Nog enkele Cannes-tekeningen van onze Cannes-goeroe, die we hierna weer een jaartje een ban op het woord ‘Cannes’ (en alles wat erop rijmt) opleggen.

H Grootste inspiratiebron voor cineasten: Nine Eleven. De gebeurtenissen van elf september 2001, de gevolgen voor de buitenlandse Amerikaanse politiek en de weerslag op alle andere conflicten op deze planeet lieten zich voelen in de meest uiteenlopende films: United 93 van Paul Greengrass, Southland Tales van Richard Kelly, Babel van Alejandro González Inarritú, Flandres van Bruno Dumont, Election 2 van Johnny To, A Scanner Darkly van Richard Linklater, Bug van William Friedkin, The Host van Bong Joon-ho. H Beste analyse van de grote trend dit jaar: SKIN IS IN blokte The Hollywood Reporter in zijn dagelijkse editie. Het wemelde van de films met expliciete, niet gesimuleerde seks: 3. Shortbus, Summer Palace, Red Road, Flandres, Taxidermia, Les Anges Exterminateurs. In Destricted mochten zeven cineasten (Gaspar Noé, Larry Clark, Marina Abramovic, Matthew Barney, Sam Taylor-Wood, Marco Brambilla, Richard Prince) hun visie geven op pornografie. Er was zelfs een animatiefilm, 4. Princess, waarin de Deense cineast Anders Morgenthaler van leer trekt tegen de porno-industrie. H Opmerkelijkste credits: naast tientallen ‘ SEXTRAS’ prijken er ook een ‘ PEE AND VIBRATOR CONSULTANT’ op de aftiteling van Shortbus. H Meest verlossende dialoog: Ver over de helft van Richard Kelly’s 160 minuten durende Southland Tales, een fantasie over het einde van de wereld, richt acteur The Rock een revolver tegen zijn slaap en zegt hij: ‘I could pull the trigger right now and this whole nightmare will be over.’ De halve zaal Lumière had zin om in koor te roepen: ‘Doen!’ H Beste persdossier: het boekje bij de Hongaarse groteske komedie 2. Taxidermia (onder meer over een wedstrijd in veelvreterij), werd als een malse steak gepresenteerd en dito verpakt. H Meest wijze woorden van een Gouden Palm-winnaar: ‘Als we de waarheid over het verleden durven vertellen, zullen we misschien ook die over het heden durven zeggen.’ Ken Loach over The Wind That Shakes the Barley, een kroniek van de Ierse onafhankelijkheidsstrijd tegen de Britse overheerser, die natuurlijk ook gaat over de Amerikanen en Britten in Irak. H Prijs voor het meest nutteloze feest: 900.000 euro voor de party van Marie-Antoinette, de rockoco-kostuumfilm van Sofia Coppola. H ‘Eigen volk eerst’-prijs: Alain Delon die de rol van Louis XV weigerde in Marie-Antoinette, omdat ‘ce n’était pas une bonne idee qu’une Américaine raconte une histoire Française’. H Beste monster: de Pale Man uit 1. Guillermo del Toro’s El Laberinto del Fauno, een uitgemergeld, vaag menselijk figuur met lege oogkassen die zijn oogballen in zijn handpalmen draagt. H Beste Christus-figuur: op de Marché ging de eerste film met een zwarte Jezus (én zwarte Maria) in première, Color of the Cross. De Amerikaanse regisseur van Haïtiaanse origine Jean-Claude Lamarre toont daarin de twee laatste dagen voor de Kruisiging. Uit vrees voor boycotacties van extremisten werd de film in het grootste geheim opgenomen. H Wishful thinking voor de zestigste editie (van 16 tot 27 mei 2007, net voor de Franse presidentsverkiezingen): dat het huidige Palais des festivals, bijgenaamd de Bunker, met de grond wordt gelijkgemaakt. Het met veel bombarie in 1983 ingehuldigde gebouw is een vaag postmodern gedrocht, een architecturale abominatie langs de buitenkant en vanbinnen een chaotisch labyrint met desoriënterende niveauverschillen (na 23 jaar weet je nog altijd niet wat de kortste weg is van de ene zaal naar de andere), zinloze doodlopende gangen en trappen die nergens naartoe leiden. Cannes heeft dringend behoefte aan een auditorium, gebouwen en schermen die aansluiten bij de diverse manieren om beelden te bekijken in het internettijdperk. En Frankrijk heeft er bovendien de architecten voor (Jean Nouvel, Christian de Portzamparc).

Patrick Duynslaegher

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content