Op het scherm staat een Mayakrijger uit de vijftiende eeuw wezenloos te sterven. Fonteintjes bloed spuiten uit zijn schedel. Zijn kompaan loopt in een val en wordt gruwelijk gespietst. Een horrorfilm? Niks van: de geschiedenis zoals ze was, of toch volgens Mel Gibson.

Hoe is het gesteld met de geestelijke gezondheid van Mel Gibson? Dat vraagt menige Hollywoodwatcher zich al een tijdje af. Tot voor een jaar of vijf prijkte de charmante acteur en filmmaker met de helblauwe ogen nochtans hoog op de lijst van ‘meest sexy mannen op aarde’ en maakte zijn gevarieerde en succesvolle repertoire – van komedie tot harde actie, samen goed voor een miljardenomzet – hem ook uiterst kredietwaardig. Maar toen liep hij nog niet te koop met zijn opinies, zodat het vooral ging over zijn lekkere kontje. Dat hij dat kontje graag zou afvegen met het Tweede Vaticaans Concilie, konden alleen intimi bevroeden.

Vandaag twijfelen nog weinig mensen eraan dat Mel Gibson ze niet alle vijf op een rij heeft, getuige zijn nieuwe bijnaam: Mad Mel. Met dank aan Gibsons sadistische bijbelfilm The Passion of the Christ, een politiek incorrecte stellingname op zijn tijd en dat akkefietje langs de Pacific Coast Highway.

Het was juli jongstleden en Gibson had weer eens te veel tequila achter de kiezen. Hij had ook haast. Althans, hij reed twee keer zo snel als nabij Malibu is toegestaan. L.A. County-hulpsheriff James Mee hield Gibson staande, waarop die compleet door het lint ging. ‘Mijn leven is fucked! ‘ krijste de acteur terwijl hij wankel de benen trachtte te nemen. ‘You motherfucker!’ riep Gibson toen hij vervolgens in de boeien werd geslagen en de patrouillewagen in gewerkt. ‘Ik maak je kapot!’ – er weinig subtiel aan toevoegend dat hij Malibu in zijn zak had en dat Mee zijn carrière wel kon vergeten. Waarop hij er een nog een schepje bovenop deed door er de Joden bij te sleuren. ‘Fucking Joden! De Joden zijn verantwoordelijk voor alle oorlogen in de wereld! Ben jij soms een Jood?’

Mels meltdown

Na een nachtje te zijn afgekoeld en ontnuchterd in de detox mocht Gibson het slagveld overzien. Vragen die The Passion of the Christ hadden opgeroepen, waren plots pregnanter dan ooit. Is Gibson een godsdienstwaanzinnige? (Ja.) Een antisemiet? (Lijdt weinig twijfel.) Een agressief, ongeleid projectiel? (Yep.)

De timing was zacht gezegd ongelukkig. Gibsons nieuwe film, Apocalypto, stond op het punt voltooid te worden. Een moeilijk project, dat het vooral zou moeten hebben van Gibsons naam en reputatie als gedurfd filmer. Apocalypto speelt in de nadagen van een grote Mayabeschaving in de 15de eeuw. De held van het verhaal, Jaguar Paw, ziet hoe zijn manier van leven bedreigd wordt, wanneer zijn dorp wordt overvallen door de kolonisator, en hij met anderen wordt meegesleept naar de grote stad. ‘Een gevaarlijke reis,’ aldus de makers, ‘naar een wereld beheerst door angst en onderdrukking, waar hem een gruwelijk einde wacht.’

Sinds Mels meltdown is Apocalypto meerdere malen uitgesteld. Officieel dankzij stormen in Mexico, waar een groot deel van de opnamen plaatsvonden. Maar waarschijnlijker is dat distributeur Disney wilde wachten tot de orkaan Mel een beetje was geluwd. Al was het maar omdat de film zelf speculaties over Gibsons mentale stabiliteit zou kunnen voeden. Want wie maakt er nu een actiefilm over een verdwijnende Mayabeschaving, zonder grote namen, en volledig gesproken in een vergeten dialect uit Yucatan? Iemand met een grootse visie, of met een schroefje los.

In tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt, werd Mel Columcille Gerard Gibson (50) niet in Australië geboren, maar in Peekskill, New York, waar zijn vader aan de spoorweg werkte. Het zou nog twaalf jaar duren voor het gezin de wijk nam richting Down Under, dat indertijd aantrekkingskracht uitoefende op ultraorthodoxe christenen. Gibson groeide er op als de middelste van elf kinderen, onder de strikte discipline van een religieuze zeloot. Echtscheiding was des duivels, abortus ook. Evolutie? Complete nonsens.

