Eenzaamheid, onverdraagzaamheid, racisme, marginaliteit, isolement en veel problematische seks: de verhalen van de Britse schrijver Hanif Kureishi gaan niet over de rozige kanten van het leven. Dat mag ook het bejaarde hoofdpersonage uit ‘The Mother’ ervaren. ‘De seksualiteit van oudere mensen is zo goed als onontgonnen terrein. Mick Jagger heeft volgens mij nog een heel gezond seksleven, en Marianne Faithfull ook.’ Door Ruben Nollet FOTO KRIS DEWITTE

Een tijdje geleden zat Hanif Kureishi in een restaurant met zijn moeder, toen ze hem vertelde dat ze vond dat de kelner mooie handen had. En ze bekende plots dat ze zich zorgen maakte. ‘Misschien zal niemand me ooit nog aanraken,’ zei ze, ‘behalve de doodgraver.’ Kureishi was tegelijk geschokt en gefascineerd. Geschokt omdat seksualiteit en intieme onthullingen het laatste is waarover je je moeder wil horen praten, gefascineerd omdat het idee perfect past binnen het soort verhalen dat hij graag vertelt. Zijn personages zijn in de regel mensen die in de knoop liggen met het leven, zichzelf en hun seksualiteit, figuren die wanhopig trachten om hun waardigheid hoog te houden terwijl de wereld om hen heen alles doet om ze onderuit te halen. Vandaar ook The Mother, waarvoor Kurei- shi het scenario schreef en waar we een oudere vrouw zien die zich na de dood van haar echtgenoot afvraagt wat er nog voor haar overblijft. Uiteindelijk vindt ze troost en moed in de armen van een veel jongere man, maar dat brengt dan weer een hoop andere verwikkelingen mee.

In Kureishi’s ogen is dit leven een tranendal (met de nodige komische toetsen, maar toch) en dat heeft alles met zijn eigen verhaal te maken. Als zoon van een Indische vader en een Britse moeder heeft hij niets anders gekend dan de botsing tussen rassen en culturen. Hij groeide op in het bijna uitsluitend blanke Bromley in het graafschap Kent, waar racisme dagelijkse kost was. Als kind droomde hij er al van om schrijver te worden, en na zijn studies filosofie in Londen besloot hij het erop te wagen. Aanvankelijk verdiende hij zijn brood met pornografische romannetjes, maar dat veranderde toen hij als portier ging werken bij het Royal Court Theater Upstairs. Hij wist de theaterdirecteur ervan te overtuigen om een van zijn eigen stukken een kans te geven, en een paar jaar later had hij zich opgewerkt tot de vaste schrijver van het gezelschap. In die stukken waren Kureishi’s favoriete thema’s al duidelijk zichtbaar. Borderline, waarmee hij zijn grote doorbraak forceerde, ging bijvoorbeeld over het leven van immigranten in Londen.

Het was de filmwereld die hem echt op de kaart zou zetten. In 1985 besloot hij zich aan een origineel scenario te wagen, over een jonge kerel die volledig gelooft in het doe-het-zelfkapitalisme van Thatcher en samen met een vriend een wasserette overneemt in Londen. Het zou echter geen Kureishi-verhaal zijn als er geen angeltjes onder het gras zaten: de jonge kerel is van Pakistaanse afkomst en de vriend is ook zijn minnaar. My Beautiful Laundrette leverde Kureishi een oscarnominatie op en een reputatie. Die bevestigde hij vervolgens met Sammy and Rosie Get Laid (net als Laundrette verfilmd door Stephen Frears) en zijn semi-autobiografische debuutroman The Buddha of Suburbia. Racisme en cultuurclashes bleven zijn boeken, scenario’s en verhalen nog een tijdje beheersen, maar de laatste jaren lijkt hij steeds vaker andere onderwerpen te zoeken. In de novelle Intimacy was al geen sprake meer van rassen, enkel van eenzaamheid, scheiding en rusteloosheid, en in het toneelstuk Sleep With Me voerde Kureishi een groep mediamagnaten op die op het Engelse platteland op zoek gaan naar een beetje betekenis in hun leven. Is hij op zijn 49e een bezadigd man geworden? ‘Ik hoop van niet’, zegt hij op het festival van Cannes, waar The Mother vorig jaar te zien was. ‘Maar ik heb veel van de problemen opgelost waar ik vroeger mee verveeld zat. Ik ben nu een man van middelbare leeftijd, moet je weten. Vroeger gingen mijn verhalen meestal over hoe moeilijk het is om jong te zijn en niet te weten wie je bent of wat je wil. Die fase ben ik al lang voorbij. Nu staat mijn leven meer dan ooit op zijn poten.’

Uw boeken en verhalen pluizen graag de spanningen uit tussen culturen, geslachten en generaties. Houdt u van conflicten?

