berlijnse Queen of Noise.

Hoesl verwerkt zelfs hilarische knipoogjes in zijn film die van Fanni en Anna erfgenamen van de weerstandscinema van de jaren zestig en zeventig moeten maken. Zo ligt Fanni te snurken tijdens een voorstelling van Godards Vivre sa vie op het moment dat Anna Karina huilt om het lot van Jeanne d’Arc. En in een telefoongesprek noemt diezelfde Fanni Jeanne Dielman – Chantal Akermans avant-gardefilm waarin zelfs aardappelen schillen een statement wordt, door die bezigheid koppig in real time te tonen – ‘een grappige film’.

LUC JORIS

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content