‘Schrijven is eigenlijk niet leuk’

Bart De Pauw brengt op het Filmfestival van Oostende een ode aan de scenarist.

Voor het filmfestival van Oostende stelde Bart De Pauw een lijst samen met tien titels die iedereen gezien moet hebben. De tv- en filmmaker over zijn ‘master selection’.

et scenario is het minst begrepen en opgemerkte deel van een film’, zei Frank Capra ooit. Hij had natuurlijk een punt, want van hoeveel films die de afgelopen jaren indruk op u hebben gemaakt, weet u wie de scenarist was? Daar komt binnenkort echter verandering in, want het filmfestival van Oostende vroeg dit jaar aan Bart De Pauw om zijn ‘master selection’ samen te stellen: de tien films waarvan hij vindt dat iedereen ze gezien moet hebben. Zijn lijstje bevat bekende films als The Usual Suspects, Memento, Lola rennt en Reservoir Dogs, maar ook obscuurdere parels als Hard Candy, waarin een pedofiel door een potentieel slachtoffer wordt belaagd, en The Machinist, een psychologische thriller over een man die aan slapeloosheid lijdt en moeite heeft om werkelijkheid van hallucinatie te onderscheiden. Eén ding hebben de films gemeen: het zijn allemaal titels met een slim, verrassend scenario, vol intrigerende wendingen en een onverwacht einde. Een ode aan de scenarist dus, de onbekende soldaat van de filmindustrie.

Was het moeilijk om de lijst samen te stellen?

Bart De Pauw: Je tien lievelingsfilms uitkiezen, is toch geen sinecure. Ik heb heus wel meer films gezien die ik fantastisch vond. (Lacht) Daarom dacht ik: uiteindelijk ben ik een scenarioschrijver, laat ik me maar beperken tot films met wat aparte scenario’s en een verrassend uitgangspunt, die spelen met wat er echt gebeurt en wat niet. Dat zit tenslotte ook in de dingen die ik voor film en televisie doe: de droomsequenties in Buiten De Zone, de twists in De Mol, de onduidelijkheid in Het Geslacht De Pauw over wat waar is en wat niet, de verwarring in Loft… En geloof me: ook dan was de keuze moeilijk genoeg.

Van welke titel wist je meteen: die moet er zeker in?

De Pauw:The Usual Suspects. Dat is een film die mij echt bij mijn pietje gepakt heeft. Het is een scenario met een sterke constructie, waaraan heel veel denkwerk moet zijn voorafgegaan, en als kijker zit je tijdens de film de hele tijd te denken: What the fuck is going on? Dat gevoel wilde ik zelf met Loft ook op het publiek overbrengen. Ik had gemakkelijk twintig titels kunnen geven: Se7en bijvoorbeeld, die had er eigenlijk ook bij kunnen staan. Maar ik wilde naast films als The Usual Suspects of Memento, die de meeste mensen wel zullen kennen, ook titels die aan de aandacht van het grote publiek zijn ontsnapt. Hard Candy, 13 Tzameti of The Machinist zijn geweldige films, maar niemand kent ze. Deze selectie is dus de gelegenheid om te zeggen: als je The Usual Suspects of Memento goed vond, ga dan ook eens naar die andere prenten kijken.

De meeste scenaristen zijn nobele onbekenden: vraag aan 100 mensen wie ‘The Usual Suspects’ of ‘The Machinist’ heeft geschreven en 99 zullen het antwoord schuldig blijven. Wordt scenarioschrijven onderschat?

De Pauw: In Hollywood geldt de regel dat je voor een goede film drie dingen nodig hebt: een goed scenario, een goed scenario en een goed scenario. Ik geloof dus niet dat scenarioschrijven onderschat wordt, zeker niet in het vak zelf. Maar voor de roem hoef je het niet te doen: onbekendheid is het droeve lot van een scenarist. Met Loft stond ik mee op de affiche, maar dat was in de eerste plaats omdat ik al een BV was en je een film beter kunt promoten met twee BV’s op de affiche dan met één. Dat had ook tegen ons kunnen uitdraaien, want de messen waren al gewet. Als Loft was tegengevallen, dan hadden we er dubbel en dik gelegen. Maar inderdaad, er zijn maar een paar bekende scenarioschrijvers, en dat zijn dan vooral diegenen die ook hun eigen scripts regisseren.

