‘Ja, ik besef dat een voet stelen raar is. Maar in een huis leven waar je een voet kúnt stelen, dat is pas raar.’ Welkom bij de Fishers, de grillige familie die centraal staat in ‘Six Feet Under’, een messcherpe soapserie over dood, verlies en begrafenisondernemers. Maar ook over liefde en humor.

Dat in Six Feet Under iedere week wat mensen het bijltje erbij neerleggen, dat is niet echt een verrassing; wat verwacht je anders van een reeks over begrafenisondernemers? Maar dat betekent niet dat het allemaal doem en treurigheid is wat de klok slaat. Zo krijgt ene Harold Mossback in de serie een hartaanval op de bus. Jammer genoeg reed de bus op dat moment in Seattle terwijl Mossback in Los Angeles woonde. Hoe krijgt zijn familie hem terug thuis? ‘We kunnen ervoor zorgen dat zijn lichaam met het vliegtuig overgebracht wordt’, verzekert David Fisher, een van de twee broers aan het hoofd van Fisher & Sons, de begrafenisonderneming in Six Feet Under. De Mossback-kinderen kijken onthutst: maar pappie houdt helemaal niet van vliegen! Gelukkig is David wel wat gewoon, tenslotte is dit een man die ooit een begrafenis verzorgde voor een pornoster die door haar kat was geëlektrocuteerd in haar bad. Hij is dan ook vastbesloten om geen betalende klant te verliezen omdat de overledene blijkbaar luchtziek wordt. ‘We kunnen overeenkomen dat hij met de trein of als vracht verzonden wordt’, zegt hij gladjes. Waarop de zoon: ‘Zoals FedEx?’ Het mag duidelijk zijn: er worden in Six Feet Under ongelooflijke dingen gedaan met levenloze lichamen. Maar de grootste prestatie blijft wel hoe producent HBO rond een onderwerp als de dood een van de knapste, grappigste en meest diepzinnige televisieseries van de laatste jaren maakte. En er ook succes mee oogst. In de VS sloeg Six Feet Under bij zijn debuut op de betaalzender direct aan en de reeks werd er zelfs een grotere hit dan The Sopranos. Ook bij de awarduitreikingen viel de serie in de prijzen, zodat de makers nu met een rits Emmy’s en Golden Globes in de kast staan.

Op papier lijkt ‘ Six Feet Under’ nochtans een kansloze gok. Een drama over een disfunctionele familie begrafenisondernemers – wat kan er meer deprimerend zijn dan dat? Maar terwijl de dood beslist het startpunt is – zo begint iedere aflevering met een sterfgeval -, gaat de show in de eerste plaats over het leven van alledag, zij het in ongewone omstandigheden. Claire, de onhandelbare tienerdochter van Fisher, rijdt naar school in een kotsgroene lijkwagen. De gespannen David bekent langzamerhand kleur – hij is homo. Zijn oudere broer Nate is doodsbang om zich te hechten aan zijn familie, de zaak en zijn geflipte vriendin, om nog maar te zwijgen over zijn obsessie voor zijn gezondheid. Ruth, de vrouw des huizes, is niet goed snik en verwerkt de dood van haar man door zich in allerlei bevrijdende ervaringen te werpen, waaronder een affaire met haar baas, een Russische bloemist. En alsof dat nog niet genoeg is, komt Nathaniel Fisher Sr., die het loodje legt in de pilootaflevering na onzacht in aanraking te zijn gekomen met een bus, terug tot leven om de Fishers te tergen op het moment dat ze denken dat hun leven weer op een recht spoor zit. ‘Iemand heeft het treffend omschreven als de ultieme soap voor freaks,’ zegt scenarist en bedenker Alan Ball, ‘als Knots Landing in een funerarium.’ Maar als Six Feet Under gewoon een soap was, dan zou de reeks enkel maar verslavend zijn. Nu is ze op haar beste momenten ook diepzinnig en ontroerend. Ball geeft de tv-reeks dezelfde typische sfeer mee als American Beauty, de film die hem een oscar voor beste scenario opleverde. Six Feet Under is satirisch, filosofisch en verontrustend, en vaak alle drie tegelijk. Zo verward als de Fishers zijn, zo volhardend streven ze ernaar zichzelf terug te vinden en hun plaats in de wereld te kennen, een wereld die moeilijk genoeg is voor mensen die hun dagen niet slijten in een universum waar formaldehyde een belangrijke rol speelt. Er bestaat geen enkel tv-programma dat zoveel existentiële vragen oproept en toch onderhoudend blijft. Six Feet Under is Tsjechov en Beckett in één, verteld in de beste Hollywoodtraditie. ‘Alan is erin geslaagd de donkerste, bitterste en meest complexe ingrediënten te vermengen en er een maaltijd van te maken die de mensen lusten’, zegt Rachel Griffiths, Brenda in de serie – de vriendin van Nate.