Hanif Kureishi: Dat ligt in mijn aard als schrijver. Als je verhalen verzint, ga je spontaan op zoek naar de dramatische momenten in het leven van je personages. Dat zijn de momenten waarop iemands leven verandert of een radicale wending neemt. In My Beautiful Laundrette was dat het ogenblik waarop die twee jongens elkaar voor het eerst kussen. In My Son the Fanatic is het wanneer de vader beseft dat zijn zoon een moslimfundamentalist geworden is en hij zelf verliefd wordt op een prostituee. Op die momenten gaat het leven van die personages een onverwachte richting uit, gaan ze nadenken over wie ze zijn, wat ze precies willen, wat ze nu gaan doen, hoe ze hun leven gaan leiden. Daar kan je als schrijver heel veel uit putten, want dan openen de mogelijkheden van het verhaal zich. Spanning en conflict is wat het leven interessant maakt en wat dus ook een publiek het meest zal interesseren, ook al doet het soms pijn. Als je ergens over schrijft en je stopt omdat je voelt dat het te ver gaat, censureer je jezelf. Als je denkt dat je iets niet mag zeggen, gaat het altijd om dingen die absoluut gezegd moeten worden.

Bent u een schrijver die worstelt met elk woord?

Kureishi: Vroeger wel. Toen ik pas begon te schrijven, was elk nieuw verhaal een marteling. Nu ik al twintig jaar geconfronteerd word met lege pagina’s gaat het me een stuk beter af. Maar schrijven moet lastig blijven. Dat zal jij als journalist ook wel weten.

Dat klopt, maar soms is het alsof ik een steen probeer uit te wringen en soms gutsen de woorden uit mijn klavier.

Kureishi: Zo gaat het ook bij mij. Schrijven is vervelend en frustrerend en interessant en vreselijk en wonderlijk, alles tegelijk. Je tuurt eeuwig voor je uit tot je iets bedenkt wat interessant lijkt, wat vroeg of laat ook moet gebeuren. Net zoals jij schrijf ik om mijn brood te verdienen. Het is de job waarmee ik mijn gezin onderhoud.

Ik heb het voordeel dat ik jouw woorden gewoon kan overnemen. U moet alle verhalen zelf verzinnen.

Kureishi: Maar dat doe ik graag. Ik krijg vaak ideeën voor verhalen in mijn hoofd. Het is een bron die nooit uitgeput raakt, want elke dag zie of hoor ik dingen die me inspireren. Een van de redenen waarom ik het script voor The Mother wou schrijven, is dat het over een oudere vrouw gaat, en zo’n personage had ik nooit eerder verkend. Ik krijg de kritiek te horen dat ik enkel over Aziatische mannen schrijf, en daar heb ik nu een mouw aan gepast. Ik vroeg me af wat ik kon aanvangen met een verhaal over een oudere vrouw en haar relatie met haar dochter. Je begint bij iets wat op het eerste gezicht ver van je bed lijkt en je kijkt of je daar als schrijver in kan kruipen. En ik doe het vooral enorm graag. Schrijven is een obsessie voor mij.

Vroeger gingen al uw verhalen over racisme, nu raakt u het thema nauwelijks nog aan. Omdat u racisme nu minder relevant of actueel vindt?

Kureishi: Mijn leven is vooral veranderd. Nu woon ik in een deel van Londen waar verschillende rassen normaal naast elkaar leven. Toen ik een kind was, maakte racisme deel uit van elke dag. Ik kreeg constant verwijten naar het hoofd. Dat soort racisme is bijna verdwenen, maar er is iets anders voor in de plaats gekomen. Nu zijn de asielzoekers kop van Jut. Al de verwijten die vroeger de Pakistani te beurt vielen, worden nu naar asielzoekers gericht: dat ze onze jobs komen stelen en zo. In mijn ogen is racisme een uiting van wat mensen haten aan zichzelf, voornamelijk hebzucht.

‘The Mother’ gaat over een 70-jarige vrouw. Komen oudere mensen in films niet steeds vaker aan bod nu?

Kureishi: De lichamen van jonge mensen worden nu al zo lang gefotografeerd en geïdealiseerd dat de mogelijkheden en variaties ongeveer allemaal opgebruikt zijn, lijkt me. Ook het lijf van een 25-jarige heeft zijn beperkingen. Het probleem met cinema is dat de meeste films zich tot kinderen richten. Ik houd van interessantere en complexere verhalen. Dat soort verhalen vind ik nog steeds vaker in het theater dan op het witte doek. Met The Mother heb ik geprobeerd om iets te schrijven voor volwassenen, iets wat minder eenduidig is dan wat je doorgaans in de bioscoop ziet en wat thema’s aankaart die nog niet tot in den treure behandeld zijn. De seksualiteit van oudere mensen is zo goed als onontgonnen terrein. De generatie die jong was in de jaren zestig wordt nu zelf stilaan zestig en ze zijn nog altijd seksueel actief. Mick Jagger heeft volgens mij nog een heel gezond seksleven, en Marianne Faithfull ook. Wat betekent dat? Hoe werkt seksualiteit op die leeftijd? Welke invloed heeft die seksualiteit op het familieleven?