Zoals Quentin Tarantino, die twee keer in je lijst voorkomt: met zijn debuutfilm ‘Reservoir Dogs’ en met ‘True Romance’, een film van Tony Scott waarvoor hij het scenario schreef.

De Pauw: Ik vind Tarantino een heel slimme scenarist. Kijk naar Reservoir Dogs: in elke film heb je een moment waarop de levens van de personages ingrijpend veranderen en het verhaal in gang wordt gezet. Een ‘inciting incident’ om het in het vakjargon te zeggen. En wat doet Tarantino: hij knipt dat moment – de mislukte bankoverval bij het begin – in twee en gaat daarna zowel voor- als achteruit in de tijd. Je ziet hoe het verder gaat na die overval en je ziet hoe de groep gangsters voordien geïnfiltreerd wordt door een undercoveragent. Dat is geniaal. En True Romance is natuurlijk een voorbeeld van Tarantino’s geweldige dialogen.

In een interview beklaagde Tarantino er zich ooit over dat scenario’s schrijven in tegenstelling tot filmen zelf een erg eenzame bezigheid is. Herken je dat?

De Pauw: Absoluut, het is een heel eenzame stiel. Schrijven vergt ook een ijzeren discipline omdat je vaker geconfronteerd wordt met je gebrek aan talent dan met je talent zelf. Het is heus niet zoals bij Mozart in Amadeus dat de pagina’s eruit vloeien. Soms kun je op een golf zitten, maar meestal is het prutsen en rommelen en constant dingen in vraag stellen. Het kan gebeuren dat je een volledige scène schrijft, en daar twee dagen op aan het sjieken bent, en dan uiteindelijk alles in de vuilnisbak gooit. Voor elke bladzijde van Loft die overgebleven is, zijn er, denk ik, tien weggegooid. Neen, schrijven is eigenlijk niet leuk. (Lacht)

Rond scenario’s schrijven zijn een hoop boeken te vinden en worden speciale cursussen gegeven. Heb jij ooit lessen gevolgd?

De Pauw: Ja, ik heb, nog voor ik aan Buiten De Zone ben begonnen, de boeken gelezen van Syd Field, de klassieker van het scenarioschrijven. Maar de man die de meeste indruk op mij gemaakt heeft, is Robert McKee, een scenariogoeroe die over de hele wereld cursussen geeft. Zijn lessen waren een openbaring, omdat hij echt kon uitleggen waarom iets werkt en waarom niet. Maar ook omdat hij zei: ‘Ik leer jullie alle klassieke structuren van een scenario, zodat jullie ze daarna allemaal kunnen vergeten.’ Film is geen formule, maar een gevoel. Je kunt je wel in het vak bekwamen en leren om sommige vallen te vermijden, maar je moet in de eerste plaats een goede verteller zijn. Dan kun je zelf aanvoelen wanneer een scenario stokt en waarom. Mensen die lessen geven in scenarioschrijven lijken dikwijls op ornithologen: ze kennen heel veel van vogels, maar ze kunnen zelf niet vliegen.

De meeste films op je lijst zijn vrij recent. Een bewuste keuze?

De Pauw: Ik ben een kind van mijn generatie. Dus als ze me vragen een lijst samen te stellen met films die indruk op mij hebben gemaakt, zullen dat voor een groot deel titels zijn waarmee ik opgegroeid ben. Aan de andere kant merk ik wel dat de jongste jaren films interessanter zijn geworden omdat de scheiding tussen goed en slecht vervaagd is. Vroeger had de ‘good guy’ bij wijze van spreken een wit kostuum aan en de ‘bad guy’ een zwart, terwijl we de laatste decennia opgeschoven zijn naar verhalen waarin de helden ook maar menselijk zijn en fouten maken. Kijk naar een film als Crash, die evengoed in de lijst had kunnen staan, waar alle personages zowel iets goeds als iets slechts doen, of naar een tv-serie als The Sopranos, waarbij je als kijker empathie voelt voor een maffiabaas.