Katholieker dan de paus

Geld en succes hebben dat ideeëngoed bij zoon Mel amper gemilderd. Samen met vrouw Robyn, een Australische tandartsassistente, en hun zeven kinderen leidt Gibson in Malibu een afgeschermd bestaan, in het teken van God. Gibson is een ultraconservatieve katholiek wiens geloofsgroep – de Heilige Familie – het Tweede Vaticaanse Concilie van 1962 niet erkent. Dagelijks volgt hij een mis in het Latijn, en overal is de schaduw van zijn vader. Hutton Gibson schreef boeken over theologische vraagstukken, waarin hij onder meer de legitimiteit van de paus in twijfel trok. Hij noemde het Tweede Vaticaans Concilie ‘een complot van vrijmetselaars, ondersteund door de Joden’, en de Holocaust een verzinsel. Een standpunt waar zijn zoon desgevraagd publiekelijk afstand van nam – al lijkt dat statement inmiddels op koele berekening.

Als acteur brak Gibson door in de filmreeks rond Mad Max, een in leer gehulde agent in een postapocalyptische toekomst. Het werd zijn springplank naar Hollywood. Daar toonde hij aan niet alleen over star power te beschikken, maar ook écht te kunnen acteren. In de Lethal Weapon-films combineerde hij actie en humor als de geschifte en explosieve Martin Riggs. Hij draafde op in blockbusters als The Patriot, Signs en We Were Soldiers. En zijn bedachtzame kant kwam naar voren in Hamlet, een film die mede door Gibsons passie tot stand kwam. Als acteur én regisseur schitterde hij in The Man Without A Face en Braveheart. Die laatste film, over de Schotse opstandeling William Wallace, bracht hem lof en Oscars.

En toen was daar The Passion of the Christ.

Weinig films hebben ooit heftigere emoties opgeroepen dan Gibsons passiespel. Hij stak 25 miljoen dollar van zijn eigen geld in het project en beweert de film gemaakt te hebben in samenwerking met de Heilige Geest. Hij baseerde zich op de evangelies van Mattheüs, Marcus, Lucas en Johannes, maar werd ook geïnspireerd door de visioenen van twee nonnen: Maria van Agreda (1602-1665) en Anne Catherine Emmerich (1774-1824). Mystieke dames die de Joden expliciet de dood van Jezus verweten; een notie waarvan de Rooms-Katholieke kerk juist in het Tweede Vaticaans Concilie afstand nam. The Passion moest een compromisloze film worden, en dat werd het. De enige toegeving die Gibson met tegenzin deed, was ondertiteling bij het Aramees, Hebreeuws en Latijn.

Passiespel zonder compassie

Het verhaal is genoegzaam bekend: het is de 1e eeuw, in een Romeinse provincie onder Pontius Pilatus. Daar volgen we in zongebrande beeldenpracht de laatste twaalf uur in het leven van Jezus van Nazareth, een Galileeër die het van timmerman heeft geschopt tot Joodse heler en leraar. Hij beweert de zoon van God te zijn, en heeft in de aanloop naar het fatale etmaal veelvuldig de aandacht getrokken. Tot onvrede van de Joodse Hogepriester Kajafas, wiens gespierde helpers dankzij Judas Iskariot in de Hof van Gethsemane Jezus in de boeien slaan. Het is het begin van een intense lijdensweg, waarbij foltering en kruisiging Jezus’ lot zullen zijn.

Het is vooral The Passion die deed twijfelen aan Gibsons gezond verstand. In Europa waren passiespelen lang de katalysator van pogroms. En ook dit passiespel (van het Latijnse passus: ‘ondergaan’ of ‘lijden’) liet ruimte voor antisemitische interpretaties. Door selectie en overdrijving vergrootte Gibson de bloedschuld van de Joden en minimaliseerde hij die van Pontius Pilatus. Gibsons Pilatus is een brave twijfelaar, die door de farizeeërs wordt bespeeld. De echte Pilatus misbruikte zonder wroeging de macht van Rome. Hij legde beslag op Tempelfondsen als hij een aquaduct wilde bouwen en sloeg ooit zó hardhandig een bijeenkomst rond een obscure profeet uiteen dat hij werd teruggeroepen naar Rome. Een oproerkraaier meer of minder afslachten: hij zou er geen traan om gelaten hebben.

Erger dan die verdraaiingen – waar ook de Bijbel zich schuldig aan maakt – was echter het onsmakelijke geweld. Jezus wordt door zijn Romeinse folteraars zó tot moes geslagen dat hij er het grootste deel van de film bijloopt als steak tartare. Met ketchup. Een religieuze slashermovie, waarin zwepen met stalen tanden lappen vlees van Jezus’ lijf scheuren, en de Romeinse soldaten hem zijn doornenkroon diep in de schedel drukken. In eindeloze scènes strompelt en struikelt de verminkte Jezus Golgotha op, geregeld bezwijkend onder het gewicht van zijn kruis. Bij de kruisiging zien we in close-up de spijkers door zijn handen gehengst worden, terwijl bloed in slowmotion uit de palmen spuit. Om zijn armen voldoende spanwijdte te geven, wordt een arm uit de kom getrokken. Om zeker te zijn dat hij daadwerkelijk dood is, steekt een Romein zijn lans in de torso, waarna bloed en lijkvocht als regen door het beeld waaien.

