Rudy Tambuyser
Rudy Tambuyser Muziekjournalist

‘Naar een opname luisteren is zoals ontucht plegen bij een foto van Marlène Dietrich’, aldus de grote dirigent Sergiu Celibidache. Platen zijn een plezier, maar ook een plaag. Voor je het beseft, kom je je deur niet meer uit. Deze klassieke platen moeten u binnen de twee weken in de zaal krijgen.

BEETHOVEN/LISZT, SYMFONIEËN 1 & 7 (ARR. VOOR PIANO)****

Yury Martynov

ZigZag Territoires

Vroeg u me hier en nu waarom u zich voor pianoversies van symfonieën zou moeten interesseren, zag ik allicht van het voltooien van dit stukje af. Wie geluidsdragers kent, heeft inderdaad geen orkestreducties nodig. We knippen geen silhouet meer en laten geen portret meer borstelen – we nemen een foto of zetten het op een facetimen, toch? Allemaal waar. Alleen zijn Liszts arrangementen van Beethovens symfonieën heel goed. En heb ik ze nog nooit met meer toewijding, verstand én kennis van het orkestrale origineel horen spelen dan Martynov op deze Erard-vleugel uit 1837. En hoe je het ook wendt of keert: dat de piano uiteraard het kleurenveelvoud van het orkest ontbeert, maakt hij deels goed doordat de muzikale informatie door één musicus wordt beheerd, en dus logischer en consistenter wordt meegedeeld dan een honderdkoppige groep – allez, een vijftigkoppige, voor de historisch geïnformeerde scherpslijpers onder u – ooit zou kunnen. Zonder overdrijven: alleen al Martynovs lezing van het trage deel van de Zevende symfonie is de aanschaf van deze plaat waard.

GUILLAUME COSTELEY, MIGNONNE ALLONS VOIR SI LA ROSE***

Ludus Modalis

Ramée

Het zou niet mogen, maar dat het epoque-ensemble op deze plaat Ludus Modalis heet, heeft me dat extra zetje gegeven om ze op te leggen. Een renaissancegroep met als naam een anachronistische woordspeling op Ludus Tonalis, het schitterende opus van 20e-eeuwer Paul Hindemith? Daar kan alleen maar betrouwbaar volk achter schuilen. En zie, ik heb me gedwee laten inwijden in de chansons van Guillaume Costeley, een patser die zo’n honderd liederen, enkele geestelijke werken en wat klaviermuziek voor zijn veertigste schreef, het vergaarde prestige in dienst van de Franse koning kon verzilveren en tot zijn dood in 1606 – hij was 76 – kon rentenieren in Normandië. Merkwaardig detail: de muziek is van een erg hoog niveau, en Costeley werd, nochtans haast zijn leven lang op pensioen, door dichters geroemd. Ludus Modalis zingt fantastisch goed: enigszins rauw en vers van de lever, altijd verstaanbaar, en zonder het typische kerkgalmpje dat zelfs verdekt scabreuze liederen als nonnenmuziek doet klinken.

DE KLASSIEKE PLAAT MOZART, KEGELSTATT-TRIO, KLARINETKWINTET

W. Meyer, Quatuor Mosaïques, P. Cohen (Naïve)

HET CONCERT

J. WIDMANN, A. TAMESTIT, F. PIEMONTESI

16/2, 20 uur, deSingel, Antwerpen

desingel.be

Dat Mozart nogal makkelijk componeerde, is bekend. In het geval van het Kegelstatt-trio (voor klarinet, altviool en piano) bakte hij het wel erg bruin: het heet zo omdat het ’tijdens het kegelen’ geschreven zou zijn. In werkelijkheid hielp de uitgever de legende een handje; het was op de autograaf van de iets oudere Duo’s voor bassethoorns dat Mozart noteerde ze ‘unterm Kegelscheiben’ te hebben voltooid. Een bassethoorn, dat is niks anders dan een protoklarinet, een destijds nog ongewoon instrument dat zijn uiteindelijke inburgering niet in de laatste plaats aan Mozart dankte. Op deze plaat krijgt u dit fantastische trio overigens op epoque-instrumenten te horen, in de beste versie mij bekend.

Ook niet slecht wordt de lezing op moderne instrumenten door componist-klarinettist Jörg Widmann, dezer dagen in residentie in deSingel, en zijn vrienden. Pianist Francesco Piemontesi was overigens de schitterende muzikant die (dus) tegen alle verwachtingen in nog derde werd bij de Elisabethwedstrijd van 2007. Niet te missen.

DE KLASSIEKE PLAAT RACHMANINOV, SONATE NR. 1

Olli Mustonen (Ondine)

HET CONCERT

NIKOLAJ LOEGANSKI

13/2, 20 uur, Bozar, Brussel

bozar.be

De Pianosonate nr. 1 van Rachmaninov wordt, anders dan haar zus (de al even origineel naamgegeven Pianosonate nr. 2), bijna nooit gespeeld. Daar zijn goede redenen voor. Eén: ze is veel te moeilijk. Twee: ze is veel te lang – een van de enige werken die Rachmaninov nooit meer speelde en dus niet inkortte tijdens zijn Amerikaanse carrière als virtuoos, na 1917. Onspeelbaar en onuitstaanbaar, geef toe, er zijn al stukken om slechtere redenen in de schuif beland.

Anderzijds, het geeft te denken dat als je de sonate dan toch eens goed hoort spelen, je haar die 45 minuten niet echt kwalijk neemt. Het overkwam me ooit bij Olli Mustonen in de Gentse Handelsbeurs. En laat deze ietwat merkwaardige, maar meestal fabelachtige Fin de sonate ook zelf aan de eeuwigheid hebben toevertrouwd. Onmiddellijk kopen, u haalt er meteen de meest overtuigende Russische lezing van Goethes Faust mee in huis. Of u kunt op 13 februari naar Bozar in Brussel, waar Nikolaj Loeganski een allicht succesvolle livepoging onderneemt.

(R.T.); (R.T.); RUDY TAMBUYSER

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content