De vreemde eend in de bijt is ’12 Angry Men’, een film uit 1957.

De Pauw: Ja, maar dat is nu een perfect voorbeeld van een film met een ijzersterk scenario. Het uitgangspunt is heel slim: twaalf juryleden komen samen om een oordeel te vellen over een jongeman die ervan beschuldigd wordt zijn vader te hebben vermoord. In het begin lijkt het alsof ze heel snel zullen beslissen dat hij schuldig is, maar dan is er één iemand die twijfelt en de anderen een voor een overtuigt. Wat die film ook zo knap maakt, is dat hij zich bijna volledig in één ruimte afspeelt, de kamer waarin de jury beraadslaagt. Dat huis clos-gevoel zat ook in Loft, en vooraf vroegen we ons af of de film niet te claustrofobisch zou worden als we te veel in de loft bleven. Maar 12 Angry Men was voor mij het bewijs dat zo’n verhaal toch boeiend kan blijven.

Ik heb ook het gevoel dat er in je lijst veel films staan – ‘Memento’, ‘The Usual Suspects’, ‘True Romance’… – die vandaag nauwelijks nog gemaakt worden, zeker in de VS: goede mainstreamcinema die op een sterk verhaal drijft en niet op special effects.

De Pauw: Ja, het is dikwijls pijnlijk om te zien hoe grote blockbusters vandaag veel meer aandacht hebben voor de special effects dan voor het verhaal. Je krijgt het gevoel dat ze in Hollywood de film hebben opgegeven. Men probeert enkel nog om in het openingsweekend zoveel mogelijk mensen naar de zalen te lokken, en wat er daarna gebeurt, is niet meer belangrijk. Tegen dat je tegen iemand anders hebt kunnen zeggen dat de film de moeite niet loont, is hij toch alweer verdwenen. Dat gebrek aan durf in Hollywood is ook de oorzaak dat de Amerikaanse re- make van Loft op de lange baan is geschoven. Alle studio’s vinden het een geweldig verhaal, maar ze vragen zich af hoe ze vijf mannen die scheefpoepen bij het grote publiek verkocht moeten krijgen. Dan zeggen ze letterlijk: ‘Wat als er nu maar twee mannen vreemdgaan, en die andere drie de loft gewoon gebruiken om rustig te werken of om te kaarten?’ Ja zeg, als er een lijk in de loft ligt en jij bent de kaarter van de groep, dan zou je toch wel snel bij de politie staan, nietwaar? Je kunt dat uitgangspunt niet afzwakken, want dan valt het hele verhaal in elkaar. Saskia Noort, de thrillerauteur die de Nederlandse remake geschreven heeft, heeft ook geprobeerd om structureel een aantal dingen te veranderen, maar is daarvan terug-gekomen. De structuur is nu volledig hetzelfde, er zijn alleen een paar aanpassingen gebeurd in dialogen en de omgeving om het wat Nederlandser te maken.

Stel dat er toch een Amerikaanse ‘Loft’ zou worden gemaakt met twee scheefpoepers en drie kaarters, zou je daar wakker van liggen?

De Pauw: Dat is een moeilijke vraag. Aan de ene kant is de Loft zoals ik hem zag al gemaakt, maar ik zou het zeker niet leuk vinden als het verhaal afgezwakt wordt. Maar ik denk niet dat als Erik het zou regisseren, hij het zover zou laten komen. We hebben ook altijd gezegd: dat is het scenario, het is te nemen of te laten. Als ’take the money and run’ onze filosofie was geweest, dan was de remake er al gekomen, hoor.

De Master Selection van Bart De Pauw

Van 4/9 tot 11/9 op het filmfestival van Oostende. Info en speeldata op www.filmfestivaloostende.be

Door STEFAAN WERBROUCK

‘Het is dikwijls pijnlijk om te zien hoe grote blockbusters vandaag veel meer aandacht hebben voor de special effects dan voor het verhaal. Je krijgt het gevoel dat ze in Hollywood de film hebben opgegeven.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content