Want geloof het of niet, ‘ Six Feet Under’ is eigenlijk om je kapot te lachen. Zo is er een aflevering waarin een weduwe paranormaal begaafd is, wat erop neerkomt dat ze een doodskist uitkiest in overleg met haar overleden echtgenoot. ‘Michael houdt wel van deze’, vertelt ze de Fishers. ‘Maar ik denk dat hij gewoon doet wat zijn moeder zegt. Typisch hem.’ Er zit ook een hoop humor in de sterfscènes aan het begin van iedere aflevering. Bij sommige verhalen breekt je hart – zoals één over wiegendood -, maar vaak zijn de verhaallijnen hilarisch en verrassend: dood door een golfbal, een deegmixer of een braadpan (bediend door een vrouw die haar saaie echtgenoot beu is). ‘Ik haat dat eigenmachtige onderscheid tussen komedie en drama’, zegt Ball. ‘Mijn leven is een mengelmoes van beide, en ik kan me best vinden in entertainment dat de twee verenigt. Ik ben ervan overtuigd dat humor een belangrijk element is om te overleven.’ De fatale openingsscènes zijn evenwel meer dan een handige kunstgreep van de makers. Ze helpen ons letterlijk te lachen in het aanschijn van de dood, zoals de Fishers dat hebben geleerd. En zodra we met hen mee lachen, kunnen we empathie opbrengen voor de personages en hun besognes. Dat moet zowat de grootste verwezenlijking zijn van Six Feet Under. Als je enkele afleveringen hebt gevolgd, begint de grimmige omgeving te vervagen en zie je alledaagse mensen in plaats van begrafenisondernemers. Wie heeft géén moeder die alle touwtjes stevig in handen houdt? Welk kind is niet beschaamd om met de familiewagen te moeten rijden? Heeft elke familie niet één homoseksuele verwant?

Het genie van Six Feet Under zit hem dan ook niet in de coole voorstelling van de dood, maar in het feit dat we ons kunnen vereenzelvigen met de Fishers – hun rottige relaties, de stress van een eigen zaak, hun angst voor de dood – alsof er niets eigenaardigs is aan hen. En ze zijn ook niet eigenaardig, althans dat vindt Rachel Griffiths. ‘Weet je, in heel Amerika zijn er van die kleine familiebedrijfjes die rare dingen doen – condooms inpakken, gehaktballen maken die naar Frankrijk gestuurd worden om er een delicatesse van te laten maken, enzovoort. Daarbij: iedere kleine gemeenschap heeft een mortuarium. Begrafenisondernemers zijn gewoner dan al die hoogdravende advocaten die voortdurend op televisie komen.’ Ball geeft toe dat de meeste personages afspiegelingen zijn van zijn eigen cynische zelf. Hijzelf lijkt het meest op David, de ondernemer die al jaren goede dingen wil doen alsof dat voor zelfloutering zou zorgen. Daarnaast is Ball ook openlijk homoseksueel. Ieder personage in de serie reflecteert voor een stuk de man achter Six Feet Under, maar in feite schemert Balls zus door de hele serie: hij was dertien jaar oud toen ze achter het stuur zat en een auto-ongeluk kreeg. Hij was oké, zijn zus was op slag dood. ‘Ik bekijk mijn leven nog steeds als voor/achter’, zegt Ball, nu 44 jaar oud. ‘In één klap verloor ik de persoon met wie ik me het meest verbonden voelde. Dat is het dilemma bij de meeste personages ook: ze zijn zich bewust van verlies, maar tezelfdertijd moeten ze het risico wagen. Je moet vurig houden van anderen, zelfs in de wetenschap dat alles tijdelijk is. Zoals Brenda het stelt: de enige zekerheid die je hebt, is dat alles verandert.’

