RUWE BOLSTER, AMPER PIT. Je zou denken dat de eerste de beste fanatiekeling het ongetwijfeld vlammende verhaal van punkmetalgroep Motörhead en haar leider Lemmy te boek kan stellen. Valt dat even tegen.

Joel McIver, Omnibus Press, 240 blz., euro 17

Hoe stond Plato tegenover rock -‘n-roll? Weinig klaarheid in de overgebleven geschriften daaromtrent. Maar wellicht had de oude Griek inzake Motörhead vandaag met ons op dezelfde lijn gezeten. Want is de idee van die groep onderhand niet een stuk levensechter dan de groep zelf? Best, die 36 onafgebroken jaren hebben nogal wat van het betere melodieuze beukwerk opgeleverd, maar evengoed een ophoping van mediocre drab. Toch?

Gek dat dit druksel niet eens moeite doet om je die scherpstelling uit het hoofd te knuppelen. Nu ja, gek: opsteller Joel McIver schopte eerder al de handel en wandel van – een graai slechts – Slipknot, Ice Cube, Erykah Badu, Metallica, Queens Of The Stone Age, Tool en Kings Of Leon in boekvorm. Deze man schrijft biografieën waar je bij staat, met onvolwassen dweepzucht bovendien: Motörhead vat nooit zomaar een concertenreeks aan, neen, de groep ‘walst door Europa’ op ‘radbrakende’ trips uitgetekend door ‘epische’ toerschema’s. De penvoerder die zijn onderwerp een heroïsche cape wil aanmeten, bedenkt beter stripverhalen.

Waarmee we op de hamvraag stoten: is de binnenkort 66-jarige Ian ‘Lemmy’ Kilmister, de gruizige zanger/bassist waarmee Motörhead terecht wordt vereenzelvigd, inderdaad weinig meer dan een whisky zwelgende, speed snuivende, in het rond rampetampende en de leerindustrie ondersteunende rockkarikatuur? Of schuilt er – in scherp contrast met het verrassend onspectaculaire Motörheadverhaal dat McIver hier buitenhangt – een untold story in Lemmy zelf, maar was de auteur te lui om het naar boven te spitten?

Het tweede, natuurlijk. Overkill is geen biografie, maar een knipselmap. Eén die uitpuilt van Lemmy’s ongezouten inschattingen van drank, drugs en vrouwen (uiteraard), maar evengoed van reflecties aangaande UFO’s, viagragebruik (‘En wat dan nog?!’), militaire uniformen door de eeuwen heen (‘De verliezers waren altijd het best gekleed’), het Engelse weer en de Amerikaanse buitenlandpolitiek. De jongste tweeduizend jaar beschaving in het algemeen, eigenlijk.

Dus wat met de bonkige rocker aan wie zowaar een traan ontsnapte toen hij uit zijn vorige groep Hawkwind werd geflikkerd? Die na de overdosis van de enige vrouw die hij ooit echt zou hebben liefgehad een persoonlijke kruistocht tegen heroïne aanvatte? Wiens vader hem als pasgeborene in de steek liet, en die zelf ook nageslacht heeft rondlopen waarmee de relatie niet bepaald aan de definitie van ‘huiselijk’ voldoet? Dié Kilmister zou wel degelijk bestaan, en in Los Angeles wonen. Ver, heel ver van hier.

KURT BLONDEEL

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content