‘Ik heb periodes gekend waarin aan zelfmoord denken een gevoel van opluchting gaf.’ Sheryl Crow over haar donkere kant, het Amerika van na de aanslagen, haar beroemde vrienden Keith Richards en Stevie Nicks en de zomerse soundtrack die de nieuwe cd ‘C’mon C’mon’ moest worden.

Door Peter Van Dyck

C’mon C’mon. Uit op 8 april (A&M/Universal).

Madrid is natuurlijk geen misse plaats om de Europese pers uit te nodigen om over je nieuwe cd te praten. De stomende jacuzzi op het balkon van de hotelsuite van Sheryl Crow steekt mij de ogen uit. Maar ik troost me met de gedachte dat de zangeres, door het druilerige en frisse weer in de Spaanse hoofdstad, toch geen bubbelbad in openlucht zal kunnen nemen.

Back to business dus. Crows nieuwe, vierde studioalbum C’mon C’mon is een goed-gevoelplaat, die weer wat doet denken aan haar debuut Tuesday Night Music Club. De songs zijn perfect gemodelleerd om met het raam open te cruisen, zoals ook haar grootste hit All I Wanna Do dat was.

Huidige single Soak Up The Sun, een pleidooi voor zorgeloosheid, is pure pop met achtergrondzang van Liz Phair en Beach Boys-achtige harmonieën. Maar de opgewektheid ervan is verraderlijk. Bij de eerste beluistering mag de cd dan wat oppervlakkig klinken, hij heeft meer inhoud dan de luchtige vorm doet vermoeden. Onder de typisch Amerikaanse rocksound schuilen rijke schakeringen aan texturen en emoties. Zo heeft Steve McQueen, een nummer over persoonlijke bevrijding, een gewild ‘domme’ tekst, zodat het bijna een pastiche wordt.

‘C’mon C’mon’ lijkt iets manisch-depressief. Hoge toppen, diepe dalen.

Sheryl Crow: Ik zie deze plaat als de soundtrack bij een zomer. Bepaalde zomers uit mijn kindertijd associeer ik nog altijd met platen van Fleetwood Mac en Steve Miller. Als ik die terughoor, roept dat meteen beelden en herinneringen op. Ik wilde terug naar die sfeer en een album maken dat je aanzet tot meezingen.

Vreemd, want voor je aan de plaat begon te schrijven, kampte je met een depressie.

Crow: Dat is een cyclus die ik blijkbaar moét doorspartelen. Vóór elke plaat tuimel ik een depressie in.

Een prenatale depressie, zeg maar.

Crow: In 2000, nadat ik Live In Central Park had uitgebracht, wou ik onmiddellijk aan een nieuw studio-album beginnen. Na twee maanden thuis ploeteren, kwam ik tot de conclusie dat ik op een dood spoor zat. Het was alsof de songs niet gebaard wílden worden. De werktitel van het album was dan ook lange tijd Songs From The Waiting Room. Ik realiseerde me toen dat ik beter een pauze zou inlassen. Vervolgens coproduceerde ik Stevie Nicks’ plaat Trouble In Shangri-La. Toen die klus geklaard was, ben ik opnieuw beginnen te schrijven. Maar het blééf een gevecht tegen windmolens. Blijkbaar had ik mezelf nog niet genoeg tijd gegund om los te komen van mijn werk.

Wat deed je dan precies om aan het werk te ontsnappen?

Crow: Ik meed de studio en staakte mijn pogingen om nummers te schrijven. Ik wilde alleen nog wat rondhangen met vrienden. Mijn hoofd moest leeg.

Dat niksen zadelde je niet met schuldgevoelens op?

Crow: Gelukkig niet. Ik kon écht met volle teugen genieten.

Want je hebt het in het verleden al zo vaak van de daken geschreeuwd dat je een sabbatperiode wou, maar als puntje bij paaltje kwam, bleef je maar doorgaan.

Crow: Net op het moment dat het leek alsof ik met mijn hoofd tegen een muur liep, kwam Chrissie Hynde me in de studio in New York bezoeken. Ze zei iets dat me heel erg raakte: Mijn leven is mijn leven. Muziek is gewoon iets wat ik doe. Muziek is niet mijn leven. Die uitspraak is bij me blijven hangen. Ik dacht bij mezelf: ik wil mijn leven terug. Ik maak nu alleen nog muziek als ik er zin in krijg. Dat lijkt me een heel gezonde filosofie. Dat inzicht was werkelijk een bevrijding. Want toen ik uiteindelijk weer aan opnemen toe was, heb ik me enorm geamuseerd. Ik voelde de energie door me stromen. De songs vielen verrassend snel in hun plooi.