Met ‘ Six Feet Under’ drijft Ball ook andere demonen uit. Hoewel hij vooral bekend is van American beauty begon hij zijn carrière als scenarist van sitcoms. Hij werd als vrijwel onbekende tekstschrijver in New York ontdekt door de producers van Grace Under Fire. Nadat hij drie jaar voor de reeks Cybill had geschreven , kreeg hij daarna zijn eigen sitcom, Oh grow up, (enkele maanden geleden ook bij ons te zien op Kanaal Twee) die door de recensenten met de grond werd gelijkgemaakt. Maar gelukkig voor Ball kwam toen op hetzelfde moment ook American Beauty in de zalen. ‘Die film is mijn redding geweest’, zegt hij. ‘Het is geen toeval dat American Beauty gaat over een schrijver die zijn passie is kwijtgeraakt. Ik was praktisch een bandwerker geworden. Ik had geen enkele emotionele band meer met mijn werk.’ Ironisch genoeg vond HBO het script dat Ball instuurde voor een pilootaflevering van Six Feet Under ’te braaf, gemaakt en voorspelbaar. Het is niet rommelig genoeg.’ Niet zo verrassend als je bedenkt dat diezelfde mensen David Chase de vrijheid gaven om The Sopranos te ontwikkelen. ‘Als je voor de grote zenders schrijft, dan werk je volgens een formule’, zegt Ball. ‘Je begint gewoon te schrijven wat zij willen lezen. Maar na die eerste reactie bij HBO realiseerde ik me dat je niet alles hoeft uit te leggen aan de kijker. Het publiek wil niet voortdurend de pap in de mond krijgen. Televisie mag af en toe wat raar en verontrustend zijn.’ En Ball heeft een snaar geraakt, want naast de meer dan vijf miljoen Amerikanen die wekelijks naar de serie kijken, krijgt hij ook schouderklopjes van een ander belangrijk segment – de begrafenisondernemers zelf. Daarenboven deed HBO zelf iets heel ongebruikelijks met Six Feet Under: nog voor de pilootaflevering op het scherm was gekomen, werd het licht al op groen gezet voor het tweede seizoen, dat ondertussen al in de VS te zien is geweest. Ball heeft al een derde seizoen geschreven, maar tegelijk staat hij te trappelen om weer filmscenario’s te schrijven. Is het mogelijk dat één van de Fishers – of iemand uit die grote familie – op een dag zelf zijn of haar Schepper ontmoet? ‘Iedereen kan sterven, op elk moment. In de serie gebeurt niets anders’, zegt Ball, maar hij ziet het funerarium nog niet dadelijk de boeken sluiten. ‘Dit is de leukste job die ik ooit heb gehad’, zegt hij, ‘Ik heb zelfs nog niet eens gedacht aan een einde. Ik vind de serie nog steeds springlevend.’ Om nog maar te zwijgen over de dood.

© Newsweek. Vertaling Gunter Van Assche

Door Marc Peyser

Er bestaat geen enkel tv-programma dat zoveel existentiële vragen oproept en toch onderhoudend blijft. ‘Six Feet Under’ is Tsjechov en Beckett in één, verteld in de beste Hollywoodtraditie.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content