onderweg naar een huis

waar een kat op me wacht is het broeierig

mijn longen kreunen onder het gewicht van

tegels vloeren en dan weer rotsblokken

de pijl die ik hartstochtelijk heb toegelaten

de voorwaarde voor mijn niet-aflatende

extase of hoe de zomer hoog

bij me naar binnen glijdt

een avondmaal van lauwe

door de zon verwarmde kerstomaten

en sardienen harde witte eieren

waarmee ik me de ogen dep

benen waarmee ik over het schoteltje melk heen

kan zitten de woorden wijd

en mijn vinger diep

Soms kan literatuur een duwtje in de rug gebruiken. Een antiquair haalt een schrijver van onder het stof, een uitgever propageert een vergeten genre, soms tillen auteurs elkaar naar een hoger level. Het Balanseer is een vzw die veel van zulke duwtjes geeft teneinde de Nederlandse taal te verfrissen en te ontwrichten. Zo kwam eerder dit jaar al Klinkt van Jaap Blonk uit, en ondersteunt Het Balanseer nu ook Liederen van een kapseizend paard van Els Moors.

De match is niet verwonderlijk, want al vanaf haar debuut staat Moors garant voor frisse en oorspronkelijke poëzie, een opvallend authentiek en vrouwelijk geluid in een immer beweeglijk landschap. Moors werd met Er hangt een hoge lucht boven ons bekroond met de Herman de Coninck Poëzieprijs. Na een roman en een verhalenbundel is er nu dus Liederen van een kapseizend paard, een bundel met alles wat wij van haar verwachten, maar dan beter.

Moors neemt ons mee naar een wereld waarin vooral de taal een hoofdrol speelt. Wat uit observaties is ontkiemd, heeft ze gepolijst tot een autarkische microkosmos. Voor wie naar houvast zoekt, zijn er weinig handvaten, maar meeslepend is het wel. ‘zoals ik steeds een stap moet zetten / in de sneeuw gevangen in een karavaan / onder hoge mosgroene bomen // en in gesmolten water / een diepe geest vergt net als een put / veel scheppen aarde’. Het kapseizend paard staat symbool voor de stroom van mislukkingen die hoort bij het menselijke bestaan: ‘met het schuim in de mond / want het sap van deze appel / smaakt naar het zeepsop van rozen’. Ook het lichaam is een thema, zowel mannelijke als vrouwelijke lichaamsdelen worden in de bundel personages. Erotisch echter zijn vooral de passages waarin Moors slechts door klank en beelden de taal doet zinderen: ‘langzaam hand // de dag is een zalmroze knoop uit een tube / de wolken de ene kant op het water de andere / de klok in de buik van de onderzeeër wordt / op meer dan één plaats aan de muur bevestigd’. Haar paard blijkt een seksueel wezen.

LIEDEREN VAN EEN KAPSEIZEND PAARD ****

Els Moors, Het Balanseer / Nieuw Amsterdam, 64 blz., ? 17,50.

LIES VAN GASSE

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content