‘Life is what happens when you’re making plans’, zing je in ‘Diamond Road’. Daarmee parafraseer je John Lennon.

Crow: Geen letterlijke quote, want ik was te lui om het op te zoeken. ( lacht) Ik denk dat ik hoe dan ook hetzelfde gevoel wilde vatten als hij destijds. Ik had de melodie al twee jaar, maar kreeg er geen tekst op geplakt. Toen ik die regel schreef, was ik ziek en aan het einde van mijn krachten. Dat had zo zijn gevolgen voor mijn moreel. De stomste futiliteiten ergerden mij mateloos.

Als je je op die kleine ergernissen focust, zak je helemaal weg. Je kunt je beter laten voeden door de kleine deugdzame dingen dan door die irritaties. De eenvoudige genoegens verwaarlozen we te veel. Uit dat besef is die tekst gegroeid. We laten de negatieve vibes toe ons neer te halen. Als we oog hebben voor de kleine dingen die het leven de moeite maken, ziet ons levenspad er helemaal anders uit: daar ben ik van overtuigd. De boodschap van het nummer is: je mag de simpele geneugten van het leven niet uit het oog verliezen en niet in de val van de inertie van de alledaagse routine trappen. Voor mij is de essentie: mijn gezondheid, dat ik mijn geld verdien met een job waarvan ik hou, mijn familie, mijn drie fantastische honden, een huis waarin ik me comfortabel voel en dat mijn persoonlijkheid reflecteert. Méér heb ik niet nodig om gelukkig te zijn.

Je lijkt te evolueren naar meer persoonlijke songs. Op je vorige album ‘The Globe Sessions’ viel al op dat verhaaltjes, die vroeger aan de basis lagen van nummers als ‘Everyday Is A Winding Road’, ‘Leaving Las Vegas’ en ‘If It Makes You Happy’, wat naar de achtergrond waren verdwenen.

Crow: Er zijn best nog songs, zoals Soak Up The Sun, met personages en een verhaallijn. Die zijn fun om te maken. Alleen grijp ik minder vlug naar die vertellingen terug omdat de behoefte om te schrijven over wat dicht bij me gebeurt groter wordt. Het komt zoals het komt. En vanwaar het komt, only God knows. Een song als Safe And Sound zou naar de terroristische aanslagen op de WTC-torens kunnen verwijzen, hoewel het nummer een jaar voordien is geschreven. Heel vreemd en curieus vind ik dat. Ik heb het dan ook voor het eerst gezongen op het benefietconcert America: A Tribute To Heroes.

Je hebt een song herschreven na die aanslagen, omdat het oorspronkelijk over het gebrek aan helden ging.

Crow: Dat was Steve McQueen. Echt herschreven heb ik het niet. Ik heb enkele regels aangepast, omdat ik vreesde dat ze anders verkeerd geïnterpreteerd konden worden. Ik kon nog moeilijk stellen dat de wereld echte helden miste. Ik woon in New York vlakbij een brandweerkazerne. Enkele brandweerlui die ik persoonlijk kende, waren bij de vermisten na de ramp. Het album was vóór 11 september al klaar. Ik ben speciaal opnieuw de studio ingetrokken om er nog wat aan te veranderen.

Voor ons, Europeanen, is het moeilijk in te schatten hoe groot de impact van die aanslagen is op de Amerikaanse burgers .

Crow: We waren al dertig jaar niet meer direct betrokken geweest bij een groot conflict. Plots waren we onze veiligheid, onschuld en vrijheid kwijt. Dat zorgde voor heel wat ongemak. Ons leven veranderde drastisch. De mensen krijgen schrik om te reizen en om water te drinken. Ze vragen zich af wat de toekomst voor hun kinderen te bieden heeft. Ik denk dat andere landen al langer met die angst leven, maar wij Amerikanen voelden ons onaantastbaar. Die dreiging is echt iets nieuws voor ons.

Zie je er ook iets positiefs in?

Crow: Oh ja. Er is niets waar enkel een negatieve kant aan vastzit. In alles zit yin en yang. Uit negatieve dingen vloeien positieve voort en omgekeerd. Of je iets als slecht of goed ervaart, hangt af van hoe je de zaak bekijkt. Ik denk dat de Amerikanen nu zeker bewuster leven en meer waarde hechten aan hun familie. Ik meen ook minder gewelddadige songteksten te horen. De tragedie heeft op spiritueel vlak onze ogen geopend. Iedereen denkt na over hoe hij in de wereld staat.