Seksualiteit speelt een grote rol in uw werk. Waarom?

Kureishi: Omdat het de kern is van ons leven. Het maakt niet uit of je homo, hetero of bi bent. Seksualiteit is de beste manier om te zien hoe mensen met elkaar omgaan. Het is een metafoor en het brengt een relatie in een stroomversnelling. Ik schrijf graag verhalen over mensen die de verkeerde persoon ontmoeten, want zo’n ontmoeting verandert je leven compleet.

Wat heeft u ertoe geïnspireerd om ‘The Mother’ te schrijven?

Kureishi: Mijn interesse in psychoanalyse. Ik vroeg me af welk effect psychotherapie zou kunnen hebben op het gezin van de patiënt. Zou die persoon plots een totaal andere visie krijgen op zijn verleden en zijn ouders? Misschien begint hij allerlei vragen te stellen waar hij anders nooit aan gedacht zou hebben. Zo kunnen er plots heel nieuwe conflicten ontstaan tussen een moeder en haar dochter, gebaseerd op inzichten die ontstaan zijn tijdens de sessies met de psychiater. Dat was mijn uitgangspunt. Ik begreep al snel dat zo’n verhaal een mannelijk personage vereiste. Als je twee vrouwen in je verhaal hebt, heb je een penis nodig. (grijnst) Zodra je drie figuren bij elkaar hebt, krijg je dramatiek, iets waar leven in zit. Vervolgens ga je rond dat centrale idee allerlei nevenintriges verzinnen. En zo bouw je verder tot je een volledig verhaal hebt.

Een van uw grote talenten is om frustratie en woede voelbaar te maken. Is schrijven een manier om die woede uit uw lijf te krijgen?

Kureishi: Ergens wel. Cultuur is per definitie psychotherapie. Boeken en toneelstukken en films en beeldhouwwerken en schilderijen en mode en muziek, het zijn allemaal instrumenten waarmee we onszelf proberen te begrijpen. Daar hebben we het over onze manier van leven, onze huwelijken en seksualiteit en politiek, alles. Schrijven is voor mij dus ook therapeutisch. Maar het is ook een dramatisering van mijn innerlijke psychologie. Mijn scripts en boeken en verhalen zijn snapshots van mijn geest.

Leidt u een dramatisch leven?

Kureishi: Helemaal niet. Maar ik heb wel een dramatische verbeelding. Ik heb een moeder, maar zij heeft nooit gedaan wat de vrouw uit The Mother doet. Mijn vader heeft nooit gedaan wat de vader uit The Buddha of Suburbia doet. Je begint bij wat je weet en dat manipuleer je volgens de vereisten van het verhaal.

Wil u een dramatischer leven?

Kureishi: Mijn leven bevat genoeg dramatiek naar mijn smaak. (grijnst)

Schrikt ouder worden u af?

Kureishi: Alleen de fysieke aftakeling. Het idee dat ik het gebruik van mijn geslachtsdelen zal verliezen en het gebruik van mijn geest. Dat ik niet meer zal kunnen genieten van de pleziertjes die nu mijn leven kleuren: mijn werk, mijn kinderen, al mijn actieve bezigheden. Naarmate je ouder wordt, raak je daarom ook steeds meer aan de wereld gehecht. Ik ben hier echt graag. (lacht) Ik zal het heel erg vinden als ik moet vertrekken.

En op sociaal vlak? Dat je eenzaam en alleen zal achterblijven?

Kureishi: Dat is iets waarmee we ons zullen moeten verzoenen. In mijn recente roman The Body heb ik het daar trouwens over. Dat verhaal gaat over een man van een jaar of zeventig die zijn hersenen laat overplanten in het lichaam van een 25-jarige en terugkomt om een nieuw leven te leiden. Dat boek zit vol ironie. Het idee van een eeuwig leven vind ik afgrijselijk. Het enige wat ons leven mogelijk maakt, is de wetenschap dat de Dood er is en dat er ooit een eind aan komt. Stel je voor dat je hier altijd zou moeten rondlopen. Je mag er zeker van zijn dat je je compleet anders zou voelen.

Gelooft u in leven na de dood?

Kureishi: Nee, maar ik geloof wel in leven vóór de dood. Dat vind ik veel belangrijker en interessanter. (grijnst)

Ruben Nollet

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content