Mel de masochist

The Passion plaatste het oeuvre van Gibson in een nieuw licht. Plots viel op dat de acteur zich al een carrière lang op film laat martelen en pijnigen. In de Lethal Weapon-reeks wordt hij hangend aan ketenen gefolterd of rukt hij zijn eigen arm uit de kom om te ontsnappen aan verdrinking. In Braveheart wordt hij door de Engelsen gemarteld tot hij onder het uitroepen van ‘freedom’ aan stukken wordt gerukt. Gibson heeft van christelijke zelfhaat, masochisme en pornografische fascinatie voor geweld zijn leidmotief gemaakt. En hij identificeert zich verdacht vaak met de martelaar.

In Apocalypto viert hij andermaal zijn fascinatie voor sadisme, bloed en geweld bot. Zonder spoor van ironie, mikkend op het grootste realisme. De vader van Jaguar Paw wordt de keel doorgesneden, mensen worden geofferd, harten worden uit lichamen gerukt. Een panter bespringt een van Jaguar Paws achtervolgers en scheurt diens hoofd aan flarden. Een ander breekt zijn schedel op keien in de rivier, na een sprong van een waterval. Het maakt elke poging tot vereenzelviging met de hoofdfiguur onmogelijk. Jammer, want Apocalypto is in veel opzichten een veel betere film dan The Passion. Qua structuur, qua spanningsopbouw, maar vooral qua (sublieme) aankleding. Zelden zal een andere cultuur, een andere tijd, zo ambitieus en geslaagd zijn opgeroepen als in deze film. Gibson had een potentieel meesterwerk in handen. Als hij maar niet zo graag zijn plaatjes rood had gekleurd.

Bij Gibson gaan agressie en geweld verder dan de film. Ook in het dagelijks leven verliest hij zich wel eens in razernij. Zoals Lethal Weapon-regisseur Richard Donner ooit zei: ‘Er ligt veel woede en vijandigheid onder Mels oppervlak.’ Dat ondervond filmcriticus Frank Rich toen hij de motieven achter Gibsons Passion in twijfel had getrokken. Gibson: ‘Ik wil hem vermoorden! Ik wil zijn ingewanden op een staak! Ik wil dat zijn hond sterft!’ En uiteraard was er het Incident langs de Pacific Coast Highway. Toch had het toen weinig gescheeld, of de drunk driver was er mee weggekomen. Een opgeschoonde versie van het politierapport werd in elkaar geschroefd en ingediend. Waarom iemands carrière torpederen na één dronken autorit? Bovendien, zo argumenteerde de politiechef, was de ‘situatie in het Midden-Oosten nu veel te explosief.’ Mee’s oorspronkelijke rapport werd niet vernietigd, maar verstopt in de kluis. Twee dagen later had het echter al de weg gevonden naar het internet.

Sindsdien probeert Gibson uit alle macht de schade te beperken. Eerst met openlijke excuses en de bekentenis dat hij leed aan de ‘vreselijke ziekte alcoholisme’. In zijn tweede verklaring zei hij dat er geen excuus was voor zijn opmerkingen. Of hij een antisemiet was of niet, was iets tussen hem en zijn geweten, maar hij was wel ‘volop aan het ontdekken waar die vreselijke woorden vandaan kwamen.’ Daarna vroeg hij vergeving en hulp van Joden bij zijn herstel. ‘Gewiekste pr’, vatte The New York Times het treffend samen.

Hoe zwaar de ophef over Mad Mel zijn Apocalypto schaden, valt af te wachten. Hoe je het ook draait of keert, is het Gibson gelukt een film onder de aandacht te brengen die onverkoopbaar leek. Nu mag hij bidden dat niet alleen zijn volgelingen die ook gaan bekijken, want financieel loopt Gibson andermaal het grootste risico. Het budget van 50 miljoen dollar komt uit de kas van zijn eigen productiemaatschappij Icon. Mocht hij, net als met The Passion, opnieuw dik in de zwarte cijfers komen, dan kan hij aan zijn volgende Mad Movie gaan denken.

‘APOCALYPTO’

Gibsons nieuwste zou op 17/1 in de Vlaamse zalen komen, maar door een dispuut tussen distributeurs Paradiso en A-Film over de rechten wordt de release waarschijnlijk uitgesteld.

Door Auke Hulst

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content