Je hield niet van country in je kinderjaren. Wegens een overdosis.

Crow: We hoorden niets anders op de radio. Het was bijzonder hinderlijk. Op popradiostations mochten we bij ons thuis niet afstemmen.

De door country beïnvloede platen ‘Let It Bleed’ van The Rolling Stones en ‘Nashville Skyline’ van Bob Dylan bekeerden je uiteindelijk toch tot het genre.

Crow: Toen ik Let It Bleed en Exile On Main Street ontdekte, zag ik ineens de link tussen country en rock. Mick Jagger die met een zuiders accent zong: het maakte country plots cool.

Wil je dat in je eigen muziek ook nastreven: country fris benaderen?

Crow: Er zit zeker een country-element in mijn muziek. Het is als door osmose. Doordat ik ermee opgegroeid ben, is er toch wel iéts van blijven hangen. Dankzij die uitstapjes van The Stones en de countryperiode van Dylan werd ik er uiteindelijk toch toe aangetrokken. Ik hield ook van Linda Ronstadt, Fleetwood Mac en The Band, die country mengden met folkrock en er een flinke dosis ritme aan toevoegden. Die invloed is ongetwijfeld in mijn muziek gesijpeld.

Je hebt de kans gehad om veel van je helden te ontmoeten en er zelfs mee samen te werken.

Crow: Ik geef het grif toe: ik ben een gelukzak.

Blijken je helden te zijn zoals je hen had voorgesteld, als fan?

Crow: Keith Richards beantwoordde perfect aan het beeld dat ik van hem had. Hij is zo getalenteerd. Al heeft het me wel verrast dat hij zo belezen is. Hij heeft over zowat alles iets zinnigs te vertellen: politiek, religie, literatuur. Hij heeft ook een schitterend gevoel voor humor. Het is een volwassen man waarin toch ook nog een kleine jongen schuilt. Hij is een coole vader voor zijn kinderen. Vol verhalen. Je verveelt je geen moment met hem in de buurt. Hij is als een wervelstorm. Een soort piraat. Eigenlijk zijn de ontmoetingen met mijn grote voorbeelden best meegevallen, enkele teleurstellingen buiten beschouwing gelaten.

Je hebt onlangs met Keith aan de schrijftafel gezeten in zijn herenhuis in Connecticut?

Crow: We hebben één song samen geschreven, al moeten we die nog verder afwerken. Ik moet nog eens bij hem binnenspringen, maar ik had de laatste tijd zoveel verplichtingen aan de Westkust dat ik er niet meer ben geraakt.

Met Stevie Nicks heb je een speciale band. Je hebt haar een handje toegestoken op haar solo-album ‘Trouble In Shangri-La’, jullie brachten een duet op ‘Live In Central Park’ en ook op ‘C’mon C’mon’ was ze te gast.

Crow: Ik heb zes songs geproduceerd op haar laatste plaat. We zijn goeie vrienden geworden. Ze heeft bijzonder veel invloed op me gehad. De song C’mon C’mon deed me aan haar denken. Ik ben gek op haar stem.

Ze heeft ooit gezegd dat de prijs die ze had betaald voor haar bestaan als beroemde zangeres was dat ze nooit is kunnen trouwen en nooit kinderen heeft gehad. Gaat dat ook voor jou op?

Crow: Nee. Ik heb nog tijd om daaraan te werken. ( lacht) Momenteel is een gezin stichten geen prioriteit, maar ik ben nog jong. I’m not dead yet. Stevie heeft bewust niet voor kinderen gekozen omdat ze het gevoel had dat ze nooit zoveel tijd en aandacht aan hen zou kunnen besteden als aan haar muziek. Ze vond dat ze een keuze moest maken. We hebben daar al veel over gepraat. Maar ik denk er toch iets anders over.

Je hebt zelf wel vaak ondervonden wat een worsteling relaties zijn voor een rockster. Dat blijkt ook nu weer uit ‘C’mon C’mon’, ‘Safe And Sound’ en ‘It’s So Easy’, songs waarin het slecht afloopt met de liefde. Maar je bent er niet verbitterd door?

