En de ere-Oscar gaat naar…. Jerry Lewis.Of hoe de verguisde King of Comedy op zijn 82e alsnog door de Academy wordt gehonoreerd.

Door Dave Mestdach

The Nutty Professor, The Bellboy, The Ladies Man… het zijn niet meteen films die in het Hollywoodpantheon algauw naast Citizen Kane zullen worden gezet. En toch wordt de maker en hoofdrolspeler van deze en andere prenten – kolderkoning Jerry Lewis – straks door de Academy in de bloemetjes gezet. Hij zal op 22 februari immers de Jean Hersholt Humanitarian Award in ontvangst mogen nemen.

Het zijn echter niet zijn populaire, maar vooral in Amerika lang verguisde slapstickfarces die de inmiddels 82-jarige komiek alsnog een gouden beeldje opleveren. Hij wordt wél gelauwerd om zijn filantropie en zijn engagement in de strijd tegen spierziektes, alsook de telethons die hij sinds 1966 elke Labor Day organiseert en inmiddels al dik 2 miljard dollar voor het goede doel in het laatje brachten. ‘Jerry is een legendarische komiek die niet alleen miljoenen mensen over de hele wereld aan het lachen heeft gebracht’, aldus Sid Ganis, voorzitter van de Academy of Motion Picture Arts and Sciences. ‘Hij heeft ook duizenden mensen met spierziektes geholpen door fondsen te werven en hun problemen onder de aandacht te brengen.’

Compensatie of niet, wie begin jaren 60 had durven te voorspellen dat deze bekkentrekker ooit nog als laureaat de Oscarbuhne zou mogen betreden, werd allicht even ‘nutty’ verklaard als de spastische professor uit Lewis’ bekendste hit uit 1963 – waarvan in 1996 nog een remake met Eddy Murphy werd gemaakt. Nochtans is de rehabilitatie van de in Newark als Joseph Levitch geboren Lewis – die van 1946 tot 1956 samen met Dean Martin een succesvol comedyduo vormde – ondertussen al een poosje aan de gang. De Franse critici van het gerenommeerde filmtijdschrift Les Cahiers du Cinéma waren in 1968 alvast de eersten om ‘ Le Roi du Crazy‘, die zijn films vaak zelf schreef, regisseerde en produceerde, ook als ‘auteur’ te beschouwen.

In hun Lewisspecial prezen ze toen vooral zijn totale controle over zijn films, met uitgekiende camerabewegingen, kleurencomposities en productionele innovaties. Zo was Lewis – die in 2006 als ‘Frankrijks favoriete clown’ in het Légion d’Honneur werd opgenomen – bijvoorbeeld de eerste om op de set videomonitors te bezigen om meteen de resultaten van de opnames te kunnen zien. Die techniek ontwikkelde hij in 1960 tijdens het draaien van zijn regiedebuut The Bellboy en zou later binnen de industrie standaard worden. Bovendien begon Lewis in 1968 ook regieles te geven aan de University of Southern California, waar hij onder meer George Lucas en Steven Spielberg als studenten had.

Geen wonder dat Lewis’ eigen werk ernstiger werd. Zo draaide hij in 1972 met The Day the Clown Cried zelfs een Holocaustdrama – al werd die film nooit uitgebracht. Ook vóór de camera toonde hij zich na zijn retraite als regisseur in de seventies vooral van zijn dramatische kant. In The King of Comedy uit 1983 van Martin Scorsese speelt hij bijvoorbeeld een presentator van een latenightshow die door enkele obsessieve fans – beiden would-bekomieken – wordt gegijzeld.

Méér dan zomaar een slapstickclown dus, die Lewis.De man is ook een geëngageerde medemens, innoverende filmmaker en cultheld in Frankrijk én nu ook ver daarbuiten.Jerry Lewis in zijnbekendste hit uit 1963,’THE NUTTY PROFESSOR’.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content