Crow: Nee. It’s So Easy is overigens niet autobiografisch. Dat is een song over ontrouw. Ik ben niet iemand die zich door tegenslagen laat verbitteren. Ik begrijp vaak niet waarom iets moet verkeerd lopen, maar dat wil nog niet zeggen dat ik door spijt verteerd word. Ik heb ongelooflijke relaties gehad. De mooie momenten blijf ik koesteren. Ik prijs mezelf gelukkig dat ik zo intens heb kunnen houden van bepaalde mannen. Geloof me, ik heb een geweldig leven. Ik heb me nooit bedrogen gevoeld.

Je hebt ooit in een interview in ‘Q’ opgebiecht dat je niet begrijpt dat sommige mensen nooit aan zelfmoord denken, want jij denkt er elke dag aan.

Crow: Heb ik dat echt gezegd? Jezus, hoe pathetisch. ( lacht) Dat klinkt alsof ik dringend hulp moet zoeken. Ik begrijp mensen die nooit aan zelfmoord denken maar al te goed. Zoiets zit in je genen, denk ik. Sommigen denken dat zelfmoord een uitweg zou kunnen zijn, omdat ze geen andere manier zien om uit een depressie te komen. Het is niet langer iets waar ik elke dag bij stilsta. Ik geef toe dat ik periodes heb gekend waarin eraan denken een gevoel van opluchting gaf. Maar ik zou het nooit echt hebben gedaan. Daar moet je heel labiel of net heel sterk voor zijn. Het is een egoïstische daad, vind ik.

Je hebt mensen in je directe omgeving gehad die zich het leven hebben benomen.

Crow: Neen, toch niet. Kurt Cobain heb ik één keer ontmoet, maar ik kende hem niet echt goed.

En Kevin Gilbert dan, je ex-vriend en muzikant op ‘Tuesday Night Music Club’?

Crow: Ik geloof niet dat het zelfmoord was. Dat was meer een ongeluk (Gilbert kwam door verstikking om, tijdens een solo SM-experiment. Sommigen interpreteerden het als een bewuste zelfmoord, anderen noemden het een dom accident, pvd).

Onderhuids durven je songs best donker zijn, maar je klinkt nooit miserabel.

Crow: Ik ben dan ook geen miserabel mens. Ondanks de donkere gedachten die me soms overvallen, ben ik een tevreden vrouw. Maar ik ben niet blind voor mijn duistere kant. Het zijn precies mijn muizenissen die me naar de pen doen grijpen en me stimuleren om mijn stem te laten horen. Ik uit emoties waarvan ik, wellicht onterecht, denk dat niemand anders ze voelt. Het is makkelijk en verleidelijk om je aan tristesse en melancholie te laven. Ik zou graag doorgronden hoe geluk in elkaar zit. Kan je je leven sturen door vastberaden naar geluk te streven? Ofwel leef je met je donkere kant ofwel onderdruk je die. Ik ben iemand die zich er heel erg bewust van is. Ik negeer die niet.

Je hebt onlangs enkele keren je verontwaardiging uitgesproken over hoe een tienerster als Britney Spears als een pornoster verkocht wordt door marketinglui. ‘Ze is 19 en weet niet beter’, zei je.

Crow: Die uitspraak was ietwat verdraaid. Ik heb nooit de naam Britney Spears uitgesproken. Maar ik denk inderdaad dat jonge zangeressen makkelijk in die marketingval gelokt kunnen worden. Dat is jammer.

Ben jij dan blij dat je pas op je 31ste bent doorgebroken?

Crow: Dat was een zegen. Het was een andere tijd toen. Ik heb moeten knokken om erkend te worden als artiest. Acht jaar lang ben ik door labels geweigerd, omdat ze niet wisten wat te doen met een blauwogige zangeres die haar eigen teksten schreef. Mijn verleden als achtergrondzangeres was een stigma, het heeft lang geduurd voor ik serieus werd genomen, maar achteraf bekeken ben ik blij dat het allemaal zo is gelopen.

Ondanks de jaren van frustratie die eraan voorafgingen?

Crow: Ik was tenminste om de juiste redenen gefrustreerd, want ik heb nooit toegestaan dat ze me uitbuitten en manipuleerden.

‘Ofwel leef je met je donkere kant ofwel onderdruk je die. Ik ben iemand die zich er heel erg bewust van is.’

‘Ik heb moeten knokken om erkend te worden als artiest. Acht jaar lang ben ik door labels geweigerd, omdat ze niet wisten wat te doen met een blauwogige zangeres die haar eigen teksten schreef.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content